Analyse

Overheid bestrijdt de buxusmot met sekslokkers

19/03/2019
© Park Kleine Zavel, buxusmot, JMB/maart 2019

“Door de zeer zachte winter kunnen we ons verwachten aan een invasie van de buxusmot. Zowel in parken als in tuinen,” stelt Brussel Leefmilieu. Tegen 1 april worden ‘sekslokkers’ in parken opgehangen. Pesticiden, ook biologische, zijn immers sinds 2019 verboden.

Het verbod om in Brusselse parken vanaf 2019 biologische pesticiden te gebruiken maakt de bestrijding van de invasieve buxusmot (Cydalima perspectalis) er deze lente moeilijker op.

Na bijna tien jaar is het overduidelijk. De van oorsprong Aziatische nachtvlinder, die vanuit Antwerpen als plaag is verspreid tot in het Brusselse Gewest, berokkent alsmaar meer schade aan de buxusplant (Buxus sempervirens). Na de winter komen de rupsen uit hun cocon en vreten zich vet aan de blaadjes. Van zodra de eerste warmte eraan komt _ normaal in maart, maar dit jaar was dit reeds het geval in de tweede helft van februari _ is de rups actief. Einde maart en begin april, dus de volgende twee tot drie weken, begint de rups zich te ontpoppen tot buxusmot. Nadien volgt snel een eerste reproductie. De nachtvlinder legt dan eitjes op de onderkant van de buxusblaadjes. En de hele voortplantingscyclus herhaalt zich twee tot zelfs driemaal van mei tot augustus.

"Als overheid mogen we sinds dit jaar in de openbare ruimte geen biologische pesticiden meer gebruiken."

Pauline Lorbat, woordvoerder Brussel Leefmilieu

Voor buxushaagjes en -bollen zoals die in Franse tuinplantsoenen traditioneel gebruikt worden, is de invasieve buxusmot een ware pest. Na de winter blijven sporen van de vraatschade duidelijk (zie foto Park van de Kleine Zavel). “Als overheidsdienst mogen we sinds 1 januari in de openbare ruimte geen gebruik meer maken van verdelgingsmiddelen. Ook deze niet die voor de biologische landbouw worden gebruikt,” zegt Pauline Lorbat, woordvoerder van Brussel Leefmilieu. “In onze Brusselse parken en plantsoenen is voor twee opties gekozen, naargelang de graad van aantasting. Buxussen die er heel erg aan toe zijn, worden progressief verwijderd en vervangen. Dat was al het geval in de winter 2017-2018. De voorbije winter hebben we deze methode verder toegepast. Zo nodig wordt de geteisterde zone landschappelijk hertekend en herbeplant met alternatieve planten.”

Aantasting van buxushaagjes in het Kleine Zavelparkje
© JMB/maart 2019

Vervangplanten getest

Om het esthetische effect van de buxushaagjes en -bollen te evenaren zoekt de overheid andere planten uit. In de zaad- en boomkwekerijen van Brussel Leefmilieu (in Anderlecht) worden testen uitgevoerd op soorten die naar groei en omvang de buxus kunnen vervangen: de Ilex crenata ‘Convexa’, de Lonicera nitida ‘Maigrün’ en de Ligustrum vulgare ‘Lodense’. Vanaf de lente 2019 gaan nog vier andere ‘vervangers’ voor de buxus getest worden, onder meer in de Tuinen van de Bloemist van Stuyvenberg (Laken): de Euonymus japonicus 'Microphyllus', de Osmanthus burkwoodii, de Phillyrea angustifolia en de Corokia x virgata ’Red Wonder’.

Hoe zit het met buxusbescherming in private tuinen? Lees het hier.

Aan de vooravond van de lente is het dringend zaak om de buxusplanten te controleren op sporen van de buxusmot. De winter was voor het derde jaar op rij zacht waardoor de cocons van de buxusmot gemakkelijk konden overleven.

Anders dan voor parken en openbare plantsoenen is de regelgeving in het Brusselse gewest mild voor de particulier die de plaag van veelvraatrupsen wil bestrijden. "We raden aan om bij planten die relatief weinig beschadiging oplopen van de plaag, alle rupsen van de buxusmot manueel weg te plukken ( het verzamelzakje mag wel niet in de GFT-zak worden gegooid, red.)," stelt Pauline Lorbat, woordvoerder van Brussel Leefmilieu.

"Mochten de planten toch erg aangetast zijn, raden we aan om ze te vervangen door nieuwe, andere planten. Voor kleine partijen, haagjes en struikjes is dergelijke vervanging niet zo moeilijk." Als alternatief voor de buxus kan gekozen worden voor Venijnboom (taxus), Japanse kardinaalsmuts (Euonymus japonicus), Chinese kamperfoelie (Lonicera nitida), Schijnhulst (Osmanthus x burkwoodii), Japanse hulst of Dwergmirte. Soms worden in deze andere plantensoorten wel eitjes van de buxusmot aangetroffen, maar er groeien geen rupsen uit.

Lokvallen

Anders gaat de overheid te werk als de schade aan de buxus maar beperkt is. “Dan moeten we de plant nog niet verwijderen,” stelt Lorbat. “We proberen de buxusmot dan te bestrijden met lokvallen met feromonen. Die worden in de buurt van de planten bevestigd.”

Deze vlindervallen zijn uitgerust met signaalstoffen die geassocieerd worden met de ovulatie van de wijfjesvlinder. Het mannetje wordt door de feromonen seksueel gelokt en gevangen genomen. Het is enkel zaak om de vallen verspreid op te hangen. Voor haagjes raadt de gebruiksaanwijzer één val om de tien tot twintig meter aan. Voor massieve buxuspartijen zoals grote wolken zijn minder vallen nodig. Lorbat nog: “Om de efficiëntie van de feromonenvallen in te schatten voert Brussel Leefmilieu vanaf 1 april tot november een monitoring uit. Wekelijks zullen we het aantal vlinders in de vallen tellen.”

"We proberen de mannetjes van de buxusmot te lokken met feromonen"

Pauline Lorbat, woordvoerder Brussel Leefmilieu

In de landschappelijk geklasseerde omheining van het Kleine Zavelparkje zit ook een grote buxus die aangetast is
© JMB/maart 2019

Geklasseerde exemplaren

Sommige bomen of landschappelijke gezichten in de openbare ruimte zijn echter geklasseerd. Bruno Campanella van de directie Monumenten en Landschappen maakte in 2017 een stand van zaken op voor het gewest en lijstte twaalf individuele buxusstruiken (of -bomen) op die als 'merkwaardig' beschermd werden in een geklasseerde zone. Zo bijvoorbeeld de beplante omheining achter het hek met middeleeuwse ambachtslieden van het parkje van de Kleine Zavel (naar een ontwerp van Hendrik Beyaert, 1890). Achter het standbeeld van Egmont en Hoorn schuilt een beschermd haaggeheel, met een hoog uitgegroeide buxus in, die ook aangetast is (zie foto).

“We gaan nog niet meteen over tot vervanging van die grote buxus,” bevestigt Brussel Leefmilieu, verantwoordelijk voor het beheer van het parkje. Kleine, aangepaste sierhaagjes worden stelselmatig behandeld of vervangen. “Grote exemplaren met erfgoedwaarde gaan we zo lang als mogelijk proberen te conserveren, in afwachting dat de aanvallen van de buxusmot voorbij zijn. Voor het grote 'beschermde' exemplaar veronderstellen we dat de plant voldoende reserves heeft opgebouwd om de plaag gedurende enkele jaren te trotseren. De vervanging van andere buxusplanten in de verschillende geklasseerde groene ruimtes wordt geval per geval bekeken. Daarvoor werken we in nauwe samenwerking met Monumenten en Landschappen, die toelating moet verschaffen.”

"We veronderstellen dat de geklasseerde buxusplant voldoende reserves heeft opgebouwd om de plaag enkele jaren te trotseren"

Pauline Lorbat, woordvoerder Brussel Leefmilieu

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Brussel, Milieu

Lees ook

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni