Joseph Bollu

Joseph Bollu, elf jaar materiaalman van de Rode Duivels

Tim Schoonjans
© Brussel Deze Week
11/06/2014

De ogen van zowat heel het land zijn gericht op onze nationale voetbalploeg. De Rode Duivels zijn er in korte tijd in geslaagd om vriend en vijand te bekoren en te beroeren. Joseph Bollu (77) hielp elf jaar lang achter de schermen en maakte de opmars aan den lijve mee. Zijn ogen blinken als hij over ‘de speelvogels’ praat, maar tot zijn spijt moest hij in 2012 afscheid van hen nemen.

‘I k ga toch niet heel de dag in mijn zetel blijven zitten,” dacht Bollu bij zichzelf toen hij in 1995 op pensioen ging. “Mijn dochter vroeg me waarom ik me niet zou inschrijven om te helpen bij Euro 2000, dat toen werd voorbereid. Zo gezegd, zo gedaan: ze stuurde een brief naar de organisatie en die belandde bij de stad Brussel. Ik werd ‘aangenomen’ en rolde de voetbalwereld binnen.”

De voormalige pompier had toen al wat ervaring in dat wereldje. Hij schopte het tot de reserveploeg van Union Sint-Gillis en is nog steeds een Unioniste in hart en nieren. Met het hoogste niveau kwam hij nooit in aanraking, maar dankzij de sollicitatiebrief van zijn dochter kwam daar snel verandering in. “Aangezien ik een rijbewijs had om met vrachtwagens te rijden, reed ik veel rond. Maar ik heb bijvoorbeeld ook de trekking van de poules voor Euro 2000 meegemaakt. Laat ons zeggen dat ik hielp waar men mij kon gebruiken.”

“Ik hield achteraf ook nog wat jobs over aan Euro 2000. Zo heb ik Alain Courtois nog een tijdje rondgereden om hem naar zijn afspraken te brengen. We hadden elkaar leren kennen in de coulissen van Euro 2000. Ook Michel Sablon, de toenmalige technische directeur van de voetbalbond, nam me in dienst. Hij liet me helpen met allerlei zaken. Dat ging van het afhalen van verantwoordelijken van de UEFA aan de luchthaven tot het leggen van balpennen bij bepaalde evenementen. Ik werkte officieel twaalf uur per maand bij de voetbalbond.”

Na zijn uren bij de technische dienst van de voetbalbond sprong Bollu regelmatig binnen bij de materiaalmannen van de Rode Duivels. Vanaf 2001 hielp hij hen op vrijwillige basis en dat werd met plezier in ontvangst genomen. “Ze waren toen met een drietal voltijdse krachten. Dat kan veel lijken, maar je moet weten dat zij ook instaan voor al de jeugdploegen, de dames, etc. Ze werken in een groot depot waar elke ploeg een lokaal heeft voor al hun materiaal.”

Briefje van 100 euro
De handen uit de mouwen steken, Bollu is een man die niets liever doet. Dat wist men te appreciëren, ook bij de Rode Duivels. “Joseph, kan je de truitjes eens gaan halen? Joseph, kan jij helpen bij het plaatsen van de truitjes in de vestiaire? Ik hielp waar ik kon. Ik was de vrijwilliger die je bij zowat al de voetbalploegen vindt. Je mag die rol niet onderschatten, want mochten de clubs hen niet hebben...”

“Ik herinner me dat ze op de Heizel trainden en dat Kompany zijn schoenen was vergeten in het trainingscentrum van Anderlecht. Hop, ik in mijn camionnetje en ik bezorgde ze hem net op tijd voor de training. De dank die je dan krijgt, doet uiteraard plezier. Ik was ook altijd ruim op tijd ter plaatse. Was er training om tien uur, dan was Joseph daar al om acht uur, hé. Ik checkte of de vestiaire wel beschikbaar was en zorgde ervoor dat de spelers vanuit de bus meteen naar binnen konden.”

Het is geen toeval dat Bollu als een van de eersten toekwam op het trainingscentrum. De tinteling in zijn ogen verraadt hoeveel plezier hij beleefde aan de aanwezigheid van de Rode Duivels. “Daar leefde ik voor, hé. Je moest me ‘s morgens niet wakker maken als er training was (lacht). Het was altijd als vrijwilliger, puur voor het plezier. Ook tijdens de matchen was ik aanwezig om te helpen.”

“De vriendschap die ik van die jongens kreeg was ongelooflijk. Ze spelen toch zo graag. Zeggen dat je veter los zit als dat niet zo is, eens op je klak tikken; het zijn grote kinderen. Maar dan wel zeer plezante (lacht). Een favoriet opnoemen is moeilijk. Mertens, Mirallas, Lukaku, Kompany, … Mertens gaf me altijd een knuffel. Het zijn speelvogels met een goed hart. Ze toonden altijd respect, ook omdat ik daar al een tijdje rondliep. Ik herinner me dat voormalige bondscoach Georges Leekens me ooit op een training een hand gaf met daarin een briefje van honderd euro. Om me te bedanken. Dat vind ik een mooi geste en het toont dat hij niet zo slecht is als sommigen wel beweren.”

Leekens is een van de zes trainers die Bollu heeft zien komen en gaan, Timmy Simons en Daniel Van Buyten zijn de enige spelers die er al bij waren toen Bollu aan zijn ‘carrière’ bij de bond begon. Hij zat op de eerste rij om de evolutie van onze nationale voetbalploeg mee te maken.“Als je ziet hoe de stafs zijn uitgebreid: verschillende masseurs, een videoanalist, een osteopaat, etc. Het gaat er zeer professioneel aan toe. De evolutie van de Rode Duivels is stilletjes gegroeid, maar ik had het al gemerkt, hoor. Je ziet die gasten werken op training, looplijnen uitproberen, steeds weer die voorzetten geven... Ik zie dat allemaal terug in de goals die ze maken.”

Pappy
Bollu was steevast een aandachtige toeschouwer op de trainingen van de Rode Duivels. Tot 2012. Bondscoach Marc Wilmots bracht hem toen op de hoogte van zijn verjongingsactie.

“Ik had een goede relatie met Wilmots. Hij noemde me pappy en stelde me bijvoorbeeld ook zo voor aan zijn vrouw. Er was geen vuiltje aan de lucht, tot hij me zei dat hij niet meer op mij rekende. Ineens, uit het niets. Ik had het niet zien aankomen en ik moet toegeven dat ik toen moeilijke momenten heb meegemaakt. Ik dacht even dat ik in een depressie zou vallen. Ik ben het altijd gewoon geweest om tussen de mensen te zijn en ineens viel dat weg.”

Bollu heeft zich over de ontgoocheling gezet, maar hij heeft het nog steeds niet helemaal verwerkt. Hij was bijvoorbeeld wel in Schotland om de Duivels aan te moedigen, maar op een training zal je hem niet meer zien. “Daar ben ik te koppig voor. Ik vind het gewoon spijtig hoe het is gelopen. Er zijn trouwens verschillende mensen moeten stoppen of van functie moeten veranderen, ook dat versta ik niet goed. Wilmots had mij bijvoorbeeld kunnen zeggen om iets kleins te doen. Het is zwaar aangekomen.”

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Sport

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni