Foyer is een organisatie die in Molenbeek al sinds 1969 werkt rond migratie en de multiculturele stad. Zij hebben te veel activiteiten om op te noemen, maar nu viel er ook nog een boekje op het bureau, een kookboekje.

Italianen en migratie, Italianen en koken, ze zijn in onze geesten onlosmakelijk verbonden. Zeventig jaar geleden begon de officiële migratie van de ‘gastarbeiders’ uit het zuiden. Massaal trokken ze naar de koolmijnen in Henegouwen en Limburg. Die arbeiders werden gevolgd door landgenoten die allerhande diensten kwamen aanbieden aan die nieuwe bevolking, want zoals vaak verliep de integratie met de ‘oude Belgen’ stroef, en waren zij vooral op elkaar aangewezen om een plek in dit regenachtige land in te richten.
Hun keuken en hun taal werden beïnvloed door de producten die zij hier vonden, zo vaak als mogelijk keerden zij terug naar het voorvaderlijke dorp om dan met volle koffers kazen, sausen en prosciutto naar de cités terug te keren. Later gingen sommigen groothandels en winkels opzetten, speciaal voor deze groep, of restaurants. Met de komst van de RAI op de kabeltelevisie werden relaties met het moederland nog verstevigd. Opmerkelijk ook hoe de meeste families uiteindelijk in Brussel terechtkwamen, na de verplichtingen in de mijn of de zware industrie.

Het boekje ‘La Cucina di Mamma Mina – smaken uit 70 jaar Italiaanse migratie’ is een goed kookboek. Ik bedoel daarmee dat het niet probeert allesomvattend te zijn, maar dat het behalve recepten ook de context van het eten presenteert. Het verhaal achter de spijskaart. Aan de hand van de getuigenissen van veertien personen, onder wie één professionele kok, zien wij hoe de keuken werd aangepast aan de Belgische realiteit, hoe het Italiaans verbelgischte. Het zijn persoonlijke, bijna intieme geschiedenissen van deze migranten van eerste tot derde generatie.

Menselijk, oprecht, soms confronterend. Hoe grappig ook toen – bijvoorbeeld - Giulia, lerares Italiaans die van de oevers van het Gardameer naar Gent trok omwille van de liefde, voor het eerst naar de slager trok om nog eens ossobuchi klaar te maken. Maar hoe zeg je ossobuchi als je nog maar weinig Nederlands spreekt? “Ik wil graag een stuk van het been van de zoon van de koe,” vroeg ze de slager. Die keek naar zijn vrouw en sprak: “Als ik haar goed begrijp wil ze ossobucco?”

‘La Cucina di Mamma Mina’ telt 87 verzorgde pagina’s met aardig wat foto’s in een spiraalbinding - wat handig is in de keuken. Het bevat een dertigtal recepten, meestal eenvoudige. Het gaat over volkskeuken, ‘cucina povera’, maar ook hier en daar over feestelijkere bereidingen. Het boekje kost 15 euro en is te verkrijgen bij Foyer of in boekhandel ‘Tropismes’. Iets voor onder de kerstboom?

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Resto & Bar, Expo

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni