Allochtone senioren: 'Steek ons alsjeblieft niet in een rusthuis'

Jean-Marie Binst
© Brussel Deze Week
24/11/2011
Allochtonen moeten niet weten van het klassieke rusthuis. Ze voelen er te weinig respect en missen familiale warmte. Het menu biedt ook al niet veel keuze, geen halalvlees bijvoorbeeld. “Over acht jaar zijn er vijftig procent allochtone senioren meer dan vandaag en ze hebben nu al een rusthuisfobie. Waar blijft de aangepaste zorg?” Els Nolf van de Brusselse Welzijns- en Gezondheidsraad wakkert het debat aan.

R ondkijken in de stad volstaat om te beseffen dat den Bompa niet meer lijkt op die van tv. "We staan weldra midden in een groot maatschappelijk probleem door de toename van allochtone senioren," zegt Els Nolf, stafmedewerkster Interculturaliteit van de Brusselse Welzijns- en Gezondheidsraad (BWR). "De huidige, eerste generatie allochtone zestigplussers wordt gevolgd door een explosie tegen 2020. Het vangnet voor allochtone seniorenzorg beperkt zich vandaag tot experimentele projecten. En ondertussen - en dat is nog erger - blijft men blind voor de kostprijs van de vergrijzing van de allochtone populatie. De woonzorg, thuiszorg en mantelzorg en de rusthuizenfobie van allochtone senioren zijn nochtans al jaren hot items in de migrantenorganisaties."

Waarop baseert u zich als u spreekt over de snelle vergrijzing van vreemdelingen?
Els Nolf: "Voor Brussel vertrekken we van het cijfermateriaal van de Vlaamse Gemeenschapscommissie (colloquium van 2006 over demografische veroudering en de gevolgen, red.). Van het ruim miljoen Brusselaars waren er toen 460.000 van buitenlandse origine. Van de tweehonderdduizend zestigplussers of oudere Brusselaars waren er vijftigduizend allochtoon. Vijf procent van de totale Brusselse bevolking was dus in 2006 allochtone senior. (Nieuwe cijfers worden verwacht tegen de Staten-Generaal Woonzorg in december 2012, red.) Vlaamse cijfers van Welzijnswerk hebben het over honderdduizend senioren van vreemde origine in 2010. Tegen 2020 worden dat er al 149.000, een stijging met vijftig procent."

Stuurt het beleid de opvang en woonzorg van de allochtone senioren ondertussen bij?
Nolf: "Via Ovallo, het Overlegplatform Allochtone Ouderen, staan de thema's welzijn en gezondheid van die seniorengroep permanent op de agenda van de BWR. Ook het Minderhedenforum is ermee bezig. De BRW is maar de tussenschakel tussen het beleid en de sociale organisaties, die het werkveld vormen. De bedoeling moet zijn dat we de aandacht voor interculturalisering tot iets vanzelfsprekends maken. Er moet overal een aanbod 'zorg op maat van de verscheidenheid' komen. De samenleving verandert snel in de stad, de seniorensituatie van vorige eeuw komt nooit meer terug. Met de specifieke behoeftes en noden van allochtonen zullen we continu geconfronteerd worden. De diversificatie in 'zorg op maat' wordt zelfs het enige en evidente maatschappelijke model."

En hoe reageren ondertussen de rust- en verzorgingshuizen? Terughoudend om hun systemen aan te passen?
Nolf: "Zeer zeker. Het blijft bij wat experimenten rond interculturalisering. De allochtone senioren confronteren ons met een 'zorg op maat' van het individu. Dankzij hun prangende vraag zullen alle senio­ren er in de toekomst bij winnen. Het gaat er niet om aparte formules en recepten-op-maat te toveren voor Turken en Marokkanen. Alle zorgverstrekking moet afgestemd worden op het individu."

Stel dat ik een zeventigjarige Turk ben die niet meer zelfstandig kan wonen. Wat maakt mij dan anders dan een andere senior?
Nolf: "Als je een praktiserende moslim zou zijn, dan ga je verlangen dat er aangepaste voeding in het rusthuis of aan huis geleverd wordt. Je zou ook plaats en respect voor je religieuze beleving willen zien in je nieuwe milieu, zeker naar het levenseinde toe. Niemand vraagt nog om een kapel in een bejaardentehuis, maar een multifunctionele ruimte waar een aantal heiligenboeken liggen of waar een beurtrol van gebedsmomenten geldt, zou al een wereld van verschil zijn."

Een imam die langskomt, halalmaaltijden: dat lijkt allemaal makkelijk aanpasbaar in de bestaande instellingen.
Nolf: "Het vraagt inderdaad vaak om enkele kleine tegemoetkomingen. En toch wordt dit nog vaak genegeerd. Er is een mentaliteitsverandering richting interculturele seniorensamenleving nodig. In de zorgsector horen we veel nog gemakshalve weggelachen worden. Zoals over halal: 'Ze proeven het verschil in hun bord toch niet.' Er bestaan nochtans cateraars die halalmaaltijden aanbieden. Eigenlijk is het een gebrek aan eerlijkheid en sérieux van rusthuisdirecties en keukenpersoneel. 'Waar maken die moslims toch een probleem van, zeg!' is een nog vaak gehoorde reactie, mede door het wegvallen van elke affiniteit met religie. Als je weet dat vegetarisch koken nog vaak scheef bekeken wordt, dan ligt de drempel voor andere eetge­woonten nog hoger."

Het Joodse rusthuis in Sint-Gillis biedt de bewoners alles waarmee ze vanouds vertrouwd zijn.
Nolf: "Elk privé-initiatief is welkom. Maar vanuit de overheid kunnen we de stad niet volbouwen met enclaves voor nationaliteiten en geloofsgroepen; alleen een inclusief beleid past. Een Turk zal in het rusthuis moeten leren leven naast een Koerd en een Griek, anders sluit hij zichzelf uit onze samenleving, die op diversiteit steunt. Het idee van diversiteit moet een culturele evidentie worden, in de eerste plaats voor de stedeling. De globalisering zal nooit stoppen. Voor Marokkanen en Turken die veertig jaar geleden overtuigd waren dat ze ooit zouden terugkeren naar hun land - en daardoor ook onze taal niet of slecht spreken -, is de zorgbehoefte nog groter. De blijvende taal- en cultuurbarrière van allochtone senioren is het gevolg van een te laks beleid in het verleden."

Hoe denken allochtonen over rusthuizen?
Nolf: "Ze hebben een panische angst om vroeg of laat in zo'n rusthuis te belanden. Ze spreken over koude en respectloze instellingen waar je een nummer bent. Vooral zwart-Afrikaanse ouderen wijzen met de vinger naar het gebrek aan 'respect voor de ouderling'. Rusthuizen hebben een verschrikkelijk imagoprobleem bij allochtonen. Zo­wel aan het imago als aan de foute perceptie moet dringend wat gedaan worden. Want deels is de kritiek gefundeerd. Wat meer keuzevrijheid voor de senioren inbouwen zou al een grote stap vooruit zijn."

Is thuiszorg voor allochtone 'familiebeesten' niet het beste systeem?
Nolf: "Ik zou die optie willen opentrekken: thuiszorg voor iedereen wordt het enige betaalbare model voor de overheid. Het aantal rusthuizen zal niet in gelijke tred kunnen toenemen met de explosie van de bejaarden aan de top van de bevolkingspiramide. Enkel in de allerlaatste levensfase zal residentiële zorg (in rust- en verzorgingstehuizen, red.) nog betaalbaar zijn. Als 'overlevingsmodel' voor de toekomst worden andere concepten aangevoerd: woon-zorghuizen en woon-zorgcentra, naast kangoeroewonen (jonge gezinnen en ouderen wonen (apart) in hetzelfde gebouw en zorgen voor elkaar, red.) en zo lang mogelijk thuis blijven wonen. Het is een van de thema's die het Kenniscentrum Woonzorg Brussel voorbereidt voor de Staten-Generaal Woonzorg."

Kangoeroewonen is alleen een optie voor wie privé de verbouwfinanciering aankan. Horen de allochtonen tot die sociale klasse?
Nolf: "Wellicht niet. De overheid trekt hier ook geen subsidiëring voor uit, laat staan dat het beleid beseft wat de residentiële zorg onze samenleving in de toekomst gaat kosten. Vooraleer we stellen dat we zorgvormen gaan stimuleren, moet er een kostenplaatje op tafel liggen; naar mijn weten hebben de ministers die rekenoefening over de volledige seniorenpopulatie niet gemaakt. (De bevoegdheden zitten verspreid bij Jo Vandeurzen, Brigitte Grouwels en Pascal Smet, red.) Ook al zijn er experimenten die door een lokale overheid als de Vlaamse Gemeenschapscommissie worden gesubsidieerd, de denkoefening met kostenplaatje blijft achterwege. En omdat de seniorenexplosie onder allochtonen vlugger een feit zal zijn dan velen beseffen, vind ik dat zeer onrustwekkend. Voor alle allochtonenorganisaties staat het thema continu op de agenda, maar eigenlijk wordt er nog steeds geen afdoend antwoord op hun vraag gegeven, laat staan afdoende beleidsmaatregelen getroffen."

Willen allochtone senioren in feite niet gewoon dat hun kinderen voor hen zorgen?
Nolf: "Meer nog: ze vinden dat hun kinderen hen moeten verzorgen. Het hoort bij hun zorgcultuur, die met afgrijzen reageert op hoe wij onze (groot)ouders wegsteken in bejaardentehuizen. Wat wel opvalt, is dat de vraag om organisatie van thuiszorg vooral van de kinderen van allochtone ouderen komt. Zij weten niet hoe met chronische zorg om te gaan. Ze hebben problemen met het combineren van werk en ouderenzorg. Het leidt soms tot het fenomeen van pendelende grootouders, die een week bij die familie en een week bij die familie logeren. Dat wordt als ontwortelend ervaren. De Congolezen (zie artikeltje links, p. 4) beginnen zich in Brussel te organiseren rond kleinschalige woon- en zorg­initiatieven, waaronder kangoeroewonen. Een aantal experimenten lijkt goed van start te gaan, zoals het Biloba Huis, een multiculturele kleinschalige woonvorm. Daar wordt bijvoorbeeld een groeps­afspraak gemaakt voor een verpleegster die op één ochtend meteen tien mensen kan helpen. In deze formules zit veel potentieel."

"Ik zie het hoopvol in. De roep vanuit de allochtone bevolking om aan kleinschalige zorg te gaan doen, zal uiteindelijk leiden tot een warmer en menselijker systeem van ouderenzorg. In dat opzicht zijn het de allochtonen die een beter leven voor alle senioren in de hand werken, dankzij hun vraag om verandering."

Wie is Els Nolf?

Antropologe en maatschappelijk werkster Els Nolf (35) is stafmedewerkster Interculturalisering bij de Brusselse Welzijns- en Gezondheidsraad (BWR). De BWR ondersteunt Nederlandstalige welzijnsdiensten, stimuleert en bundelt overleg in de sector, en beheert de Sociale Kaart, Sociaal Brussel Online, het Brussels Zakboekje en Zorgzoeker.

Els Nolf coördineert ook het Overlegplatform Allochtone Ouderen (Ovallo) en ondersteunt projecten die de brug slaan tussen etnisch-culturele gemeenschappen en de Nederlandstalige welzijnssector.

Onlangs verhuisde de BWR samen met Kenniscentrum Woonzorg Brussel, Thuiszorg Brussel, Home-Info, het Meldpunt voor Ouderenmis(be)handeling, BOT, Medes, ADO en het Huis voor Gezondheid naar de Lakensestraat 76. Op 9 december is het daar open huis en krijgt het 'zorgpand' een nieuwe naam.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Samenleving

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni