seoul Nam Yun KIM Arts BRUZZ ACTUA 1571
Longread

Elisabethwedstrijd: Als de tijgermama de passie preekt

Jean-Marie Binst
© BRUZZ
23/05/2017

De voorbije tien jaar waren dertig finalisten van de Koningin Elisabethwedstrijd Koreaans. In 2011 en 2014 kaapte een van hen de eerste prijs voor zang weg, in 2015 voor viool. Hoe raakt de westerse klassieke muziek in het DNA van de Aziatische jeugd? BRUZZ sprokkelde het antwoord in de elfmiljoenenstad Seoel.

Dat een land van vijftig miljoen inwoners een tsunami aan kandidaten stuurt naar westerse klassieke muziekwedstrijden, ervaart Brussel al een tijdje, want sinds 2000 stromen de Koreanen elk jaar door tot de finale van de Elisabethwedstrijd voor viool, piano en zang, met een piek van zes finalisten op twaalf in 2010 (zie grafiek).

Het concours 2017 voor cello, dat met een Chinees maar één Aziatisch jurylid telt, is geen uitzondering op die regel. Drie toptalenten, van het kwart aan Koreaanse deelnemers uit de eerste ronde, haalden de halve finale. Twee Koreanen zijn doorgedrongen tot de finale.

In de protestantse Yumon School in Seoel, waar 450 leerlingen van 13 tot 15 jaar zes uur muziek per week krijgen loopt het grut over van ambitie. De kinderen worden er met vrij harde hand klaargestoomd op de hogere humaniora en de universiteit. “Onze opleiding focust op gehoortraining, notenleer en samenspel in koor en twee kamerorkesten van 75 leerlingen,” legt directeur Jong-Ki Lee uit, over de achttien muziekinstrumenten waarvoor kinderen geselecteerd zijn.

Achter de gangen met schoenenkasten, vindt de negende les ‘vervolmaking concert’ plaats, op pantoffels. In de riante schoolconcertzaal met vierhonderd zitjes, geven twaalf kinderen na elkaar het beste van zichzelf: Pergolesi, Chopin, Liszt, Sjostakovitsj, Walton. Hun studiegenoten moeten observeren. “Rechtzitten en niet in slaap vallen,” drilt de lerares de zaal in. De kleine celliste Ye-eun Nam beklimt het podium voor het Eerste concerto van Saint-Saëns. Zelfzeker tot en met. Lonkt het Westen al naar haar?

Strenge selecties

SOUL Viool BRUZZ ACTUA 1571
© Jean Marie Binst
Directeur Lee: “Met twee jury’s van tien man selecteren we nieuwkomers via een toelatingsexamen voor spel en gehoor. Het potentieel van het kind wordt niet ingeschat, alleen de basiskennis waarop we voortbouwen. In drie jaar tijd moet hij Beethoven en Mozart goed snappen en in de vingers hebben. Andere componisten volgen in hogere jaren. Om neutraliteit bij de selectie te garanderen, zetten we de kandidaat-leerling achter een gordijn.”

Ook de 15-jarige Jun-seo Lee heeft deze school gevolgd. Zij krijgt steun van de cultuurstichting Kumho-Asiana, gesponsord door de gelijknamige bedrijfsgroep van autobanden, busterminals, vliegtuigmaatschappijen en vakantieresorts. Het is een van de private cultuurstichtingen die parallel met de overheid jong talent promoten, voor muziek, kortfilm en plastische kunsten. Hun infrastructuur kent geen gelijke in Brussel, met twee concertzalen in de stadstoren.

“Cultuur maakt 5,4 miljard euro uit van het regeringsbudget van 295 miljard euro, of bijna twee procent,” geeft Yong-Ik Kwon mee, mediadirecteur in het Korean Culture & Information Service (Kocis), dat van het ministerie van Cultuur, Sport en Toerisme afhangt. “Na de oorlog 1950-1953 ging alle aandacht naar defensie, nadien naar diplomatie, en heropleving van de economie. Nu ligt de regeringsfocus op de soft power: cultuur. Koreaanse popmuziek of K-pop heeft ons op de wereldkaart gezet. Dat Korea sterk is in creativiteit moeten ook de scores die we halen in Europese klassieke muziek duidelijk maken. Het Westen kijkt naar ons. Die aandacht is politiek nodig.”

Dat de overheid cultuur als de nieuwe economische en sociale troef ziet voor erkenning in de wereld én voor werkgelegenheid, heeft ook de bedrijfswereld goed begrepen. Daarom gaat er veel geld naar het positieve ‘imago’ dat stichtingen zoals Kumho-Asiana uitdragen. Young-yan Kim, senior vicepresident van Kumho organiseert tweemaal per week talentconcerten in zijn zalen.

Het middagconcert van tiener Jun-seo Lee haalt driehonderd man, vooral kinderen die zich ‘herkennen’. Er heerst een uitgelaten sfeertje, met ruikers en selfies onder de vrienden van het aanstormende talent. Tweemaal per jaar houdt de stichting selectie-examens, zodat tot 350 jongeren hulp kunnen krijgen. De stichting schenkt hen per jaar tot 600.000 euro aan vliegtuigtickets voor buitenlandconcerten. In eigen land zijn er podiumkansen te over voor tien kunstdisciplines. De deal houdt in dat de jongere elke zaterdag een gratis concert moet geven, waarvoor het publiek 5 euro betaalt.

Kim: ”De bedrijvengroep voelt zich verantwoordelijk voor de cultuurontwikkeling in Korea. We verdienen goed geld aan het volk, dus is het logisch dat we een pak teruggeven via die investering in cultuur. Geld moet circuleren. Ten tweede moet de toekomst van artiesten gegarandeerd worden. En ten derde is er de return: reputatie en vertrouwen in ons merk.”

De stichting kocht acht Guarneri’s en Guadagnini’s om uit te lenen aan de jongeren. Met zo’n ‘bedrijfsviool’ won Ji-young Lim in 2015 het Elisabethconcours in Brussel. “Beter de kansen vermenigvuldigen, dan één Stradivarius te kopen,” lacht Kim. “Een cultuurstichting kan drie zaken doen: het begint met geld geven, dan faciliteiten aanbieden, zoals een concertzaal en ook investeren in technisch personeel dat programma’s uitbouwt, talent ondersteunt en informatie in de wereld verspreidt. Dat laatste vraagt veel moeite, maar loont het meest.”

Nu nog de omstandigheden creëren om jongeren te leren componeren, geeft hij achteraf met wat schroom mee. De strenge leerlat-techniek is niet voldoende, ook eigen inbreng en creativiteit worden sinds kort geapprecieerd.

Resultaat boeken
Na haar optreden zien we de vijftienjarige Jun-seo Lee, die uit een doktersgezin komt, met haar moeder apart in een salon. Hoe ze begon? “Ik zag een kleutervriendje viool spelen, en wou het ook,” zegt Lee. “Ik volgde vanaf mijn vierde de Suzukimethode bij een privélesgever.

Tweemaal per week een halfuur, in groep en individueel. Hoe vreemd het ook lijkt, ik heb minder kans om oosterse muziek te horen en te zien dan westerse. Al mijn vriendjes luisteren continu naar klassieke muziek. Op YouTube leer ik speltechnieken en dat helpt om de muziek te begrijpen. Toen ik zes was won ik een concours van het weekblad Hankuk Pan. Dat gaf de doorslag.”

lees verder onder de foto

SEOUL Dasol KIM BRUZZ ACTUA 1571
Sinds haar negende is Lee geselecteerd door de school K-Arts. Haar moeder bekent: “Ik heb haar als kleuter verplicht, maar na jaren heb ik haar vrijer gelaten – dat is typisch voor de tijgermama’s, die we allen zijn. We moeten de passie van een kind prikkelen, maar het doen schitteren kan maar door zelfdiscipline te kweken.”

Nu doet Lee mee aan jongerenwedstrijden en toert ze dankzij de Kumho-stichting. Lee’s formule om te groeien in klassieke muziek, is zoveel mogelijk luisteren naar opnames en alle dagen repeteren, vier tot vijf uur. ”Ik heb het me nog geen dag beklaagd,” eindigt de tiener. “Al die aandacht streelt. Het enige waar ik stress van krijg, is die avondjurk, die ik moet dragen op concerten.”

Wie zich alle inspanning net zo min zal beklaagd hebben, is Yi-Young Lim, de eerste Koreaanse die een eerste Prijs viool won in de Elisabethwedstrijd 2015. Lim: “Nadien heb ik anderhalf jaar onder stress geleefd. Bij elk concert dacht ik dat ik het topniveau van eerste laureaat opnieuw moest behalen. Terwijl ik wellicht de Elisabethwedstrijd won omdat ik zo relaxed mezelf was en volledig opging in de muziek, alsof niemand me ging jureren. Koreanen willen resultaten boeken, dat is eigen aan ons. Zich meten en opvallen, horen daarbij. Daar komen de vele getalenteerde artiesten vandaan. Ze leggen zichzelf een hoger werkproces op en willen ervoor gaan.”

Meer ‘onze’ muziek
“Dat ze goed in muziek zijn, heeft zeker te maken met het feit dat ze graag en veel zingen, van kindsaf,” zegt Lim. “Het prikkelt hen tot nieuwsgierigheid naar muziekgenres. Ze ervaren en zien klassieke muziek niet meer als westers, het is ook hun vertrouwde, geliefde muziek, naast natuurlijk ook andere muziek. Bovendien is klassieke muziek beluisteren en beoefenen een manier om te overleven in de verwesterde en gemondialiseerde wereld, waarin ze dagelijks in Korea leven, en die te veel van hetzelfde aanbiedt.”

Traditionele kunsten zijn hip in Korea. De jeugd draagt de Hanbok-klederdracht weer volop. De overheid moedigt dat ook aan. Restaurants bieden - gesubsidieerde - kortingen aan voor wie in klederdracht komt eten. De aandacht voor klassieke westerse muziek moet in die volle revival van respect voor oude kwaliteitscultuur gezien worden.

lees verder onder de foto

elisabeth school BRUZZ ACTUA 1571
© Jean Marie Binst
Waarom Koreanen een neus hebben voor Europese klassieke muziek? Eerste prijsvioliste Lim: “Het is niet zo moeilijk om westerse muziek te begrijpen in een 21ste eeuw waarin je sterk geconnecteerd bent met alles en alle varianten van uitvoeringspraktijken kunt volgen en bestuderen. Bovendien heeft heel Azië inmiddels heel goede lesgevers, die in het Westen hebben gestudeerd, en hier samen met de studenten hard werken. Masterclasses, lessen en concerten zijn in Korea ruim toegankelijk. Wij zijn niet anders dan anderen omdat we ons die muziek eigen maken. Ze blijft voor elke student ter wereld even moeilijk.”

Ook pianist Dasol Kim heeft zijn eigen verhaal. Hij begon pas als 13-jarige - een leraar was te duur -, werd ontdekt na een jongerenwedstrijd en kreeg gratis les van een idealistische lesgever. Als zesde laureaat van de Elisabethwedstrijd 2010 deelt hij de nieuwsgierigheid van Koreanen voor Europese klassieke muziek.

“Het is iets opwindends en blijft iets exotisch dat nieuwsgierig maakt. We groeien nog altijd in die wereld, al stellen westerlingen bij die erkenning nog vragen. Maar wat ons verhaal bijzonder maakt, is dat onze eerste generatie topmusici nog steeds leeft, zoals Namyun Kim (°1949). Precies dat maakt uw klassieke muziek voor ons Koreanen iets hedendaags. And playing it, is fun.

De vraag waarom Koreanen goede resultaten boeken, krijgt een antwoord in de investeringen die worden gedaan om muziek leren te begrijpen. Ze trekken hiervoor naar Europa, om het van lesgevers ter plekke te leren inzien. Namyun Kim, ‘s lands meest geroemde violiste, en een van de pioniers die begin jaren 1960 naar de Juilliard School in New York trok, beaamt dat. Ze is nu directeur van de private school K-Arts, de Korea National Institute for the Gifted in Arts, dat op jonge leeftijd kinderen selecteert en gratis studies aanbiedt. Ook is ze emeritus-professor van ’s lands grootste National University of Arts (35.000 studenten) en was ze al driemaal jurylid van de Elisabethwedstrijd.

In haar gesubsidieerde K-Arts-instelling rekruteert de stervioliste kinderen, om ze met praktijkervaring klaar te stomen, iets complementairs aan de academische vorming van de National University, waar pas op achttien jaar kan worden begonnen. K-Arts geeft ook kansen aan kinderen met een beperking, aan kinderen uit eenoudergezinnen en multiculturele gezinnen (Vietnamees-Koreaanse bijvoorbeeld) en aan vluchtelingen uit Noord-Korea.

Namyun Kim: “Pas nadat het land de armoede na de oorlogsjaren was te boven gekomen, en de eersten - zoals ik - in het Westen konden studeren, is er een vertrouwen gekomen in ons eigen systeem. Het gevolg daarvan was: budgetten voor kunstonderricht. Koreanen kunnen de westerse klassieke muziek begrijpen, want ze herkennen er oosterse elementen in. Het enige waarvoor het goed is dat Koreanen naar Europa gaan, is om de taal te leren. Een jaartje Duits of Frans om de zang van de muziek te verstaan, die uit die taal ontstond, doet wonderen.”

lees verder onder de foto

seoul zaal BRUZZ ACTUA 1571
© Jean Marie Binst
“Naar Europa reizen is wel essentieel om het typische concertpubliek te voelen, een ambiance die je ‘Ik’ raakt. Het is omdat Koreanen zo veel van muziek houden, zo veel luisteren naar klassiek, soms meer dan naar hun eigen muziek, dat ze ervan houden en ze begrijpen. Ik speelde het Sibelius-concerto zogezegd perfect in 1963, maar begreep er niets van.

Vandaag begrijpen 10-jarigen het al perfect, omdat ze een vertrouwd gevoel hebben met klassieke muziek. Het enige probleem van de jeugd is het gebrek aan geduld om lang door te zetten. Ik los het op met harde hand: de gsm’s gaan uit. Zonder strengheid geen zelfdiscipline. Voor de rest selecteer ik talent met mijn neus.”

In de National University, waar het inschrijvingsgeld na het toelatingsexamen 3.500 euro bedraagt (in private hogescholen loopt dat op tot het dubbele, terwijl een bediende 4 euro uurloon verdient, red.) volgen we een one-to-one-les van decaan Muziekinstrumenten Ju-young Peak, hoofd van 540 studenten en 45 professoren.

Peak: “Ze moeten meteen begrijpen wat ik bedoel en alles intuïtief corrigeren – zo herken je talent. Ouders moeten het talent bij hun kind op kleuterleeftijd vinden, zodat het kan bloeien. Vandaar ook de overheidssteun om talenten te ontdekken. De moeder vindt de passie van haar kind, en het kind ontdekt zijn krachten. Waar te laat met talent van een kind omgegaan wordt, zal het nooit zo snel de top bereiken. Zo moet de voorsprong van Korea niet verbazen. De internationale muziekwedstrijden dienen dan alleen om zichzelf te evalueren, hoe subjectief dat ook is. Een andere maatstaf op wereldniveau is er spijtig genoeg niet.”

Cultuurtroeven
We gaan nog even langs bij de Korea Arts & Culture Education Service, die van het gelijknamige ministerie afhangt. Manager Zun-Young Lim onderschrijft de overheidsinteresse die al vijftien jaar op cultuur focust.

Lim: ”Het succes van de Hallyu Wave of Koreaanse golf heeft onze cultuurtroeven op de wereldkaart gezet. Onze dienst krijgt 150 miljoen euro om projecten op te zetten, zoals vijfduizend lesgevers naar kunstopleidingen sturen, amateurkunstenclubs promoten, arme kinderen in orkesten doen musiceren (het El Sistema-project, eerder een sociaal project dan muzikaal, red.) en buitenlandse culturele instituten op de kaart zetten (er zijn er 31 in de wereld, waarvan het Brussels Koreaans Cultuurinstituut het belangrijkste is en in 2016 de Koreaanse prijs van beste kreeg, red.). De volgende stap is anderen Koreaans doen leren, omdat je alleen via de taal iemands cultuur ten gronde leert te begrijpen. Is dat niet overal zo?”

Terugdenkend aan de concertpodiumklas en de drive in de gangen van de Yumon School, valt de puzzel in elkaar. Alle stukjes tellen. De Tiger Mum, die met mano dura het talent uit het kind haalt. De nieuwsgierigheid voor de exotische westerse cultuur. De competitie-ijver om uit de miljoenenmassa te excelleren tot de top. En allemans trotse besef dat Korea de early adopter en testmarkt is waarin de moderne samenleving ontwikkeld wordt.

In het besef dat ‘onze’ klassiek muziek volwaardig deel uitmaakt van de Aziatische cultuur van de 21ste eeuw, is het prestigieuze Elisabethconcours niet meer dan een spiegel voor talent. Koreanen zien het als de ultieme try-out, voor persoonlijke erkenning op wereldvlak. Want Korea - ook op dit vlak - wil gezien worden.

Korea in de Elisabethwedstrijd

Koningin Elisabethwedstrijd Koreanen 2000 2016
© Peter Dhondt
Al sinds 2000 halen Koreanen elk jaar de finale viool, piano of zang, met zelfs drie eerste prijzen (2002 en 2006 waren compositiewedstrijden).
Elisabeth cd BRUZZ ACTUA 1571

> Cd-box Cello 2017
Vanaf 4 juni verschijnt de 4-cd-Box Cello 2017 (PIAS/Harmonia mundi) met uitvoeringen van de twaalf finalisten van de Elisabethwedstrijd. Daarin fragmenten van opvallende prestaties van de eerste ronde, de halve finale en de finale, met het Orchestre de Chambre de Wallonie en het Brussels Philharmonic.
Meer info op www.cd-elisabeth.be

> Koningin Elisabethwedstrijd. Finaleweek van 29 mei tot 3 juni in Bozar, www.imkeb.be

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Jongeren, Muziek

Lees ook

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni