Review

'Odysseus': vertrokken voor een lange en veelbelovende vaart

Michaël Bellon
© BRUZZ
03/02/2017

Bij de KVS is men vertrokken voor 24 uur theater in het zog van de naar huis terugkerende Griekse oorlogsveteraan Odysseus. Wij waren tijdens Deel 1 getuige van een vastberaden afvaart.

Eerst nog even duidelijk maken dat dit geen recensie is. Je analyseert ook geen voetbalwedstrijd op basis van het spel in het eerste kwartier. Regisseur Michael De Cock wilde de nieuwe Odysseus-vertaling van Patrick Lateur integraal op de scène brengen om de tijd en de duizenden verzen hun werk te laten doen, om de trance van die mantra te laten voelen, en om een mentale pendant te creëren van de lange reis met steeds weer uitgestelde thuiskomst, die Odysseus na de Trojaanse oorlog diende te maken. We houden het dus bij een verslag van de eerste excursies, zoals de oude, blinde Homeros die neerpende in de eerste vier zangen van zijn epos.

Dat eerste deel wordt de Telemachie genoemd - naar de zoon van Odysseus, Telemachos, die tien jaar na het einde van de oorlog zijn vader nog altijd niet heeft zien thuis komen. Onderwijl moet zijn alleenstaande moeder Penelope niet minder dan 108 mannen van zich af houden die naar haar hand en de troon van Ithaca dingen.

Maar nu is het wel welletjes geweest, vindt godin Athena, die er bij Telemachos op aandringt op zoek te gaan naar zijn afwezige vader.

Omdat Telemachos een jongeling is, wordt dat eerste deel gebracht door jong acteertalent dat KVS met een open casting recruteerde. Drie jonge vrouwen - Aline Cornelissen, Nina Kortekaas, Hanne Van Doren - en vijf jonge mannen - Jef Hellemans, Armin Mola, Emmanuel van der Beek, Luca Persan en Max Colonne - vertolken wisselend de „verstandige Telemachos”, „Athena met de fonkelende ogen”, Antinoös en de vrijers, Mentor, en de vertelstem.

Het is gepast de namen van die jonge vertolkers te vernoemen, want ze nemen de toeschouwers meteen mee in hun jeugdig maar geconcentreerd enthousiasme. Ze doen dat ieder op hun manier - de ene ingehouden, de anderen ongeremd, vol branie, of zelfs druk gesticulerend. De gedeelde zorgvuldigheid waarmee ze de tekst brengen, nodigt uit om mee op tocht te gaan. Ook al moeten de acteurs het in de eerste twee zangen nog doen zonder rekwisieten en met nauwelijks speelruimte voor het neergelaten theaterdoek.

Door de lichte humor en de veelstemmigheid heeft de tweede zang al wat meer profiel dan de eerste, al gaat dat nu en dan ten koste van de tekstzegging. Ik was vooral gecharmeerd door de piepjonge Telemachos Jef Hellemans in de eerste zang, die tussen weifeling en dadendrang wordt aangejaagd door het lot en de goden, om zijn plicht te vervullen en een man te worden door naar zijn vader en zijn identiteit op zoek te gaan. Zo wordt meteen de lijn uitgezet die je wil volgen tot op het einde, wanneer de orde en de rust zal zijn hersteld, en Odysseus terug zal staan in datzelfde huis dat hem dan twintig jaar zal hebben gemist.

Ook de verzen zelf boezemen de toeschouwers op dat moment al een tijdje geen angst meer in. De jamben lopen vlot, de programmabrochure verschaft waar nodig houvast, en het wordt je vergeven wanneer de namen van sommige personages (en van hun vaders, en van hun vaders’ vaders) je even ontsnappen.

Zang drie, waarin Homeros nochtans op dreef geraakt met de offertaferelen in het Pylos van de oude wijze Nestor - die ook vertelt over de terugkeer van de andere strijders uit Troje - is veeleisender. Zo wordt duidelijk dat deze marathon met in totaal 27 mannelijke acteurs ook een studie van en een ode aan de monoloog wordt. Hoe verschaf je een literaire tekst bij zijn opvoering voldoende reliëf, zonder dat hij weer vlak wordt? Want niet elk woord behoeft klemtoon of kleur. Door naar elk woord te wijzen kan je de betekenis ervan ook aan het geestesoog onttrekken.

Je mag er niet voor terugschrikken de volzinnen af en toe een stevige vaart te geven, zoals bleek in Zang vier. Het is de langste van het hele lot, die Lukas De Wolf (eerder in Romeo en Julia van HETPALEIS, en de film Mixed Kebab) helemaal alleen voor zijn rekening neemt en naar zijn hand zet. Bij hem zagen we echt de Griekse bevelhebbers de adem inhouden in het Paard van Troje, en werd het vlak voor twaalf uur nog muisstil toen Menelaos de zeegod Proteus ertoe bracht te vertellen hoe Agamemnon aan zijn eind kwam.

De vier openingszangen zijn een intense zit, ook al zit er tussen elke zang een korte pauze. Maar de toewijding en de focus waarmee de acteurs onze grip op het verhaal verstevigen, werkt aanstekelijk. De vertelkunst van Homeros, de ongeëvenaarde resem topacteurs die nog in de coulissen wachten, en het decor dat langzaam maar zeker meer geheimen prijsgeeft, moeten voor voldoende wind in de zeilen zorgen om de eindmeet te halen.

Vandaag vrijdag om vier uur begint Stef Aerts eraan met Zang 5, tot Bruno Vanden Broecke de avond afsluit met Zang 12. Enzovoort en zo verder: zaterdag zijn deel 3 en 4 te zien. Op 24 en 25 maart toont KVS de hele marathon aan één stuk door.

Odysseus. Een Zwerver komt thuis. | Live bij BRUZZ

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Brussel-Stad , Podium

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni