Brabanders vinden hun weg naar Docks

Winkelcentrum Docks is goed op weg om haar objectief van 5 à 6 miljoen bezoekers per jaar te halen. Opvallend is dat daar ook heel wat Brabanders tussen zitten. Maar liefst dertig procent van de winkelaars is afkomstig uit gemeenten als Meise en Londerzeel. In de toekomst wil het shoppingcenter acht miljoen klanten lokken en dus worden er extra inspanningen geleverd. Zo komt er een wekelijkse biomarkt en worden er ook twee bijenkorven geïnstalleerd.

Op 20 oktober viert Docks zijn eerste verjaardag. Tegen die tijd hoopt het winkelcentrum vijf à zes miljoen bezoekers op de teller te hebben en dat lijkt te zullen gaan lukken. “We zijn goed op weg om dat objectief te halen”, zo zegt retailmanager Helga Coysns in La Libre Belgique.

“In tegenstelling tot de algemene trend bij commerciële centra in België, stijgt het bezoekersaantal bij ons wel. Dat komt natuurlijk deels doordat Docks nog heel nieuw is, maar we rekenen op de trouwheid van onze klanten om verder te kunnen blijven groeien.”

Vlaanderen boven
Opvallend is dat er heel wat mensen uit Vlaams-Brabant naar Docks afzakken. “Nu bestaat ons cliënteel al voor dertig procent uit Vlamingen”, zo analyseert Cosyns. “In het weekend is de verhouding tussen Brusselaars en Vlamingen zelfs fifty-fifty. Dan bieden we wat meer luxeproducten aan waardoor de aantrekkingskracht voor die mensen gevoelig toeneemt.”

Niet alleen de producten, maar ook de nabijheid van Docks speelt een grote rol in de keuze van Vlamingen voor het Brusselse shoppingcenter. “Voor mensen die in Londerzeel en Meise wonen ligt Docks op een kwartiertje rijden. Andere alternatieven zijn er niet echt of je moet meteen naar Antwerpen, wat een stuk verder ligt.”

Biomarkt en bijenkorven
In de toekomst wil Docks winkelplezier bieden aan acht miljoen mensen. En daarvoor wil het extra inspanningen leveren. “Binnenkort opent er een wekelijkse biomarkt en zullen er ook twee bijenkorven bijkomen”, aldus Cosyns.

“De honingproductie zal laag liggen, maar dat wil niet zeggen dat we het product niet kunnen commercialiseren. We zullen wel zien wat het geeft.”