Fonds Courtin-Bouché stelt nieuwe collectiestukken tentoon

Jean-Marie Binst
© Brussel Deze Week
17/07/2009
Dankzij het legaat Courtin-Bouché kan de Koning Boudewijnstichting unieke Belgische erfgoedstukken aankopen. Enkele schatkamers in het BELvue Museum etaleren al dat fraais tot de laatste zomerdag. Een eerste kans om buitenissige creaties van Wolfers, Van de Velde, Rops en zelfs Hugo Claus te zien.

In de tentoonstelling Be.Arts - Kunst & filantropie groepeert het Erfgoedfonds van de Koning Boudewijnstichting een reeks uitzonderlijke kunstobjecten. Ze zijn de afgelopen vijf jaar aangekocht op antiekbeurzen en bij antiquairs, verzamelaars en eigenaars van de werken, vaak na een tip van een of ander Belgisch museum. Dat kon dankzij geld (verkregen met de verkoop van gebouwen en kunst) van het Fonds Léon en Marcelle Courtin-Bouché.

Bij het overlijden van Marcelle Bouché, in 2000, kreeg de Koninklijke Bibliotheek een legaat: een grote verzameling uitzonderlijke kunstboeken, die het echtpaar Courtin-Bouché hoofdzakelijk in Parijs had gekocht. De collectie bevat niets dan zeldzame uitgaven, geïllustreerd door Matisse, Picasso, Ensor, Rops, Dufy, Derain, Bonnard en andere kunstenaars. Een tweede legaat - schilderijen van Belgische artiesten met renommee - ging naar het Museum van Schone Kunsten van Doornik. Daar zit werk bij van Hippolyte Boulanger, Félicien Rops, Louis Artan, James Ensor, Rik Wouters en andere Belgen.

Als smaakmaker van de tentoonstelling Be.Arts toont het BELvue Museum een deel van deze boeken en schilderijen in een salon. De mise-en-scène is geïnspireerd op het Brusselse appartement van het echtpaar Courtin-Bouché.

Het testament was ook heel gul voor het Erfgoedfonds. Dat mocht kunst en vastgoed te gelde maken voor nieuwe, gerichte aankopen van erfgoed. De criteria zijn drieërlei: het moeten kwaliteitsvolle, belangrijke werken zijn; de kunst moet een plek verdienen in de openbare collecties, en het werk moet significant zijn voor de Belgische kunstgeschiedenis. Ook voor restauraties aan museale werken en voor de financiering van publicaties mag geld uit het Fonds Courtin-Bouché gebruikt worden. Zo kon al een reeks dvd's gemaakt worden met tien kunstzinnige films van de Belgische avant-gardecineasten (1927-'37). De films zijn op de tentoonstelling te zien.

Heilige Maagd
Enkele voorbeelden van restauratieprojecten hangen te kijk in het laatste luik van de tentoonstelling: het zeldzame Romaanse beeldhouwwerk Sedes sapientiae uit de twaalfde eeuw, ontdekt in Séron-sous-Forville in de provincie Namen. Het fonds bekostigt de conservatie-aanpak van de Maagd, waarvan de polychromie veertien keer overschilderd was. En het laat een duplicaat maken, zodat de kerkfabriek het beeld weer kan vertonen, terwijl het oorspronkelijke stuk in betere en veiligere omstandigheden bewaard kan worden in het museum van Namen.

Een vergelijkbaar proces van restauratie wordt getoond met het grote doek De Heilige Maagd tussen Johannes de Doper en Johannes de Evangelist (zeventiende eeuw), van Theodoor van Loon, een miskend tijd- en stijlgenoot van Rubens. Het werk werd gemaakt voor de hertogelijke kapel van Tervuren en was gaandeweg onder de retouches en verkleurd vernis komen te zitten. Door de nog onvolledige restauratie te tonen, worden de details van de behandeling goed zichtbaar. Het is een presentatie die een tentoonstellingsbezoeker haast nooit te zien krijgt.

Maar de grootste schatten van het Fonds Courtin-Bouché zijn de nieuwe aankopen die getoond worden in een kraal van salons, waarin het hele verhaal van hun herkomst en eigendom uit de doeken wordt gedaan. Een eerste vitrine toont de enige nog volledige sierkam Oiseaux et Iris van de Brusselse juweelsmid Philippe Wolfers, bekend om zijn art-nouveaucreaties. De sierkam uit 1899 werd nooit gedragen. Het was ook nooit de bedoeling het juweel, dat zwaar om dragen is, te verkopen. Het unieke pronkstuk, uit Braziliaans opaal, bergkristal, email en goud, diende louter om op Parijse tentoonstellingen de uitzonderlijke materiaalbeheersing van Wolfers te tonen. Het fonds kocht de haarkam voor 85.000 euro.

Nog zo'n stuk is de ring uit drie soorten goudlegering, met een typische draaiing van 180 graden erin, van Henry Van de Velde. De markies van Sienna, Raphael Petrucci, bestelde de ring in 1899 als geschenk voor zijn vrouw, bij de geboorte van zijn dochter Clairette (de latere vrouw van Marcel Wolfers). Het is de enige ring waarvan met zekerheid geweten is dat Van de Velde hem zelf gemaakt heeft. De eigenares van de ring bood de unieke ring te koop aan aan de stichting. Vanaf 2010 zal de ring tentoongesteld worden in de nieuwe art-nouveau- en art-decozalen van het Jubelparkmuseum.

Ook de boeiende zestiende-eeuwse Kruisweg van Henri Bles, van wie het mu­seum van Namen al een grote verzameling heeft, werd op voorspraak van het mu­seum aangekocht (voor 200.000 euro, bij Galerie De Jonckheere in Parijs). Vooral de 'ondertekeningen' op dit doek zijn interessant; van nabij zijn de verschillende technieken goed leesbaar.

Nog zo'n aanwinst van het erfgoedfonds is de reeks van vijf woordschilderijen Het vlot van de Medusa (1964), waarin Hugo Claus en Serge Vandercam in post-CoBrA-stijl samenspanden (gekocht voor 40.000 euro). En met het satanische aquarel Dans les coulisses van Félicien Rops belandt eindelijk één tekening uit de nooit afgewerkte reeks Album van de duivel in een Belgische openbare verzameling. In de toekomst zal dus meer dan één buitenissig erfgoedstuk een prestigeplaats krijgen in openbare kunstcollecties.

:: Be.Arts - Kunst & filantropie nog tot en met 20 september in het BELvue Museum, Paleizenplein, 1000 Brussel. Open van dinsdag tot en met vrijdag van 10 tot 17 uur, zaterdag en zondag tot 18 uur. Gratis toegang. Meer info op www.kbs-frb.be of 02-549.61.54

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Cultuurnieuws

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni