Overste pleit verbindingsofficier in Istanboel vrij

De verbindingsofficier van de politie in Istanboel - die volgens N-VA-vicepremier Jan Jambon blunderde met belangrijke informatie in aanloop naar de aanslagen van 22 maart - heeft de regels en procedures wel degelijk correct gevolgd.

Dat heeft zijn hoofdcommissaris, Peter De Buysscher, woensdag gezegd in de parlementaire onderzoekscommissie, zo vernam Belga van verschillende bronnen.

"Hier heeft geen dienst, geen directie, geen politieapparaat, maar wel één persoon uit het politieapparaat geblunderd", stelde minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon drie dagen na de aanslagen in de Kamer. Een uitspraak waar meteen forse kritiek op kwam vanuit de oppositie én de meerderheid. Concreet bleek het misgelopen met belangrijke informatie over een van de terroristen: Ibrahim El Bakraoui. Zo duurde het eind juni 2015 drie dagen alvorens de verbindingsofficier zijn arrestatie aan de Turks-Syrische grens signaleerde bij DJSOC, de bevoegde dienst bij de federale gerechtelijke politie.

Op 15 juli, daags nadat El Bakraoui door de Turken naar Nederland is teruggestuurd, verneemt de verbindingsofficier bovendien dat het om een terrorismedossier gaat. Waarna het echter nog duurt tot 20 juli voor hij ook die informatie doorgeeft aan de terreurcel van DJSOC. "Geblunderd", zo besloot Jambon toen hij die informatie als bevoegd minister onder ogen kreeg. Waarna de N-VA-vicepremier naar eigen zeggen tevergeefs zijn ontslag aanbood. Acht maanden later snijdt de onderzoekscommissie de kwestie aan. Achter gesloten deuren pleitte hoofdcommissaris Peter Debuysscher zijn verbindingsofficier daar woensdag alvast vrij. Volgens het hoofd van de directie van de internationale politiesamenwerking (CGI) heeft de man wel degelijk de regels en procedures gevolgd, zo vernam Belga.

Relatie met Turkije onderkoeld
Bovendien vroeg Debuysscher naar verluidt ook begrip voor de moeilijke context. Zo zou het erg moeilijk werken zijn met de Turkse autoriteiten en valt niet echt een peil te trekken op hun manier van werken. De ene keer communiceren ze rechtstreeks, de volgende keer wordt informatie doorgespeeld via een tweede kanaal en een derde keer zelfs via een ander land. Bovendien zijn de relaties met Turkije - zeker op het vlak van terrorisme - erg onderkoeld. President Recep Tayyip Erdogan verweet België woensdag nog een broeinest te zijn van PKK-militanten en samenzweerders.

Acht maanden later snijdt de onderzoekscommissie de kwestie aan. Achter gesloten deuren pleitte hoofdcommissaris Peter Debuysscher zijn verbindingsofficier daar woensdag alvast vrij. Volgens het hoofd van de directie van de internationale politiesamenwerking (CGI) heeft de man wel degelijk de regels en procedures gevolgd, zo vernam Belga. Bovendien vroeg Debuysscher naar verluidt ook begrip voor de moeilijke context. Zo zou het erg moeilijk werken zijn met de Turkse autoriteiten en valt niet echt een peil te trekken op hun manier van werken. De ene keer communiceren ze rechtstreeks, de volgende keer wordt informatie doorgespeeld via een tweede kanaal en een derde keer zelfs via een ander land. Bovendien zijn de relaties met Turkije - zeker op het vlak van terrorisme - erg onderkoeld.

President Recep Tayyip Erdogan verweet België woensdag nog een broeinest te zijn van PKK-militanten en samenzweerders. Tegelijk blijkt uit de tijdslijnen die intussen zijn opgesteld dat men ook bij de DJSOC in Brussel vrij "passief en inactief" bleef na het binnenlopen van de informatie vanuit Istanboel, zo werd eerder al duidelijk. Of de kous daarmee af is voor de verbindingsofficier, is echter niet zeker. Jambon heeft destijds immers meteen ook een procedure aangekondigd tegen de man. Het inleidend verslag - met naar verluidt een veelal feitelijk relaas - is intussen aan de minister overgemaakt, zo maakte commissaris-generaal Catherine De Bolle eerder bekend.

Procedurefouten
Welk gevolg Jambon daaraan zal geven, valt af te wachten. "Maar het zal inderdaad niet evident zijn om de betrokkene een tuchtprocedure aan zijn broek te smeren", besluit een lid van de onderzoekscommissie alvast. Bedoeling is dat de verbindingsofficier voor het einde van het jaar ook zelf nog in de onderzoekscommissie verschijnt om er zijn relaas van de feiten te geven. Daarbij moet wel worden opgemerkt dat de onderzoekscommissie niet zozeer op zoek is naar personen om met de vinger te kunnen wijzen, maar eerder naar fouten of onvolmaaktheden in de bestaande procedures en structuren.