Bernard Vanden Berghe: 'Een kerk is geen museum'

Jean-Marie Binst
© Brussel Deze Week
16/06/2006
BRUSSEL Het lijkt wel een contradictio in terminus. "Als je een kerk binnen wandelt, stap je niet in een museum," beweert eredeken Bernard Vanden Berghe (93), terwijl hij 25 jaar lang als voorzitter van Christelijk Dienstbetoon in Toerisme Brussel, het vroegere Kerk en Toerisme, de toeristisch interessante kerken uit de Vijfhoek aanprees. Eerder dit jaar gaf hij de sleutels van Petrus' toeristische attractiepunten aan een opvolger.

De tienduizenden geïnteresseerden die jaarlijks de kapittelkerk van Sint-Michiels en Sint-Goedele aandoen - dit jaar 45 jaar 'kathedraal van Brussel' - hebben een vette kluif aan de patrimoniuminformatie over dit godshuis. Dat een ploeg van veertig vrijwilligers hen die graag geeft, komt niet uit de lucht vallen. Bernard Vanden Berghe startte in 1980 de vzw Kerk en Toerisme (nu Christelijk Dienstbetoon in Toerisme Brussel, of CDTB). Al werkte hij al jaren voordien aan de idee om 'toeristen' beter te informeren over het kerkpatrimonium in het hart van de stad. We zochten de 93-jarige eredeken op, één hoog in de residentie van de Gasthuiszusters van het Sint-Janshospitaal. Bernard Vanden Berghe: "Toen ik na mijn directeursfunctie in het Heilig Hartcollege van Ganshoren (1949-1959) als deken van de kathedraal aantrad, viel mij het groot aantal toeristen op. En wat me vooral intrigeerde was dat zij vergezeld van gidsen soms een toelichting kregen, waarbij wel eens wat 'stommiteiten' werden verteld. Daar gaven we een eerste antwoord op door een nieuwe 'historische' brochure over de kathedraal te maken. Ook vroeg ik aan twee bevriende historici om als vrijwilliger toelichting te geven in de kathedraal. Dergelijke rondleidingen waren enkel in de kathedraal van Brugge al in gebruik. De 'gelegenheidsgidsen' zagen het wel zitten, en deden dit uitstekend gedurende meerdere jaren, zowel in het Nederlands, Frans als Engels. Tot kardinaal Suenens diaken Rik Janssens in 1974 benoemde tot verantwoordelijke van het pastoraal toerisme, waarmee dit werk geofficialiseerd werd. Janssens was de geknipte persoon: hij had gewerkt op de dienst toerisme van het ministerie van Economische Zaken en was door Jos Chabert benoemd tot directeur van een centrum voor toerisme op de luchthaven van Zaventem."

Kottekes
"Wat we aan de toerist kwijt wilden over de kathedraal was niet louter de geschiedenis van de crypte en het gebouw, ook de beschrijving van het interieur - van glasramen en altaren tot biechtstoel en orgel - wekte interesse op. Aan de hand van een plannetje met meertalige toelichting, zelfs in het Pools, maakten we het de bezoeker makkelijk om zelf zijn weg te vinden langs alle bezienswaardigheden. En als er uitleg aan een vrijwilliger-gids werd gevraagd, kon de informatie nog verder gaan. Zelfs over de zingeving van het geloof. Toeristen sturen in feite zelf aan om daarop door te praten, toch zij die het katholieke geloof genegen zijn of kennen. Een Japanner vindt het branden van een kaarsje gewoon iets leuks om na te bootsen."
"Stilaan wilden we ook andere kerken in het centrum bedienen van toeristische informatie, omdat zij al even belangrijk waren: de Sint-Niklaaskerk, de Kapellekerk, de Goede-Bijstandskerk en de Begijnhofkerk. We plaatsten in die kerken nog meer onthaalpersonen (doorgaans gepensioneerden, red.) omdat dit erfgoed promotioneel interessant was. Gedurende heel het jaar konden groepen gratis op Kerk en Toerisme beroep doen om een geleid bezoek aan te vragen. Al stuurde ik wel een brief met het beleefde verzoek om een vrije bijdrage in overweging te nemen voor de moeite. Dat had zo'n groot succes, dat we tot honderd groepen per seizoen kregen. Ook de individueel geïnteresseerde kon gratis een beroep doen op de vrijwilligers: doorgaans Vlamingen uit de rand en enkele Brusselaars. Christelijk Dienstbetoon in Toerisme organiseert voor die 'onthaalgidsen' vormingssessies, die de basis vormen van een 'eigen' verhaal. Iedere gids pakt het met zijn eigen bezieling aan, en dat boeit duidelijk. We willen de mensen niet bekeren, maar we stellen de kerk toch voor in zijn eigen specifieke opdracht. Als je in een kerk komt, hoe prachtig ook, kom je niet in een museum. In de eerste plaats is het een gebedshuis. En de unieke stukken hebben allemaal een liturgische betekenis. Vandaar dat onze onthaalgidsen uitleggen waartoe een altaar en een preekstoel dienen. Veel bezoekers weten hoegenaamd niet waartoe alles dient, zoals die 'kottekes' : de biechtstoelen. Ook de bijbelse betekenis van beeltenissen, als de sculpturen in de preekstoel moet correct overgeleverd worden. Het vraagt toch een intense studie, per kerk, voor iedere onthaalgids."

Op Vakantiesalon
"Elke Brusselse kerk heeft ook zijn unieke troeven. Wat wil je, het blijven in de eerste plaats stuk voor stuk kunstmonumenten, en dat is wat toeristen in een stad interesseert. Voor de kathedraal is dat zonder meer de eenheid aan glasramen. Wie langs de achterkant de gotische kathedraal binnenstapt, schrikt doorgaans van de monumentaliteit van de open ruimte. Dat raakt mensen. Bij de meeste toeristen en bezoekers - ook al zijn ze geen misgangers - blijft een religieus gevoel leven. We merken dat aan hun handeling: ze lopen weliswaar de kerk door als een toerist, maar blijven toch even halt houden voor een stille intentie, een kaars. Andere niet-toeristisch interessante kerken, die we niet met gidsen bedienen, zoals de Finisterraekerk zuigen net wel veel gelovigen aan. De kerk is wel mooi, maar het grote succes is eerder te danken aan de devotie."
Wat ons wel intrigeert is dat er geen anderstalige erediensten in de kathedraal zijn. Gaat dit niet hand in hand met de toestroom van toeristen? "In de Kapellekerk heb je dat natuurlijk wel. De Polen houden er missen die tot buiten volk aantrekken. We houden die boot niet speciaal af, maar er is gewoon nooit vraag naar geweest door een andere etnische katholieke gemeenschap. Onze taak was beperkt tot het toeristisch interessante kenbaar maken, in de gepaste context, en dat doen we ook openlijk met promotionele acties. Een samenwerking met Europalia bijvoorbeeld, is altijd dankbaar. Al van het eerste festival Europalia Italia, en zeker met Europalia Oostenrijk, hebben we volop met concerten de kathedraal in de grote toeristisch promotionele gedachte opengesteld. Dat ging van een tentoonstelling van religieuze kunst tot een concert en een misviering met Oostenrijkse priesters. De participatie van de kerk in het culturele landschap is natuurlijk gelinkt aan een opportuniteit. Zo doen we ook volop mee met het Valantiesalon en met de seniorenbeurs Zenith."

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Samenleving

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni