Anneessens: Van volksheld tot ordinaire straatventer

Milan Vranckx
© Brussel Deze Week
17/05/2013
Brussel telt heel wat standbeelden, van Manneken Pis tot de bustes in parken die volledig onder de duivenpoep zitten. Bekend of niet, allemaal vertellen ze een klein stukje geschiedenis van onze hoofdstad. Het standbeeld op het Anneessensplein is er daar een van en bovendien hangt er een leuke anekdote aan vast.

H et standbeeld op het Anneessensplein staat er, zoals de naam van het plein al doet vermoeden, ter ere van Frans Anneessens. Maar wie was die man nu ook alweer en waaraan heeft hij een standbeeld verdiend? Anneessens was een deken van de bouwvakkersgilde die leefde in Brussel van 1660 tot 1719. Een man van aanzien ook, aangezien in het begin van de achttiende eeuw de dekens nog deelnamen aan het stadsbestuur en stemden over de belastingen. Toen de Habsburgers, die sinds 1715 regeerden over de Zuidelijke Nederlanden, hier verandering in wilden brengen en ook nieuwe belastingen wilden invoeren, ontstond er onenigheid. Anneessens was misnoegd over de voorgestelde veranderingen en verzette zich ertegen, samen met de andere Brusselse gildes.

Die misnoegdheid sloeg al vrij snel over op de arme Brusselaars. Die hadden al zo veel geleden tijdens de vele oorlogen, dat er niet veel nodig was om hun potjes te laten overkoken. En zo geschiedde tijdens de opstand van 1717. Twee dagen lang werd er geplunderd in onze hoofdstad en de zetel van de Raad van Brabant werd vernield. Anneessens werd verantwoordelijk gehouden voor dit alles, kreeg hiervoor de doodstraf en werd in 1719 onthoofd op de Grote Markt. De Brusselaars waren hem zo dankbaar dat ze hem bijna meteen na zijn dood een heldenstatus toedichtten. 'Het dankbare volk vereert hem als een martelaar' staat er dan ook te lezen op zijn standbeeld.

Volksheld
"Dat is natuurlijk maar een opschrift," vertelt gewezen journalist Leon Van Audenhaege. "De taferelen die plaatsvonden net na Anneessens' dood zijn echter een veel mooier voorbeeld van wat hij betekend heeft. Zo verzamelden vele Brusselaars het bloed van Anneessens dat door de planken van het schavot was gesijpeld. Ze mengden het met een beetje zand en verkochten het daarna voor een smak geld als relikwie." Ook het feit dat de Brusselaars Anneessens begroeven in de Kapellekerk, terwijl hij eigenlijk begraven had moeten worden in het misdadigershoekje van het kerkhof, is een mooi voorbeeld. Op de koop toe werd na zijn dood bewezen dat hij ten onrechte veroordeeld is geweest, aangezien hij met de plunderingen en de vernieling van de Raad van Brabant niets te maken had. Meer zelfs, hij trachtte de opstand, op gevaar van eigen leven, te beletten. Dit vergrootte zijn heldenstatus alleen maar. Dat hij dan toch veroordeeld werd voor misdaden zou beslist zijn op aandringen van markies van Prié, gouverneur van de Zuidelijke Nederlanden. Voor de man was dit een manier om zich te wreken op de Brusselaars die hem twee jaar lang het bloed onder de nagels vandaan hadden gehaald. Anneessens was een volksheld, daar bestaat geen twijfel over, maar anderzijds streed hij wel voor rechten die dateerden uit de middeleeuwen. Iets wat velen al eens gemakkelijk over het hoofd zien.

Ordinaire straatventer
Wat vele Brusselaars ook over het hoofd zien of wellicht gewoon niet weten, is dat de man op het marmeren standbeeld een ordinaire straatventer is. Beeldhouwer Thomas Vinçotte, bekend van onder andere het Leopold II-standbeeld, stond voor een probleem waar beeldhouwers wel vaker mee te kampen kregen. Hij wist niet hoe de persoon die hij moest beeldhouwen er precies had uitgezien en ging daarom op zoek naar iemand die voor Anneessens model kon staan. "De zoektocht leidde Vinçotte naar een simpele straatventer," vertelt de 92-jarige Van Audenhaege. "De man, een zekere Bernardin Braeckman, verkocht gekookte eieren, krabben en noten in Brusselse herbergen. Nadat hij model had gestaan, kreeg Bernardin het echter zodanig hoog in zijn bol dat hij voor de rest van zijn dagen dacht dat hij Frans Anneessens zelf was. In zoverre zelfs dat hij vanaf dan altijd met een kepie door de Brusselse straten doolde waarop in grote zilveren letters 'Anneessens' stond." De straatventer werd dan misschien wel als een halve gare aanzien, na zijn hele avontuur verkocht hij beter dan ooit tevoren.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Cultuurnieuws

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni