Interview

Pascal Smet: ‘Besef groeit dat het zo niet verder kan’

Danny Vileyn, Laurent Vermeersch
© BRUZZ
05/09/2017

De politieke crisis die groeide uit de affaire rond Samusocial moet aangegrepen worden om de verhouding tussen het Brussels Gewest en de negentien gemeenten opnieuw te bekijken. Dat zegt minister van Mobiliteit en Openbare Werken Pascal Smet (SP.A).

Samusocial kostte niet alleen de kop van Brussels burgemeester Yvan Mayeur (PS), maar leidde ook tot een serieuze impasse in het Franstalige politieke landschap. CDH wil niet meer met PS regeren, maar voorlopig blijft de Brusselse regering wel overeind.

Donderdag is het de eerste ministerraad. Het wordt een drôle de rentrée. Het CDH staat met één been in en één been buiten de regering.
Pascal Smet: Ik denk dat de situatie niet zal verschillen van die van net voor de vakantie. Minister Céline Fremault is blijven meewerken en het regeerakkoord blijven uitvoeren.

Toch kunt u de situatie niet afdoen als een Franstalig probleem, want u moet als minister ook met Fremault samenwerken rond concrete dossiers, bijvoorbeeld rond de Lage Emmissiezone (LEZ) die eraan komt.
Pascal Smet: De LEZ komt er dankzij SP.A en Défi. Eerst wou men een vijftal kleinere zones maken in de stad, Didier Gosuin en ik hebben gezegd: het mag geen Low Ambition Zone worden. We hebben Fremault kunnen overtuigen om de LEZ in heel het gewest in te voeren.

Nieuwe initiatieven nemen, zal moeilijk zijn. Het CDH kan dwarsliggen in het parlement.
Pascal Smet: Nieuwe initiatieven? Er is nog heel wat werk aan de winkel met de uitvoering van het regeerakkoord. Ik heb begrepen dat het CDH zich verantwoordelijk zal opstellen. Dus zullen wij correct verder werken.

Het lijkt erop dat er uiteindelijk geen winnaars zijn in deze crisis. De politiek lijdt nog maar eens imagoschade.
Pascal Smet: De politiek zit al langer in hoek waar de klappen vallen. Er is een probleem met macht en arrogantie van de macht. Dat is zo bij een deel van de PS, maar ook bij een deel van de MR. Je moet nederig blijven in de politiek. Helaas slaagt niet iedereen daarin, maar ik wil hier niet het proces van anderen maken. Het enige zinnige antwoord is: doen wat je zegt, dingen in gang zetten en dingen veranderen uit liefde voor de stad. Als ik zeg dat er meer fietspaden moeten komen, dan is het enige antwoord op het heersende wantrouwen ervoor te zorgen dat die er effectief komen, zoals nu op de Kleine Ring.

Heeft de SP.A geen fout gemaakt door het schepenambt van Ans Persoons op te geven? Louis Tobback is alvast die mening toegedaan.
Pascal Smet: De vraag die je moet stellen is of het verstandig was van Els Ampe (Open VLD) om te blijven zitten als schepen. En dat op een cruciaal ogenblik. De crisis was een hefboom om Brussel grondig te veranderen. Ik herinner u eraan dat wij uit de vergadering gezet zijn.
Ampe heeft eieren voor haar eigen geld gekozen, ze vond haar eigen postje belangrijker dan de Brusselaar. Het is heel jammer voor het werk dat Ans geleverd heeft als schepen, maar de situatie is wat ze is. Ik wil daar duidelijk in zijn: ik ga correct samenwerken met de stad Brussel. Ik zal geen wraak nemen, ik zal niet blokkeren om te blokkeren en niet onnozel doen. Maar als iets niet goed is, zal ik het nu wel luid en duidelijk kunnen zeggen. In die zin ben ik bevrijd. Want er is veel te zeggen over de stad Brussel. Ondanks het vele goede werk van Ans.
Bij de gemeenteraadsverkiezingen volgend jaar kunnen jullie een nieuwe alliantie met de PS wel vergeten.
Pascal Smet: Maar wij willen dat ook niet! Ik denk dat de PS wel zou willen en dat ze begint in te zien dat ze niet verstandig zijn geweest.

Samusocial is een doos van Pandora. De PS is uit de Waalse regering gezet.
Pascal Smet: Ik wil het alleen hebben over Brussel en de Brusselaars. Ik ben wellicht degene die het vaakst ruzie gemaakt heeft met de PS de voorbije jaren, maar ik wil niet natrappen. Ik hoop wel dat Rudi Vervoort, die veel moed heeft getoond de voorbije weken, zijn dappere tocht kan voortzetten om de PS te versterken. Je mag niet vergeten dat er nog overtuigde militanten en goede politici zijn bij de PS. Kijk naar wat Caroline Désir doet in Elsene. Die mensen hebben een zware klap gekregen door de gebeurtenissen en ik hoop dat ze erbovenop komen.

Uw voorzitter John Crombez wil schijnbaar helemaal niet meer samenwerken met de ‘communisten’ van de PS.
Pascal Smet: Ik denk dat wij in Brussel voldoende autonomie hebben om te beslissen wat wij doen. Over naar Brussel graag.

Hoe links is de – Brusselse - SP.A nog?
Pascal Smet: Het gaat mij niet om etiketten. Een linkse partij kan soms zeer conservatief zijn en een rechtse progressief. Waar het mij om draait, is het samenleven en de levenskwaliteit verbeteren. De echte breuklijn is die tussen progressief en conservatief, tussen open en gesloten, tussen voorstanders van een homogene of van een diverse samenleving. Daarover gaat het. Sommige dingen zijn klassiek links, andere nieuw links of klassiek rechts. Maar er is een duidelijke breuklijn tussen meer egoïsme en meer solidariteit. Als je op mensen een etiket links of rechts plakt, steek je ze in een hokje. Zelfs onze honden steken we niet meer in een hok (streelt zijn hond Edgard).

U wil focussen op Brussel, maar met de Belgische staatsstructuren kan u weinig veranderen zonder het federale niveau en de gemeenschappen. En die schuiven op naar rechts, kijk maar naar de Waalse regering.
Pascal Smet: Dan moet Brussel een sanctuary city worden. Een stad waar progressieven samenkomen, een baken van licht in het donkere België. Een beetje zoals sommige Amerikaanse steden. Politiek is ook werken op langere termijn. Heel vaak probeert men politici te reduceren tot wat ze doen binnen hun termijn van vijf jaar, maar een goed politicus heeft impact over een periode van twintig jaar.

Mobiliteit is een mooi voorbeeld. Toen ik veertien jaar geleden in de Brusselse politiek kwam, kreeg ik te horen: retourne en Flandre avec ton vélo. Nu zijn dergelijke verwijten zeer uitzonderlijk. Door altijd op dezelfde nagel te blijven kloppen en tegen de stroom in te roeien, is er toch een en ander in beweging gezet.

Natuurlijk heb je ook de andere niveaus nodig, maar ik hoop ook dat wat gebeurd is, kan leiden tot een catharsis. We mogen ons niet beperken tot nieuwe regels voor mandaten en verloningen, er moet opnieuw een fundamenteel debat komen over de organisatie van de stad.
Ik was een van de eerste politici die ervoor pleitte om stad en gewest te laten samenvallen. Ik ben daar toen voor verguisd, ook door Nederlandstaligen. Maar het besef groeit, ook bij Franstaligen, dat het niet verder kan met negentien OCMW’s, zes politiezones, negentien gemeenten, zoveel intercommunales en parastatale instellingen. De komende maanden en jaren zullen wij opnieuw harder op die nagel kloppen met de SP.A. De voorbije jaren hebben we dat minder gedaan, omdat we ook heel wat concrete dossiers wilden opstarten.

U bent bevrijd om te spreken over de stad Brussel. Laten we het dan eens over de voetgangerszone hebben. Die lijkt ten dode opgeschreven. Sommigen vinden het ook maar een marginale bedoening.
Pascal Smet: Ik denk dat de gewone Brusselaar het zich niet meer kan inbeelden dat er nog auto’s voor de Beurs rijden. Veel mensen zien het potentieel. Ook is het een succes dat Marokkaanse, Turkse en Congolese Brusselaars voor het eerst openbare ruimte belangrijk vinden. Het probleem is dat de uitvoering totaal de mist is ingegaan, opnieuw door de arrogantie van de macht en nodeloze conflicten, zoals met Hotel Metropole. Ik hoop dat de werkzaamheden snel kunnen beginnen. Dat had al lang gekund, maar het hangt ook af van Didier Reynders, die bevoegd is voor Beliris. Men heeft altijd excuses gezocht om niet te beginnen. Maar de stad had ook zonder Beliris van start kunnen gaan met de heraanleg van een deel van de Ortsstraat, het Zaterdagplein, de Karperbrug. En waarom is Sint-Goriks nog niet autovrij gemaakt?

Omdat de buurtbewoners dat niet zien zitten.
Pascal Smet: Het gaat om een paar buurtbewoners die denken dat ze met de auto het lawaai van de terrassen kunnen tegengaan. Dat is een vreemde redenering.

Terug naar de voetgangerszone.
Pascal Smet: De stad had nooit mogen beginnen met een testfase. Ik heb daarvoor gewaarschuwd. In Elsene hebben we het anders aangepakt. De Elsensesteenweg wordt daar overdag vrijwel autovrij. We hebben dat goed uitgelegd in een participatief proces en zijn de werkzaamheden begonnen. Dat is het andere probleem: de stad heeft onvoldoende doen dromen. Mensen kregen niet meteen te zien hoe de voetgangerszone zou worden.

SP.A zat tot voor kort mee in het stadsbestuur.
Pascal Smet: Maar wij boksen boven ons gewicht zowel in de stad als in gewest. We proberen, maar we kunnen niet alles doen. De enige manier om zwaarder door te wegen is het beter te doen bij de volgende verkiezingen. Zo werkt dat in een democratie. We hebben veel gedaan, Ans heeft hard gewerkt, steeds in overleg met mij. Dat vonden ze trouwens niet leuk in het stadhuis. We hebben ons ook niet uit elkaar laten spelen.

Met een verzwakte PS en de SP.A uit het stadsbestuur wegen MR en Open VLD door. Willen zij wel vooruit met de voetgangerszone?
Pascal Smet: Het geldt zeker niet voor alle liberalen, maar een deel van MR en de Els Ampes van deze wereld zijn getrouwd met hun wagen. Ze blijven geloven dat je de files kan oplossen door meer ruimte te geven aan de auto, terwijl zelfs verstokte autosteden zoals LA en Milaan ondertussen weten dat meer wegen alleen leiden tot meer verkeer en meer files. Ook Touring zit in die kramp. Het wil alles voor de pendelaar en niets voor de Brusselaar. De autoverdedigers zeggen altijd dat je niet mag raken aan wegen zonder eerst in alternatieven te voorzien, maar als je dan fietspaden of trams aanlegt, zijn ze altijd tegen.

Met deze regering wilden we gaan voor een duidelijke trendbreuk en ook Guy Vanhengel is het daarmee eens. Ampe en Touring willen dit nieuwe evenwicht niet. Zij dwalen. There is no way back. Het ergste is dat die club zelfs mijn ziekte vorig jaar niet respecteerde. Als dieven in de nacht probeerden ze tijdens mijn ziekteverlof beleidsopties onderuit te halen in de dossiers van de Rooseveltlaan, de Havenlaan, en de Louizarotonde. Op de Rooseveltlaan zijn de werkzaamheden bezig en voor de Havenlaan hebben we een nieuwe vergunning ingediend.

Daar heeft u wel moeten toegeven op het aantal parkeerplaatsen en de busbaan.
Pascal Smet: Die 82 parkeerplaatsen langs één kant zullen het verschil niet maken. En voor de busbaan hebben we met de regering beslist dat ze er komt zodra ze nodig is. Daarvoor hebben we alleen een pot verf nodig. De filosofie van het project is intact. Louiza is iets ingewikkelder. Daar is men ook binnen het gewest in paniek geschoten, maar dat was voor een stuk gemanipuleerd. Met een extern bureau analyseren we nu de situatie.

Straks is het Week van de Mobiliteit. Waarom komen alternatieven zoals de overstapparkings maar niet van de grond?
Pascal Smet: Waar haalt u dat?

Er wordt al jaren over gesproken en het gaat maar niet vooruit.
Pascal Smet: Je weet toch waarom wij in 2009 uit de regering zijn gezet? We werkten te hard! Het plan lag toen al op tafel, ik kan er ook niets aan doen dat er de legislatuur nadien niet veel mee gebeurd is. Toen we opnieuw in de regering kwamen, hebben we bijna alles opnieuw moeten opstarten. De procedures lopen nu en tegen 2020 zullen de tienduizend beloofde plaatsen er zijn. Heel de saga van de tunnels is er ook tussen gekomen.

U bent toch mee verantwoordelijk voor de staat van tunnels?
Pascal Smet: Hebben jullie het verslag van het parlement gelezen? Ik heb mijn verantwoordelijkheid genomen. In 2008 heb ik een cel tunnels opgericht, ingenieurs aangeworven en de inspectie gelanceerd, omdat ik zag dat het probleem jarenlang was verwaarloosd. Toen ik in 2014 opnieuw Brussels minister werd, dacht ik dat de problemen met de tunnels opgelost waren. Niemand had mij iets gezegd, er waren zogezegd alleen problemen met Leopold II en Reyers. Over de rest geen woord.

U wil alleen nog in Brussel aan politiek doen. Ook als men u na de verkiezingen voorstelt federaal minister te worden?
Pascal Smet: Dan zeg ik neen. Formeel: mijn enige ambitie is Brussel. Zolang ik dingen kan veranderen, wil ik actief blijven. Ik ben voor vernieuwing, maar ook voor wijsheid en ervaring. Dat geldt voor de politiek en de journalistiek. Ik ben veertien jaar minister, is dat lang? Onder het mom van vernieuwing heeft men al veel wijsheid weggesaneerd. Ik heb altijd keihard gewerkt, ik heb het vorig jaar bijna met mijn leven bekocht. Zolang ik dromen heb, wil ik verder doen. De dag dat ik kantooruren klop, is het tijd om te stoppen.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Politiek

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni