Meerderheidspartijen willen intergewestelijke aanpak mobiliteitsproblemen

De Brusselse meerderheidspartijen willen dat over de gewestgrenzen heen beter samengewerkt wordt rond mobiliteit. Daarvoor hebben de partijen in de commissie infrastructuur een voorstel van resolutie unaniem goedgekeurd. De bedoeling is om de Hoofdstedelijke Gemeenschap van Brussel, opgericht na de zesde staatshervorming om gedeelde problemen van Brussel en de rand op te lossen, hiervoor in te schakelen.

Met het voorstel willen de Brusselse meerderheidspartijen Open VLD, PS, CDH, Défi, SP.A en CD&V de mobiliteit in en rond Brussel verbeteren door over de gewestgrenzen heen te werken aan onder andere tariefintegratie, de verdere uitbouw van fietssnelwegen en de aanleg van ontradingsparkings.

Het is ook de bedoeling om projecten op te zetten rond gedeelde reizigersinformatie. “Denk bijvoorbeeld aan de communicatie op het openbaar vervoer. Nu heb je nog aparte informatieborden voor de NMBS, De Lijn en de MIVB in de stations. Daar heeft de reiziger niets aan,” legt Carla Dejonghe (Open VLD) uit.

Hoofdstedelijke Gemeenschap

Het is de eerste keer sinds de oprichting in 2012 dat de Hoofdstedelijke Gemeenschap een concrete invulling zou krijgen. "De Gemeenschap werd in 2012 opgericht om gezamenlijke problemen in Brussel en de rand, zoals mobiliteit aan te pakken. Zes jaar later zijn we op dat vlak nauwelijks opgeschoten. Dat kan alleen maar veranderen door het Brusselse en Vlaamse mobiliteitsbeleid letterlijk in elkaar over te laten vloeien," aldus Dejonghe.

Concreet is het de bedoeling om de MIVB en Brussel Mobiliteit de sleutels in handen te geven om samen met de Vlaamse en federale zusterpartijen rond de tafel te zitten en concrete projecten voor te bereiden.

Het voorstel wordt wellicht volgende maand besproken in het parlement.