Interview

'Generatie B' van Vandecasteele vanaf woensdag op Canvas

Luc Joris
© BRUZZ
01/02/2017

Jongeren worden genegeerd, zowel door de media als door de politieke partijen. Dat vinden schrijver Joost Vandecasteele en filmmaker Pieter Van Hees. Daarom hebben ze Generatie B gemaakt, een absurde comedy over Brusselse jongeren die proberen te overleven in een apocalyptische hoofdstad. De reeks is vanaf woensdag 8 februari te zien op Canvas.

Vorige week ging de sitcomreeks, naar Vandecasteeles debuut Hoe de wereld perfect functioneert zonder mij, in première op het Filmfestival van Rotterdam. Daar klonk het zo: “Generatie B drijft de spot met de generatiekloof, consumentisme en apathische millennials. Ouderwetse rebellie is veranderd in een mix van neurotische berusting en komische actie.”

Generatie B. is vooral een afrekening met de generatie van jullie eigen ouders, de babyboomers. Kan een Brusselse twintiger, die zijn ouders toch vaak ook hip vindt, zich daar in herkennen?
Van Hees: De reeks is voor een stuk een afrekening met de generatie die ervoor gezorgd heeft dat we zijn waar we nu zijn. Het is de generatie die parkings heeft gebouwd, de boost in files, in dronken rijden, die de milieuproblemen mee heeft veroorzaakt en die nu zegt: ‘We hadden er iets meer aan moeten doen, maar we hadden zo een goed leven, dus we hebben er niet bij stilgestaan.’ De jongeren van nu moeten dat bekopen. Die ontevredenheid daarover voel je bij hen.

Vandecasteele: Dat voel je even hard bij twintigers als bij ons. Het is niet per se een afrekening met onze ouders, maar een afrekening met wat ook elke politieke partij heeft geïncorporeerd: jongeren negeren. In Nederland heb je de politieke partij 50PLUS. Dat is een lobbygroep voor vijftigplussers. In Vlaanderen hebben we dat niet nodig want elke partij is een vijftigpluspartij.

Van Hees: In de media zie je dat ook. De meeste tv-programma’s, zeker op de vrt, zijn gericht op de interesse van vijftigplussers. Zij worden bediend en de rest moet maar meelopen.

Veralgemenen jullie nu niet?
Vandecasteele: We doen comedy, man, maar we praten wel met twintigers. Wat er van hen verwacht wordt en hoe weinig ze terugkrijgen, dat is hallucinant. Ons werd nog wijsgemaakt dat we hard moesten studeren, dan moest je niet aan de band gaan staan. Nu is het gewoon hard studeren en hopelijk kom je aan de band terecht. Twintigers worden echt aan hun lot overgelaten. Zeker in Brussel voel je dat. De Vijfhoek is voor hen onbetaalbaar geworden. De voetgangerszone is gericht op de toerist en niet op de inwoner. Brussel is toch zo hard aan het trappelen, terwijl andere steden al lang aan het zwemmen zijn.

Van Hees: De meeste crewleden waren ook twintigers. Omdat het de enigen waren die we konden betalen. Zo zijn wij even erg, want ook wij buiten hen uit. Maar ze herkenden er zich helemaal in. Hopelijk is Generatie B voor hen wat The Young Ones voor ons was.

Vandecasteele: We tonen twintigers die eerst allerlei shit over zich heen krijgen en zich vervolgens verzetten. Die tegenreactie voel je ook bij jongeren in Brussel. Ik word altijd lastig van de idee dat de jongeren niet meer betogen. Er zijn al zoveel trucs door machthebbers verzonnen om straatbetogingen niet legitiem te maken dat je nu meer bereikt door via internet een actie te voeren dan door op straat te komen. De generatie van nu weet heel goed wat ze niet wil en ze staat op haar strepen. En dan zegt men dat het een verwende generatie is. Niet akkoord. Ze weigeren te aanvaarden wat hen aangeboden wordt en dat is een groot verschil. Ik vind net dat de generatie van babyboomers enorm met zichzelf bezig is. Omdat ze de luxe hebben om met zichzelf bezig te zijn. Terwijl de twintigers van nu gewoon aan het overleven zijn. In de serie gebeurt dat vaak volgens het Brecht-idioom ‘Erst das Fressen, dan die Moral.’ Dat is ook fel in Brussel aanwezig. Je moet hier foefelen om te overleven.

Hoe vielen de opnamen in Brussel mee?
Van Hees:: Het was heftig. Ik was gewoon vergeten hoe hard deze stad is en wat je allemaal tegenkomt, zeker als je ’s nachts draait. Er is zelfs op ons geschoten. De serie gaat over Brussel en al die shit die men naar ons hoofd heeft geslingerd, is op een of andere manier in de reeks geslopen. Er gaat zoveel energie van de stad uit. We hebben geprobeerd die in de serie door te laten zinderen, net zoals in de grote Amerikaanse stadsfilms van de jaren zeventig. Er is veel woede, armoede, vandalisme en we moeten geen fake bloed op de grond leggen, want het ligt er, maar het helpt om de reeks een echtheid te geven.

Vandecasteele: De stad wordt zo stiefmoederlijk behandeld door haar eigen land, haar eigen hoofdstad nota bene, zelfs een Europese hoofdstad, en ondanks dat alles lukt het nog. Eigenlijk is Brussel een punkstad. En dat heeft zijn voor- en nadelen. De agressie die er aanwezig is, helpt natuurlijk niemand. Aan de andere kant voel je een tegenbeweging tegen die agressie. Maar wat mij het meest stoort, is dat we de perceptie van een stad laten afhangen van de ergste en niet van de beste of zelfs de onzichtbare mensen die er wonen. Daarom vind ik expats zo intrigerend. Die zitten in hun eigen wereld, maar ze zijn met zovelen. Kijk naar de bacchanale toestanden die daar elke donderdag aan het Luxemburgplein plaatsvinden, dat is Pasolini op een plein. Dat is het schone aan Brussel, dat ik niet snap hoe de stad functioneert.

Het beeld dat we van Brussel krijgen, is niet hoopvol. En toch ziet u Brussel als de stad van de toekomst. Hoe verklaart u die paradox?
Vandecasteele: Ik ben optimistisch. Er is al zo vaak verklaard dat Brussel, met zoveel mensen op een kleine oppervlakte, met zoveel verschillende culturen en complexe problemen, tot mislukken is gedoemd. We hebben zelfs bommen gehad een jaar geleden en dan nog lukt het. Je kunt dat naïef noemen, sommigen zullen dat zelfs politiek correct noemen, maar als Brussel eens een bestuur verkiest dat bereid is om risico’s te nemen, dan zie ik het allemaal goed komen. Ik ben een sciencefictiongeek. In die betekenis geloof ik dat de vooruitgang gebeurt met of zonder de mensen. Technologie is haar weg aan het volgen en wacht niet totdat iedereen mee is. Tien jaar geleden kon je nog zeggen: ‘Ik neem geen e-mailadres.’ Dat zou nu niet meer aanvaard worden. De keuze is uit je handen genomen. Ik vind het net optimistisch en fijn dat het niet aan de mens is om de vooruitgang te bepalen, dat het de vooruitgang zelf is. Ergens heb ik meer geloof in robotten dan in de mens.

U hebt van uzelf gezegd dat u zichzelf beter wil maken als woordvoerder in wording van de stad. Is de serie voor jullie ook een soort wake-upcall?
Vandecasteele:Nee, we moeten de serie niet beladen met goede bedoelingen. Er is niets zo erg als goede bedoelingen. We hebben een humoristische reeks gemaakt, dat is de enige verantwoordelijkheid die ze heeft. Ik beschouw me niet als een kunstenaar, ik doe maar wat. Ik beschouw mezelf als een pulpschrijver. Maar ik wil niet dat men laf doet met mij. Als het Vlaams Belang van de kunstensector zegt dat het elitaire, politiek-correcte en wereldvreemde naïevelingen zijn, dan laat ik dat etiket niet op mij plakken. Dan neem ik mijn verantwoordelijkheid op en ga ik daartegenin, door bijvoorbeeld publiek in debat te treden met Vlaams Belang-voorzitter Tom Van Grieken.

Van Hees: ik woon al meer dan twintig jaar in Brussel. Of je negeert de stad of je laat ze binnenkomen in wat je doet. Als ik met mijn kinderen naar het grootwarenhuis ga, dan telt mijn zoon onderweg het aantal bedelaars. Je moet aan een kind uitleggen hoe het komt dat mensen op de grond zitten, ook als het koud is. Dat is niet gemakkelijk. Los daarvan heb je in Brussel een onwaarschijnlijke dynamiek. Omdat iedereen, ondanks al de problemen die er zijn, een soort fuck it-houding heeft. Er is hier een levende street-artcultuur, je hebt jongerenbewegingen. Die energie wilden we ook in de serie steken. We hebben er geen klaagzang van willen maken. De generatie van nu blijft niet bij de pakken neerzitten. Ze proberen de problemen op hun manier op te lossen. Onze referentie was The Young Ones: humor vermengen met sociale kritiek.

De humor in Generatie B is vaak provocerend, absurd ook. Dat sluit aan bij deze quote van u, Joost Vandecasteele: ‘We moeten fundamentalistisch worden in onze absurditeit.’
Vandecasteele: Humor is per definitie provocerend. Of je het nu over mannen, vrouwen, verkeer, voeding of politiek hebt, het haalt de vastgeroeste ideeën onderuit. Ik had het zelf niet kunnen voorspellen, maar we leven nu in wat sommigen een post proof-periode zijn gaan noemen: leugens zijn alternatieve feiten. Feiten maken geen indruk meer, ook al klampen sommigen zich daar nogal zelfgenoegzaam aan vast. De adviseur van Poetin komt uit de avant-garde. Hij gebruikt verwarring als een politiek middel. Amerika, met Trump, heeft dat nu ook ontdekt. Ik hou sowieso van de verwoestende impact van verwarring. Als de machthebbers verwarring mogen gebruiken om het volk te onderdrukken, dan is het even legitiem om ook verwarring als protest te gebruiken.

Bekijk de trailer:

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Cultuurnieuws, Film

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni