Bieke Buckinx BRUZZ 1551
Interview

Enfant terrible: Bieke Buckinx, kunstenaar

Hilke Andries
© BRUZZ
14/12/2016

Levens in een stad die elkaar kruisen of zelfs even gelijk lopen en daarna weer hun eigen weg inslaan, iedereen die in een stad woont weet wat ik bedoel. Ik noem ze familiar strangers. Voor mij zijn ze een inspiratiebron.

Ik raakte in de ban van vier mensen die mijn Brussel kleuren en daarom besloot ik om ze te portretteren. Dat kleine aspect uit mijn leven wou ik uitvergroten. Zo is de portrettenreeks ‘Les Kop Connus’ tot stand gekomen. Het zijn vier personen geworden uit verschillende contexten, die ik tegenkwam op plekken waar ik vaak over de vloer kom. Zoals Ali, de Pakistaanse nachtwinkelverkoper die mij aanspreekt als voisine en al 25 jaar, als een van de eersten, zijn shop heeft op de Varkensmarkt. Brussel en de sfeer die hier hangt, zijn voor mij heel belangrijke inspiratiebronnen. Zijn mensen, gebouwen, kleuren, de veelzijdigheid, ik slorp het allemaal gulzig op. Na één dag rondwandelen, kan ik thuiskomen met wel tien ideeën in mijn hoofd. Rondkijken, écht kijken en je ziet zoveel meer. Omdat ik hooggevoelig ben, kunnen die prikkels me soms wat overprikkelen.

Toen het uit was met mijn lief ben ik in het diepe gesprongen en heb ik mij helemaal op mijn schilderwerk gefocust. Dat voelt heel juist aan. Ik heb er geen idee van wat ik liever zou doen. Ik wil niet leven met spijt dat ik niet voor mijn droom ben gegaan.

Als kind was ik altijd aan het tekenen en aan het knutselen. Er zit best wat creatief talent in mijn familie, die me er altijd in heeft gestimuleerd. De neef van mijn oma was Willy Vandersteen, mijn opa was architect en Jan Paternoster van Black Box Revelation is mijn neef. Ik werk nu ook halftijds bij mijn papa in zijn lasatelier. Ik ben graag met mijn handen bezig. Het is echt fijn om een nieuwe ambacht te leren.

Ik richtte ‘Stadsgardeville’ op, een kunstenaarscollectief of eerder enkele vrienden die graag hun creatieve ei kwijt wilden. We willen op regelmatige tijdstippen expo’s organiseren. Op ons eerste expoweekend kreeg ik veel positieve reacties. Die geven mezelf extra energie om te blijven doen wat ik graag doe. Bevestiging krijgen, is zo belangrijk, zeker omdat schilderen tijdens het werkproces heel eenzaam kan zijn. Als je een eeuwige twijfelaar bent, zoals ik, doet het deugd om te kunnen polsen of wat je aan het doen bent geen total waste of time is.

Ik schilder mijn eigen versie van een foto die ik maak. Ik werk met olieverf. Daarmee kan je verder werken zonder dat het te snel uitdroogt. Ik schilder direct, met snelle toetsen. Wanneer ik het minste zin heb om te schilderen en met een je m’en foutistische houding achter mijn doek kruip, is het resultaat meestal het beste. Mijn werken hebben een afmeting van 1m op 1,50m. Ik zou het vreemd vinden om portretten kleiner dan de werkelijkheid te schilderen. Kleiner vind ik altijd wat prutswerk. Daardoor ben ik vrij lang bezig aan een werk. Ik neem graag wat afstand. Een half uur staren en kijken of ik ergens iets kan retoucheren. Nog een toets zetten en weer een stapje achteruit doen.

Ik werk in mijn living, mijn tekentafel is een deel van mijn interieur geworden, en zelfs een deel van mezelf. Ik moet zin hebben om te schilderen, ik moet een soort productiviteit voelen, anders begin ik er beter niet aan. Soms, als ik in die vibe zit, kan ik nachten doorwerken. Op dit moment ben ik in de Academie voor Beeldende Kunsten Anderlecht met kleine werkjes bezig die ik in één keer af wil hebben. Net om me die snelle, directe schildertechniek helemaal eigen te maken. Het totaal wordt dan één grote mozaïek waar ook weer mijn dagelijkse leven centraal staat.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Cultuurnieuws

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni