1593 Alex Cameron breed
© Chris Rhodes

Indiepoplieveling Alex Cameron zakt af naar Botanique

Tom Zonderman
© BRUZZ
21/11/2017

Goeie timing van nieuwe indiepoplieveling Alex Cameron: in zijn verdorven wereld grijpen mannen ’m by the pussy, murw geslagen door virtuele vetzakkerij.

"Ik bén Alex Cameron, de enige echte,” blikt de Australische zanger me in de ogen. “Hand op het hart.” Twijfel is gegrond, want voor ons zit een welopgevoede, gemanierde, blondgelokte jongen. In onderlijfje en op sokken, dat wel. Maar toch: heel anders dan de verwerpelijke manspersonen die hij in zijn songs opvoert, vileine perverten die liever naar porno kijken dan naar hun lief. Die verscheurd worden tussen warme, menselijke liefde en de duistere spelonken van de virtuele wereld die hen voortdurend verleidt.

“Ik heb een paar jaar op een kantoor voor publiekrecht gewerkt. Elke dag begon ik met het lezen van 30 tot 40 verhalen over smiechten, zieligaards en slachtoffers van smerige machtssystemen,” verduidelijkt Cameron. “Elke generatie moet opnieuw door dezelfde leerprocessen, omdat we liever niet in de onderbuik duiken. Verdorvenheid is ingebed in onze systemen, mannen blijken onverbeterlijke klootzakken. Als we daar iets aan willen doen, moeten we erover durven te praten.”

Een van de songs heet ‘Marlon Brando’. “Hollywood is de perfecte metafoor voor het mannelijke morele bankroet. Mensen verafgoden iconen, ook al blijken het uiteindelijk assholes te zijn.” Af en toe wordt de lijn tussen auteur en personage dun, geeft Cameron toe. “Ik ben onderhevig aan ‘poetic karma’: ik schrijf mijn eigen toekomst. ‘Happy ending’ van Jumping the shark, bijvoorbeeld. Ik was werkloos, had met mijn vriendin gebroken en had mentale problemen. Allemaal stond het in dat liedje.”

Cameron noemt zijn songs “microverhalen”, zijn pen lijkt gescherpt aan dezelfde wetsteen die Randy Newman gebruikt. “Klopt, ik heb een halfjaar alléén maar naar Good old boys geluisterd,” bekent hij. “Geweldig hoe Newman die zuiderse ziel fileert. Die tragische verhalen wilde ik zelf met triomfantelijke muziek counteren, iets wat ik van The Waterboys heb geleerd.”

Killer bruce
Dat is wat Cameron zo goed maakt: zijn creepy personages kleedt hij aan met catchy eightiespop die even hard glimt als de spiegeltjes waar geschoudervulde popsterren destijds hun lijntjes coke op klaarlegden. Begeleid door de geile sax van zijn partner in crime Roy Molloy en fluorescerende synths. Als de lofi drumcomputers van zijn debuut Jumping the shark je deden denken aan Bruce Springsteen vermomd als elektropunk Alan Vega, dan is zijn nieuwste Forced witness The Boss in het glitterjack van The Killers.

Dat vond Brandon Flowers, de frontman van The Killers, zelf óók. “Roy en ik reden op de snelweg in Florida. We hadden net een show voor acht man gespeeld, we waren platzak en zaten emotioneel aan de grond. En toen floepte er een mailtje van Brandon op mijn scherm: dat hij onze videoclip voor ‘Take care of business’ geweldig vond, maar vooral dat hij mijn afgeschraapte aanpak bewonderde. ‘Intomen is iets waar ik nog mee worstel,’ schreef hij. (Lacht) Hij heeft ons naar Las Vegas uitgenodigd, ons onderdak gegeven en in zijn studio laten werken.”

Een brave mormoon uit Vegas en een vuilgebekte Aussie wiens personages wakker worden “with a lap full of cum and a head full of steam”, vloekte dat niet? “Haha, ja. Hij heeft wel een paar keer gevraagd waarom we altijd zo’n gore praat moesten verkopen en mannen hun vrouwen voortdurend ‘pussy’ noemen. Ik antwoordde dat we gewoon eerlijk wilden zijn: dat is hoe die mannen zijn.”

> Alex Cameron. 27/11, 19.30, Botanique, Sint-Joost-ten-Node

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Sint-Joost-ten-Node, Muziek

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni