Jambon: 'België op drie qua sympathie voor IS, na Qatar en Pakistan

Minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon heeft zich woensdag in de Kamer verdedigd tegen de kritiek op zijn uitspraken over het "significant deel" van de moslimgemeenschap dat danste na de aanslagen van 22 maart. "Ik ga niet wachten tot het pv's regent" alvorens een probleem aan te pakken, stelde minister Jambon. Hij benadrukte "nu te willen ageren om de harten terug te winnen" van jongeren die met IS dwepen.

De vicepremier verwonderde zich erover dat de discussie al dagen draait over één woord, namelijk significant. "Ik heb geen pv's bij. Er zijn wel, maar niet veel. Wat had u gedacht? Dat ik hier een hele reeks feiten zou opsommen? Stigmatiserender zou niet kunnen", aldus Jambon.

De minister wil niet wachten met problemen aan te pakken tot er voldoende pv's op tafel liggen. Net als bij intrafamiliaal geweld, racisme en homofobie is er ook bij terrorisme een dark number, zei Jambon. "Wachten tot het pv's regent" alvorens een probleem aan te pakken, is voor hem geen optie. Hij wees op de beelden van jongeren die stenen en flessen gooiden bij de arrestatie van Salah Abdeslam, die weken heeft kunnen onderduiken na de aanslagen in Parijs.

Ons land staat volgens de minister ook wereldwijd op nummer drie, na Qatar en Pakistan, qua sympathie voor IS op de sociale media.

"Als ik al die feiten aaneenschakel, dan is de conclusie dat er een fenomeen is, en daar moeten we iets mee doen". Hij zei ook geen hele gemeenschap te willen stigmatiseren. "Hoe vaak heb ik niet herhaald dat we het probleem van radicalisering moeten tegengaan met de moslimgemeenschap", aldus de N-VA-minister. "We moeten nu ageren om de harten terug te winnen".

In plaats van een semantische discussie te voeren, riep Jambon op nu samen te werken om de problemen nog onder controle te houden.