Leerlingen uit het Brussels Nederlandstalig secundair onderwijs met een taalachterstand krijgen voortaan extra taalstimulerende activiteiten. Daarom start de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) een proefproject in samenwerking met het Technisch Instituut Don Bosco. "Met de taaltutoren willen we hun taalvaardigheid in het Nederlands op een aangename manier opkrikken".
© PhotoNews
| Het Collège Don Bosco, aan de Stokkelsesteenweg in Sint-Pieters-Woluwe.
Taalbegeleiders voor Nederlandstalige secundaire scholen
Het project is op 1 oktober van start gegaan. Het zal lopen tot het einde van het trimester voor de leerlingen van de eerste graad van Don Bosco Technisch Instituut in Sint-Pieters-Woluwe. Leerlingen met een achterstand in taalvaardigheid Nederlands krijgen elke week extra oefenkansen Nederlands. De taalstimulerende activiteiten vullen de gewone lessen aan en passen bij de andere vakken die de leerlingen volgen. Voor de begeleiding van de activiteiten zet Don Bosco taaltutoren in.
Subsidie
De school krijgt hiervoor een subsidie van 30.000 euro voor het hele schooljaar. "We spelen met dit nieuw project in op de vraag van enkele secundaire scholen", verklaart minister Sven Gatz, die in het VGC-College verantwoordelijk is voor het Nederlandstalig onderwijs. "Met de taaltutoren willen we hun taalvaardigheid in het Nederlands op een aangename manier opkrikken". Na het proefproject kunnen alle Nederlandstalige secundaire scholen in Brussel zich bij het project aansluiten.
© Kabinet Gatz
| Sven Gatz, verantwoordelijk voor het Nederlandstalig onderwijs in het VGC-College.
Opleiding
Het Onderwijscentrum Brussel (OCB), het Huis van het Nederlands en Ligo Brusselleer zullen de taaltutoren begeleiden. Taaltutoren zijn vrijwilligers of studenten die een opleiding krijgen om met de jongeren aan de slag te gaan. Het OCB zal de tutoren wegwijs maken in taalonderwijs en meertaligheid op school, het Huis van het Nederlands deelt haar expertise rond oefenkansen Nederlands, terwijl Ligo Brusselleer de focus legt op taalverwerving bij kwetsbare doelgroepen.
Samenwerking
Na de opleiding werken de taaltutoren samen met de leerkrachten aan taalstimulerende activiteiten op maat van de leerlingen. "Zij stellen vast dat sommige leerlingen trager dan anderen het Nederlands onder de knie krijgen", legt Sven Gatz uit. Volgens hem zijn veel leerlingen uit het Nederlandstalig onderwijs in andere thuistalen dan het Nederlands opgegroeid. "Goed Nederlands kennen blijft immers een prioriteit in het Nederlandstalig onderwijs van Brussel. En een goede beheersing van het Nederlands is bovendien een enorme troef op de arbeidsmarkt in Brussel en daarbuiten", besluit Gatz.