Museum van Elsene over de invloeden van Paul Delvaux

Jean-Marie Binst
© Brussel Deze Week
09/10/2010
Met de kans om gulzig te plukken uit ruim driehonderd werken van Paul Delvaux kreeg het Museum van Elsene van Belgische privéverzamelaars een soloslim in handen gestopt. Het resultaat is een vergelijkende kunsttentoonstelling die voor tachtig procent uit nooit getoond werk bestaat. En nu hopen dat de expositie gaat reizen.

Het gemeentelijke Museum van Elsene etaleert in zijn pas geverfde zalen een museale kanjer, een collectie van (vooral) olieverfschilderingen, aquarellen, tekeningen en etsen: Paul Delvaux - De bronnen van het oeuvre.

Het begon ermee dat het museum honderden werken van Paul Delvaux (1897-1994) in bewaring kreeg (voor vijf jaar alvast). "We hebben het geluk dat we ook uit onze reserves kunnen plukken, waar we Belgische privéverzamelingen herbergen van interessant werk van Delvaux en andere artiesten," zegt conservator Claire Leblanc enthousiast. Een mooie uitdaging voor medewerkster Laura Neve, die deze 'referentietentoonstelling' uitwerkte en de gelijknamige publicatie schreef.

De bezoeker wordt bij het binnenkomen overweldigd door een schouder-aan-schouderopstelling van monumentale doeken met vrouwelijk schoon op het (voormalige) toneelpodium: 'Zittende naakte vrouw' (1930), 'Naakt met gebogen hoofd' (1926), 'Naakte jonge vrouw' (1930) - om er enkele van Delvaux te noemen - naast 'De verloofde' (1923) van Constant Permeke en 'Het wachten' (1934) van Gustave van de Woestyne. Maar voor we zo ver geraken, moeten we een parcours volgen (trap op, trap af). Helemaal links beginnend, anders loopt de verhaallijn fout.

Op dat circuit worden, chronologisch gerangschikt, de invloeden duidelijk die Delvaux onderging; zijn 'bronnen', zeg maar. Het gaat om meesters naar wie Delvaux respectvol opkeek, wat blijkt uit de vele citaten. Zoals: "Omstreeks 1930 heeft Ensor mij het meest beïnvloed", en: "Ik vond de Vlaamse expressionisten heel getalenteerd en natuurlijk hebben ze me beïnvloed." Later kreeg Delvaux zijn eigen, unieke 'Delvaux-stijl' in de vingers.

Appels en skeletten
De stijlinvloeden beginnen met het realistische landschap (de Zoniënwoudschilders) in een hele gang vol bostaferelen van Delvaux. Als jongen en leerling aan de Brusselse academie ging hij tot 1924 dagelijks naar het Rood Klooster om er te schilderen. Het werk van Hippolyte Boulanger, Jean-Baptiste Degreef en zelfs Franz Courtens inspireerde hem.

De onderstammen van het boswerk van Degreefs 'De bron van de keizer' (1921), een natuurschildering in Oudergem, spiegelt zich dan ook perfect aan 'Onderbosgezicht in het Rood-Klooster' van Delvaux (1920), ook al verschilt de kleur (of het seizoen). Het Rood-Kloosterhuis van kunstenaar Alfred Bastien, dat Delvaux in 1920 schilderde, is overduidelijk een kleurvariant op 'Het huis van de kunstenaar' dat Bastien zelf in 1910 schilderde. En zo gaan de vergelijkingen alsmaar verder.

Het kleurenpalet van Renoir en Cézanne, de portretschildering naar Mo-digliani, de expressionistische karikaturen en de skeletten van Ensor, het Vlaams expressionisme (Gustave van de Woestyne, Gustave de Smet en Paul Permeke), de surrealistische stijl van Gior-gio de Chirico en René Magritte en tot slot het neoclassicisme van Ingres: de plaatjes vullen elkaar perfect aan, om Delvaux met een nieuwe blik te gaan bekijken. Bovendien lijkt alles wel een inventieve puzzel, die aan het eind duidelijk maakt dat Delvaux zijn eigen weg heeft gevonden, al kijkend naar en
lerend van zovele anderen.

Een mooie episode in dat verhaal is de intrede van het naakt in het werk van Delvaux. De warme kleuren van Renoir en Cézanne hebben Delvaux vanaf 1925 duidelijk geïnspireerd. In Delvaux' 'Naakten in het woud' (1926) overheerst de warme gloed van appels (verwijzend naar de stillevens van beide artiesten). En niet alleen van de appel die de jongeling naast zijn balzak houdt.

Ook bij het immense oliedoek 'Meisjes op het platteland' gaat een lichtje branden. Wordt het niet overduidelijk dat het ovale hoofd, de amandelvormige ogen, de lange hals en het pruilmondje een schattige variant is op de tekenstijl van Amedeo Modigliani (1884-1920)? Als de skeletten hun intrede maken in Delvaux' werk, kijkt Ensor over de schouder mee. En bij de surrealistische decors, zoals 'Paleisruïne' (1935), is De Chirico (1888-1978) zeker Delvaux' inspirator. Zo ook Wiertz, Magritte, Ingres,... - elk met hun sterktes.

Aan het eind van de tentoonstelling, als de treinstations en antieke cultuurdecors met naakten en dolende personages opduiken, is de puzzel af. Het typische en unieke aan het werk, dat Delvaux tot een van 's lands grootste kunstenaars maakt, is het eindpunt van een lang en interessant bronnentraject.

De tentoonstelling is een ommetje naar Elsene waard, vooraleer Amerikanen en Japanners de deur plat lopen.

Extra

Paul Delvaux - De bronnen van het oeuvre, tot en met 16 januari 2011 in het Museum van Elsene, Jean Van Volsemstraat 71, 1050 Elsene. Open van dinsdag tot en met zondag van 11.30 tot 17 uur. Op zondag gratis gids. Toegang gratis tot 12 jaar, 5 euro voor studenten, senioren en groepen; overige bezoekers 7 euro. Meer op 02-515.64.22 en www.museumvanelsene.be.

In het kader van de Veertiendaagse van het Jonge Kind (in Elsene) organiseert het museum een ontdekkingstocht en dierenverhalenspel op zondag 10 oktober van 15 tot 16 uur voor kinderen van 1,5 tot 3 jaar. Het vragenspel De geheimen van Paul Delvaux (vanaf 8 jaar), over de Delvaux-expositie, is gratis verkrijgbaar aan de balie.

Kunsthistorica Laura Neve, curator van de tentoonstelling en verbonden aan het Museum van Elsene, schreef de tentoonstellingscatalogus Paul Delvaux - De bronnen van het oeuvre, uitgegeven bij Lannoo (N) en Racine (F),
128 blz., 29,95 euro.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Elsene, Cultuurnieuws

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni