Garitte Magritte Museum BRUZZ 1554
© Saskia Vanderstichele

'Pas na 30 jaar kon Magritte van zijn kunst leven'

An Devroe
© BRUZZ
18/01/2017

Met De Magritte Code wil André Garitte het cliché van een zich steeds weer herhalende Magritte naar de prullenmand verwijzen. In een nieuw boek lijst hij alle nieuwe ideeën van Magritte op: '272 vondsten op 1.700 olieverfschilderijen, gouaches en objecten. Dat is ongezien.'

De Magritte Code verschijnt op 15 augustus - dan zal het precies een halve eeuw geleden zijn dat de kunstenaar overleed - en voor het René Magritte Museum - in een huis waar Magritte gewoond heeft - in Jette is het een van de belangrijkste projecten in zijn bestaan.

Eigenlijk was stichter en conservator André Garitte bezig met een studie van het leven van René en Georgette Magritte-Berger in het Jetse, waarover hij aanvullingen en correcties op de bestaande publicaties belooft, maar iets anders drong zich op. In de cardshop van Centre Pompidou was het hem opgevallen dat de selectie Magrittekaarten een rommeltje was.

“Niemand heeft er zich ooit aan gewaagd om Magrittes oeuvre te ordenen. In de veertig jaar dat ik met de kunstenaar bezig ben, heb ik ook altijd gedacht dat hij te veelzijdig is om er vat op te krijgen.”

'Ontdekte clusters van vondsten'
Wat bijna als een spel begon, achtervolgde Garitte tot in zijn slaap, zodat hij zich’ s anderendaags weer helemaal opnieuw door de zes delen René Magritte: catalogue raisonné (1993) van David Sylvester (in samenwerking met Sarah Whitfield) moest worstelen.

“Ik ontdekte clusters van vondsten, en ging ook steeds meer specifiëren, bijvoorbeeld vervormingen van bestaande, maar ook van onbestaande voorwerpen. Na vier maanden had ik het gevoel dat ik hem beet had."

"In zijn bijdrage ‘Les mots et les images’ voor het Franse tijdschrift La Révolution Surréaliste heeft Magritte zelf ooit heel summier zijn werkwijze geanalyseerd. Het is telkens een tekeningetje met een stelling erbij, maar dat dateert van 1927 en hij is daarna nog sterk geëvolueerd.”

Magritte zou zogezegd zichzelf herhalen. Die kritiek frustreert Garitte al lang: “Er wordt vaak vergeten dat hij pas rond 1955, na dertig jaar schilderen, van zijn kunst kon leven. Daarvoor ontwierp hij reclameaffiches en werkte zijn vrouw Georgette in een winkel voor schildersgerief om de kost te verdienen."

"Het is normaal dat als er dan een idee aansloeg, zoals Het rijk der lichten, hij het nog voor andere klanten gebruikte. Dat kopiëren is ook maar een facet, veel belangrijker zijn de honderden nieuwe ideeën die hij bedacht heeft.”

Visuele aforismen
“Voor mij zijn de nieuwe vondsten de kern van Magrittes werk. Wat schilderde hij zoal als eerste? Schoenen die uitlopen in tenen bijvoorbeeld. Op La fontaine de jouvence vind je uitzonderlijk vier vondsten bij elkaar: verstening, omkering van verhoudingen, bladbomen en woord en beeld die niet overeenkomen."

"Ik kwam tot een systeem van 103 groepen of categorieën, die ik alleen weerhield als er vijf zuivere voorbeelden van bestonden. Kaarslicht dat schaduw in plaats van licht verspreidt - haast onzichtbaar op de zwart-witreproductie in de Catalogue raisonné - vond ik maar vier keer terug.”

Het is meestal een visueel kenmerk dat de categorie definieert, ‘buitenzicht loopt over in een binnenzicht’, ‘rook of geur creëert een levend wezen of voorwerp’, maar er zijn ook bredere categorieën.

Le carnaval du sage is duidelijk erotisch, al figureren daar ook zijn spook en het naakt met het ellenlange haar. Sommige werken hebben ook een filosofisch grondidee, ongeacht de afzonderlijke componenten, zoals L’image parfaite waarop een vrouw naar een leeg kader kijkt.”

“Uiteraard was Magritte af en toe schatplichtig aan ideeën van anderen, zoals een schilderij in een schilderij van Giorgio de Chirico, en ook kubistische naakten heeft hij niet uitgevonden. Gaandeweg lijkt hij de vrouw meer te respecteren, want hij gaat haar minder toetakelen, zoals hij wel nog met objecten doet. Dat puur sensuele - typisch surrealistisch - was met het ouder worden ook wat minder uitgesproken.”

'Gelukswetten nooit goed begrepen'
Wanneer we Garitte vragen of hij door het classificeren nu dichter bij de mens Magritte komt, verbaast hij: “Er zijn eigenlijk niet zoveel linken tussen zijn werk en zijn leven. Dat zijn omzwachtelde hoofden zouden verwijzen naar zijn moeder die zich in de Samber wierp met een doek om toen hij veertien was, is zo’n cliché."

"Zelf zei hij dat het beeld niet naar die gebeurtenis verwees, en ik ben geneigd hem te geloven. Dieptepsychologen beweren dan dat hij zich daar zelf niet van bewust is, maar ik vind het toch niet erg respectvol."

"Het is wel een man die nooit goed de gelukswetten heeft begrepen, al was hij niet depressief zoals zijn moeder. In zijn leven was hij zelfs doorsnee, zijn uiteenzettingen en brieven, op enkele uitzonderingen na, missen het kernachtige dat in zijn schilderijen is terug te vinden."

"Hij was een picturaal intellectueel, die visuele aforismen schilderde, heel vakkundig wel. In moreel opzicht was hij geen genie - ze kunnen niet allemaal Paul McCartney of Leonard Cohen heten - maar hij was dat wel in zijn kunst.”

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Jette, Expo

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni