Amper controle op uitbuiting in buitenlandse bedrijven

Er worden in de hoofdstad amper dossiers opgemaakt tegen uitbuiting van gedetacheerde buitenlandse werknemers. In andere provincies is dat wel het geval. De inspectie in Brussel is onderbemand.

In 2011 werden er amper 11 dossiers opgemaakt van controles bij buitenlandse ondernemingen in Brussel, terwijl er in de provincies Antwerpen en Oost-Vlaanderen telkens meer dan 300 dossiers werden opgemaakt. Dat schrijft Trends.

Directeur van de inspectiedienst Toezicht Sociale Wetten Philippe Vanden Broeck zegt aan brusselnieuws.be dat in Brussel een cel ontbreekt van inspecteurs die zich uitsluitend op buitenlandse bedrijven richten. Daaronder zitten immers heel wat gedetacheerden, vaak Roemenen en Bulgaren, die op die manier zonder werkvergunning toch in ons land aan de slag kunnen.

"Er is tekort aan een cel gespecialiseerde inspecteurs die zich uitsluitend op buitenlandse ondernemingen kunnen toeleggen", zegt hij. "De dossiers in verband met de buitenlandse ondernemingen worden gedaan door de inspecteurs van de directie Brussel zelf."

En er zijn in Brussel al weinig inspecteurs: voor 13 procent van de nationale werklast, beschikt Brussel slechts over 7 procent van de mankracht. Daarbij komt nog dat Brussel een grote concentratie aan maatschappijke zetels heeft van bedrijven die eigenlijk in Vlaanderen of Wallonië opereren. "Daardoor is er een bijkomende werklast voor de inspecteurs voor problemen die zich niet in Brussel afspeelden."

Daarnaast is er nog het probleem van illegale buitenlandse werknemers die in Belgische bedrijven werken. Ook daar is vooral de bouw een probleem. "Er zijn heel veel mensen zonder wettig verblijf aan de slag", zegt Jan Knockaert van de vzw OR.C.A. "Ik durf te zeggen dat er geen werven zijn in Brussel waar geen mensen zonder wettig verblijf werken."

Desondanks hebben de sociaal inspecteurs van directie Brussel-hoofdstad in 2012 407 bouwfirma's en werven gecontroleerd, aldus Vanden Broeck.