Architect Kees Christiaanse over Brussel en zijn Heizelplannen

Bettina Hubo
© Brussel Deze Week
20/10/2011
“De Heizelvlakte behoeft geen Zaha Hadid of een andere ster­architect. Waar het ons om gaat, is de stedenbouwkundige samenhang en de kwaliteit. Ook voor Mini-Europa en Océade is er nog plaats, mits ze een flinke upgrade krijgen.” BDW trok naar Rotterdam voor een gesprek met Kees Christiaanse, de ontwerper van het Neo-masterplan voor de renovatie van de Heizel.

D e eerste aanblik van Rotterdam is niet meteen uitnodigend. De buurt rond het Centraal Station, omgedoopt tot Centraal District, is herschapen tot een immense bouwput. De Rotterdammers krijgen niet alleen een gloednieuw treinstation, ze worden ook getrakteerd op nog meer gladde en kille torengebouwen, die de skyline extra grillig zullen maken.

Heel wat authentieker is de sfeer op de Kop van Zuid. Op dit voormalige haventerrein staan nog enkele actieve fabrieken en voorts oude, verbouwde pakhuizen die nu onderdak geven aan een skatehal, een crèche en aan creatieve bedrijven. Ook KCAP, het bureau van Kees Christiaanse, is er gevestigd. De zeventig koppen tellende ploeg nam enkele jaren geleden zijn intrek op de eerste verdieping van een vroegere chocoladefabriek.

"Rotterdam lijkt wel op Brussel," zegt projectleider Frank Werner, die Christiaanse assisteert bij het uittekenen van het masterplan. "Er zijn fantastische stukken, maar ook plekken waar je zo vlug mogelijk weg wilt." Net dat contrast spreekt Chris­tiaanse aan. "Wij zijn geïnteresseerd in steden waar nog een hoop onderhoudswerk te doen is. Daarvoor is Brussel ideaal. Het is een wonderschone stad, de topografie is prachtig, de binnenstad ook, de door Leopold II aangelegde lanen zijn uniek in Europa. Maar daartussen is de afgelopen eeuw een en ander misgegaan. Brussel vergt dus een hoop achterstallig onderhoud. In die zin is een masterplan voor de Heizel heel dankbaar werk."

Uw ontwerp deelt de Heizel op in een groot park met water en sportinfrastructuur, en de gebouwen (winkels, woningen, evenementenhal, congrescentrum) geconcentreerd rond het voetbalstadion. Over de toekomst van dat stadion lopen de meningen uiteen. Burgemeester Thielemans wil het er weg, minister-president Picqué zegt dat het voorlopig blijft. Maakt dit het voor u niet bijzonder lastig?
Kees Christiaanse:
"Het belang­rijkste kenmerk van moderne stedenbouw is dat je een robuust raamwerk ontwikkelt waarbinnen een bepaalde ontwikkelingsvrijheid en flexibiliteit is. Wij zorgen ervoor dat er zo weinig mogelijk situaties van wederzijdse afhankelijkheid ontstaan. Het stadion kan dus zowel ingepast worden in het plan als weggelaten. Hoe dan ook, wij gaan ervan uit dat het stadion er nog wel even zal staan."

Onduidelijkheid is er ook over het lot van Kinepolis, Mini-Europa en Océade?
Christiaanse:
"Mini-Europa is na het Atomium de grootste toeristische attractie op de Heizelvlakte. Je zou wel gek zijn als je dat weghaalde. Aan de andere kant is het niet de meest hoogwaardige en best onderhouden attractie. De gebouwen eromheen zijn van een lage kwaliteit. Hetzelfde geldt voor Océade. Beide attracties kunnen blijven, maar er is een upgrade nodig. Wat er nu staat, is niet meer van deze tijd. Voor Kinepolis ligt het anders. De bioscoop zal nog een hele tijd kunnen blijven, maar moet op een gegeven moment wel verhuizen omdat het huidige gebouw midden op de nieuwe as staat die we willen aanleggen tussen het Atomium en het hart van het stadion."

Ontwerpt KCAP zelf alle gebouwen rond het stadion? En krijgt de Heizelvlakte een nieuw architecturaal landmark?
Christiaanse:
"De gebouwen zullen door verschillende architecten worden gebouwd. Wij treden vooral op als stedenbouwkundig supervisor. Het staat nog niet in ons contract, maar ik ga er wel van uit dat wij de architecten mee kiezen. Waar het mij daarbij vooral om gaat, is dat er kwaliteit komt, eerder dan dat we de zoveelste internationale ster zijn ei laten leggen. In elke stad is er binnenkort wel een museum of opera van Zaha Hadid. Dat hoeven wij hier niet. Niet omdat het slechte architectuur is, integendeel. Maar het gaat ons meer om stedenbouwkundige samenhang en kwaliteit dan om poehapolitiek. Trouwens, het landmark van het park is en blijft het Atomium. Er komen dus ook geen gebouwen die in massa en hoogte boven het Atomium uit steken."

Hoe ervaart u de reacties op het plan, van de buurt bijvoorbeeld?
Christiaanse:
"Er zijn nu enkele informatievergaderingen geweest, waar­­op ik altijd heel open heb kunnen spreken. De bewoners waren aanvankelijk natuurlijk ontzettend bang. Ze dachten dat wij met een enorme ufo zouden komen aanzetten met daarin 150.000 vierkante meter overdekt winkelcentrum, één enkele ingang en nog wat slurven naar evenementengebouwen en naar parkeersilo's. Maar dat hebben we dus niet gedaan. We nemen winkelruimte op in het plan, maar die is beperkt tot 70.000 vierkante meter, en een deel is in de vorm van winkelstraatjes in de openlucht. Er komen voorts alleen kantoren met een lokale functie en enkele woontorentjes met uitzicht op het groen. Geen enorme massa. De zich opbouwende woede van de buurt van in het begin werd dan ook door het plan al gedeeltelijk geneutraliseerd."

Toch blijven er vragen, ook bij de handelaarsverenigingen, over de noodzaak van een winkelcentrum.
Christiaanse
: "Ik begrijp dat bij de handelaars de angst bestaat dat de winkels in het centrum leeggezogen worden. Maar wij willen net zo min dat dit een voorstedelijk shoppingcentrum wordt, zoals in Woluwe. Dit wordt geen mall. Anderzijds is het zo dat de Heizel nu al een belangrijke plek in de stad is, als je kijkt naar bezoekersaantallen en functies. Wanneer straks het openbaar vervoer verbetert, de kwaliteit van het gebied en van de programmering beter wordt en er nog nieuwe functies bijkomen, dan zal de Heizel nog belangrijker worden. En zo'n ontmoetingsplek trekt altijd winkels aan. Bovendien blijkt ook uit onze eigen studie dat het noorden van Brussel extra winkelruimte kan gebruiken. Retail is ook de enige functie die geld oplevert, maar dat geld wordt meteen geïnvesteerd in de verbetering van het gebied."

Er zijn nu voor het noorden van Brussel drie commerciële projecten - Uplace in Machelen, Just under the Sky aan het kanaal en 'uw' Neo - in de maak, die elkaar in snelheid proberen te pakken. Hoe kijkt u daartegenaan?
Christiaanse:
"Met gemengde gevoelens, maar we maken wel vaker mee dat winkelcentra elkaar kannibaliseren. Het gebeurt in Rusland en China, maar ook in Zwitserland en Nederland. Er zou overleg moeten zijn tussen het Brussels en het Vlaams Gewest. Je kunt niet op vijf kilometer van elkaar drie grote projecten lanceren zonder afstemming."

Bent u voorstander van een museum voor moderne kunst op de Heizelvlakte?
Christiaanse:
"Ik denk dat het een goed idee is om ook een cultureel gebouw neer te zetten. Of dat per se moderne kunst moet zijn, is een tweede vraag. Een krachtige educatief-culturele functie zou bijdragen tot de kwaliteit van de Heizel. We hebben overigens voorgesteld om ook het Amerikaans Theater mee op te nemen in het programma van de Heizel. Iedereen vindt het een goed idee."

Hoe gaat u de mobiliteit verbeteren? Bij het minste evenement op de Heizel loopt het verkeer in de buurt en op de Ring nu al helemaal vast.
Christiaanse:
"Mensen hebben nu eenmaal te veel auto's, daar kunnen wij niks aan doen. Als je de wegen daaraan wilt aanpassen, krijg je absurde oppervlaktes asfalt. Maar je kunt wel zorgen voor een verschuiving in het gedrag van automobilisten. Parking C leent zich uitstekend als transferium. Als je de tram daar naartoe trekt en de mensen van de Ring in de tram en de metro probeert te krijgen, dan heb je wel invloed op de mobiliteit in de stad. Ook geven we de bezoekers de mogelijkheid om lopend of via een kabelbaantje naar het nieuwe hart van de Heizel te gaan. Parking C moet dan natuurlijk wel veel goedkoper worden dan de nieuwe parkeerterreinen aan het Atomium en de Houba de Strooperlaan. Maar daarover bestaat consensus bij Stad en Gewest."

Voorwaarde is dan wel dat het openbaar vervoer flink verbeterd wordt. Moet dat niet gebeuren voordat er op de Heizel bijgebouwd wordt?
Christiaanse
: "Je kunt het openbaar vervoer niet in één klap verbeteren, dat moet lijn per lijn gebeuren. De MIVB zal beginnen met een centraal depot op de Heizel, vanwaaruit alle tramlijnen vertrekken. In een latere fase worden de tramlijnen doorgetrokken. Die plannen bestonden al en dat was voor ons een geschenk. Wij hebben nog nooit een project gehad waarbij de beginsituatie op het vlak van openbaar vervoer zo gunstig was als hier. Er zijn nu al drie metrostations en verschillende tram- en buslijnen."

"Hier in Rotterdam werken we ook in de nieuwe buurt Stadionpark. Daar moet nog een hele metro aangelegd worden, een miljarden­project. Op de Heizel is er dus al veel, maar er moet nog veel, ook op het vlak van frequentie en exploitatie van het net. Ze moeten er bijvoorbeeld voor zorgen dat je ook met een buitenlandse betaalkaart of cash je kaartje kunt kopen. Nu sta ik soms een halfuur in de rij."

Hoe is het om als Nederlandse stedenbouwkundige in Brussel te werken?
Christiaanse
: "In Nederland is de stedenbouw bijna uitgevonden en vervolgens geïnstitutionaliseerd. Maar als je nu kijkt wat die ste­denbouwkundige planningscultuur heeft voortgebracht, dan merk je ongelofelijke fouten op. Dit land is de afgelopen jaren kapotgemaakt door de ontelbare Vinexwijken met hun identieke rijtjeshuizen, door de bedrijvenparken en de monofunctio­nele kolossen die overal verrijzen. Nederland is bovendien verwikkeld in een politieke en identiteitscrisis die leidt tot een veel te rechtse regering die alle cultuur overboord wil gooien. Ook op het vlak van stedenbouw en architectuur leidt dit tot een neerwaartse beweging, terwijl in België duidelijk een opwaartse beweging te zien is. Kijk maar naar het proces van stadsvernieuwing in Antwerpen."

En hoe zit het in Brussel?
Christiaanse
: "In Brussel loopt de politieke besluitvorming wat moeilijker, daarom is de opwaartse tendens niet zo sterk als in Antwerpen. Maar je ziet wel tekenen in de goede richting. Er is een bouwmeester, men wil de kanaalzone verbeteren, er komt een Gewestelijk Plan voor Duurzame Ontwikkeling. Ik ben erg verbaasd dat wij in korte tijd zo'n politieke consensus hebben bereikt. Stad en Gewest zitten op één lijn. Dat is bij andere projecten nog wel eens moeilijker. Tot nu toe hebben we het tij mee."

Van HafenCity tot Perm in de Oeral

Kees Christiaanse (Amsterdam, 1953) studeerde architectuur en stedenbouw aan de TU Delft. Hij werkte bij OMA, het kantoor van Rem Koolhaas, en begon in 1989 met een eigen bureau: KCAP, Kees Christiaanse Architects & Planners.

Het bureau verwierf de afgelopen jaren bekendheid met projecten als HafenCity in Hamburg, Wijnhaveneiland in Rotterdam en de renovatie van de Russische stad Perm. Door enkele grote opdrachten opende KCAP ook kantoren in Zürich en Sjanghai. In 2010 won het bureau de internationale wedstrijd voor de heraanleg van de Heizelvlakte, het zogenaamde Neo-project

Heizel

De Heizelvlakte zal de volgende jaren ingrijpend veranderen. Alle onze berichtgeving over een van Brussels grootste stedenbouwkundige uitdagingen vindt u hier.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Samenleving, Heizel

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni