Justitie draalt met erkenning moskeeën

Op het kabinet van minister-president Rudi Vervoort (PS) liggen tien erkenningsaanvragen van Brusselse moskeeën te wachten op veiligheidsadvies van het ministerie van Justitie. Het oudste dossier dateert al van augustus 2014, vernam BRUZZ. Volgens Justitie is de oorzaak een gebrek aan middelen. Extra centen uit de antiradicaliseringspot moeten het proces nu versnellen.

Erkende moskeeën hebben, net zoals de gebedshuizen van andere geloofsovertuigingen, recht op financiering van de overheid. Het Gewest staat dan onder andere in voor de huur van gebouwen, terwijl het ministerie van Justitie de lonen van de imams betaalt en het vertegenwoordigingsorgaan financiert. In het geval van de Islam is dit de Moslimexecutieve.

Van de 68 gekende moskeeën in het Brussels gewest zijn er echter maar 14 officieel erkend. Voor tien andere ligt er een erkenningsdossier op het kabinet van Vervoort, want de regionale overheid is daarvoor immers bevoegd.

Het gewest moet evenwel ook veiligheidsadvies bij justitie inwinnen. De staatsveiligheid moet de moskee doorlichten en de aanstelling van de imam door de Moslimexecutieve moet worden bevestigd. Dit neemt in sommige gevallen veel tijd in beslag, aangezien de oudste erkenningsaanvraag volgens het kabinet-Vervoort van augustus 2014 dateert.

Slag om de arm
De gevoeligheid van de bevolking tegenover moslims en moskeeën zou volgens sommigen aan de basis van deze vertraging liggen. De woordvoerder van minister van Justitie Koen Geens (CD&V) ontkent dat. “Een gebrek aan middelen zorgt voor het lange wachten”, klinkt het. “De lonen moeten immers binnen het budget van Justitie worden begroot.”

Nochtans geeft een erkenning de overheid een slag om de arm. De organisatie moet de structuur hebben van een vzw met minstens 200 leden, die jaarlijks haar boekhouding bij de Nationale Bank moet inleveren. Erkende moskeeën mogen ook geen buitenlandse giften - uit bijvoorbeeld Saoudi-Arabië - ontvangen. In het geval dat een van deze voorwaarden wordt geschonden, kan de overheid sancties opleggen.

Geens erkent het belang van een goede opvolging, aangezien de overheid dan meer zicht heeft op hoe men godsdienst beleeft in België. De minister maakt zich dan ook sterk dat een deel van de budgetverhoging die Justitie kreeg van de antiradicaliseringspot van 400 miljoen ook effectief gebruikt wordt om vaart te zetten achter de adviezen waarop het Brussels Gewest al een tijd wacht.