Rand: 1 op 24 crèches in overtreding pakte taalvereisten aan

Van de 24 kinderdagverblijven in de Vlaamse Rand die eind 2014 niet in orde waren met de taalvereisten, heeft er nog maar één zich volledig in regel gesteld. Dat blijkt uit het antwoord van minister van Welzijn Jo Vandeurzen op een schriftelijke vraag van N-VA-parlementslid Lorin Parys. Acht initiatieven die doof blijven voor de vragen van Kind & Gezin riskeren hun vergunning te verliezen.

Uit cijfers die N-VA-parlementslid Lorin Parys heeft opgevraagd bij minister van Welzijn Jo Vandeurzen blijkt dat van de 24 kinderdagverblijven die in overtreding waren er nog maar één is dat intussen volledig in orde is. Acht opvanglocaties zijn intussen gestopt. Acht andere locaties blijven voorlopig doof voor de oproep van Kind & Gezin. Zij worden opnieuw aangemaand.

"Bij gebrek aan gevraagd bewijs zullen wij overgaan tot een voornemen tot opheffing", klinkt het. Zeven opvanglocaties hebben wel al een bewijs afgeleverd waaruit blijkt dat men zich heeft ingeschreven voor een taalcursus Nederlands.

Het nieuwe Vlaamse kinderopvangdecreet, gestemd in 2012 en ingevoerd in 2014, bepaalt onder meer de voorwaarden waaraan kinderopvanginiatieven moeten voldoen voor een vergunning. Een van de voorwaarden is dat de verantwoordelijke van een opvangvoorziening en minstens één van de kinderbegeleiders een actieve kennis heeft van het Nederlands.

Eerder bleek al dat verschillende kinderdagverblijven in de Vlaamse Rand niet voldoen aan die taalvereisten. In november 2014 was er sprake van 24 kinderdagverblijven. Als de betrokken kinderdagverblijven tegen maart 2017 niet het gevraagde taalniveau halen, dreigen ze hun vergunning te verliezen. Kind & Gezin heeft de bewuste kinderdagverblijven gecontacteerd en probeert hen te begeleiden om alsnog het vereiste taalniveau te behalen.