Belmond Pieter Vreede

Op pad met muzikant Pieter Vreede in het Zoniënwoud

Tom Peeters
© BRUZZ
16/05/2017

Pieter Vreede speelde bas bij Red Zebra en gitaar bij The Wolf Banes. Bellemont, de band die hij gevormd heeft rond zijn eigen liedjes, noemt hij zijn grudge match tegen iedereen die niet in hem geloofde. “Al joggend in het Zoniënwoud heb ik hen allemaal uitgebreid verwenst.”

Heeft de man die als tiener zijn ouders de stuipen op het lijf joeg door in een kraakpand te gaan wonen en vervolgens als een blok viel voor de verleidingen van de rock-’n-roll, op zijn 53ste eindelijk rust gevonden? Live or lavish: the Jet sessions, het debuut van Bellemont, lijkt aan te geven van wel. Alle “kromme akkoorden” en “rare Mercurische postrootsmuziek” ten spijt, met de stem van de Brussels-Amerikaanse zangeres Tracee Westmoreland als bezadigd glijmiddel klinken de ambachtelijke composities van Vreede opvallend bespiegelend.

Dat hij nu al een tiental jaar in Bosvoorde woont, is ook heilzaam geweest, vindt hij, want “een meer pittoreske locatie, op een boogscheut van zowel de stad als het bos, is moeilijk te vinden.” De wandeling die hij voor ons heeft uitgestippeld door het Zoniënwoud komt deels overeen met zijn joggingparcours. Drie keer per week loopt hij anderhalf tot twee uur door de natuurlijke gotische kathedraal van eeuwenoude beuken.

“Vroeger heb ik wel een beetje gesport,” zegt hij. “Dat was nodig als je twee pakjes per dag rookte en half Bolivia in leven hield. (Lacht) Maar nu ik al geruime tijd van alles af ben, adviseerde de therapeut, die me na mijn burn-out begeleidde, om wat meer te sporten. Voor mij is het echter altijd alles of niets, dus liep ik tot ik niet meer kon. Als ik dan toch ergens verslaafd aan moest zijn, dan maar daaraan.”

Om van het station van Bosvoorde, ons vertrekpunt, in het Zoniënwoud te raken moeten we door het Tournai-Solvay-park. Een meevaller op een zonnige lentedag, want de fraai aangelegde tuin is een verborgen parel. Als we een replica van een Olmeeks hoofd passeren, klinkt het droogjes dat het hem doet denken aan de drummer van The Wolf Banes. Zo zitten we meteen bij ’s mans muziekcarrière.

Die kwam in een stroomversnelling toen hij op zijn achttiende van huis wegliep en in een kraakpand ging wonen. “Er was geen stromend water of chauffage, maar ik had wel mijn eigen plek!” Vreede, die op zijn dertiende samen met zijn ouders vanuit de Nederlandse badplaats Kijkduin naar Brussel was verhuisd, had in de zomer van 1981 al wat gejamd in de garage van zijn buurman en kleurde sporadisch ook zijn haar groen. “Dus toen een goede maat zei dat er gekraakt werd aan de VUB, ben ik vertrokken.”

(Lees verder onder de foto.)

Belmond Pieter Vreede2

“Het was een harde leerschool, met veel drank en drugs, en punk als excuus om de boel te slopen, maar ik vond het heel stimulerend. De eerste generatie van iets vind ik sowieso geweldig, want er zijn nog geen wetten en je hoeft niets te kunnen. Ik werd barman in het KultuurKaffee en mocht na het programma van Marcel Vanthilt industrial spelen op piratenzender FM Bruxel. Daar viel mijn oog op het zoekertje ‘Red Zebra zoekt bassist’."

"Ik had nog nooit een bas in handen gehad, maar werd wel meteen aangenomen. Van de garage van de buurman ging het plots naar het Seaside Festival. Op foto’s van toen zie je een bleek, zombieachtig mannetje dat zijn onzekerheid verstopte achter een veel te grote bas en een massieve arrogantie.”

Niks geen idee-fixe
“Hoe goth kan je gaan?” Vreede poseert bij een voormalige ijskelder. Het koelste plekje van het park is nu een walhalla voor vleermuizen: “Met de vele insecten die ’s avonds boven de vijvers hangen, kan je ze hier spectaculair zien snoekduiken.” De restauratie van het vervallen kasteel, dat we zonet passeerden, blijkt een werk van lange adem. “Gingen ze daar ooit geen theehuis maken?” Terwijl we Vreedes belpopparcours overlopen, van Red Zebra over The Wolf Banes, Telstar en bands met Willy Willy en Kloot Per W tot Bellemont, trekken we via de boomgaard het Zoniënwoud in.

“Een therapeut zei me dat je in het leven een idee-fixe moet hebben, een axioma waarin je gelooft, maar dat lukt me niet,” klinkt het openhartig in de boslucht. “Ook bij Bellemont kan ik niet kiezen tussen genres. Ik blijf een controlefreak en een twijfelaar.” Meteen is ook de reden aangestipt waarom het zo lang duurde voor hij een plaat puurde uit dozen vol cassettes, zipdisks en usb-sticks met songideeën, én waarom het eerste album van Bellemont een dubbelaar is geworden met zowel pure als full versies van zijn liedjes.

Via een tunneltje onder de spoorlijn Brussel-Ottignies betreden we intussen de Vallei van de Verdronken Kinderen. We passeren de plek waar 6.000 jaar geleden een van de eerste nederzettingen van de regio ontstond. Het lang vervlogen neolithische kamp plaatst het een en ander in perspectief.

“Het besef van eindigheid zit ook in de plaat,” zegt Vreede. “Bellemont bestaat uit veertigers en vijftigers. Dat het snel afgelopen kan zijn, ervaar ik elke dag als ik door Brussel fiets. Gisteren ben ik op weg naar mijn werk nog aangetikt aan Madou. Onderweg naar een repetitie in Ternat ben ik ooit overhoop gereden. Mijn staartbeen hangt nog los. De eerste plaat van Telstar heb ik al liggend ingespeeld.”

Als je de eekhoorns, padden en muizen weet te ontwijken, pleit die urban hectiek in het Zoniënwoud volledig afwezig. Maar veel oog voor de vredig ritselende fauna in boom en struikgewas heeft Vreede meestal niet. “Het probleem is dat ik al joggend gefingeerde discussies voer en ruziemaak met iedereen die me ooit in de weg stond. (Lacht) Muziek luisteren lukt wel. Als de nacht valt, kan ik Burial of de prille Einstürzende Neubauten aanraden, of Bob Dylans radioshow Theme time radio hour. Die prikkelt steeds mijn nieuwsgierigheid.”

Het gerucht gaat dat er elke middag een NAVO-hotshot thuis gaat lunchen, zegt Vreede wanneer een laagvliegende helikopter de rust even verstoort. We naderen de vijvers van Bosvoorde, de Bezemhoek en het einde van de wandeling. “Ooit werden arme Vlaamse bezemmakers weggejaagd van het Poelaertplein en hier ondergebracht. Nu is het de meest gegeerde wijk van de stad.” Of hoe het kan keren in het leven, en het ook met die bleke jongen met groen haar nog goed kwam.

> Bellemont. 16/06, 20.30, Toogenblik, Brussel (Haren)
> Live or lavish: the Jet sessions is nu uit bij Starman Records

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Muziek

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni