Nu het nieuwe academiejaar voor de deur staat, vragen we aan Koen Van Ryckeghem, directeur van Brik, de Nederlandstalige studentenservice, hoe het met de koten in de stad is gesteld. 'Er is veel mogelijk in Brussel, maar we moeten het slim aanpakken'.
© An Devroe
Brik: 'Dat studenten in appartementen wonen, moeten we zien als een signaal'
Kennen we in Brussel, zoals in andere studentensteden, een tekort aan studentenkoten?
Koen Van Ryckeghem: "Tot op zekere hoogte kunnen we spreken van een mismatch tussen de Brusselse kotstudenten en het aanbod van koten. Maar dat geldt niet over de ganse lijn. Er is vooral een tekort van betaalbare kamers, uit een lagere prijsklasse. Ook zien we tekorten op bepaalde plaatsen in Brussel, en van bepaalde types studentenwoningen."
Wat kunnen we daaraan doen?
Van Ryckeghem: "Het feit dat studenten in appartementen, bedoeld voor de residentiële huismarkt, wonen is een signaal. Het eerste probleem is dat we geen idee hebben over het aantal beschikbare koten. Daarom weten we ook niet precies hoe groot het tekort is en welke types kamers er dan ontbreken. Dat moeten we eerst in kaart brengen. Met die informatie kunnen we dan gericht ontwikkelen, en verzadiging vermijden. Dat kan desastreuze gevolgen hebben. In Brussel staat nog niet het juiste kot op de juiste plaats."
Aan wie is het om dat onderzoek uit te voeren?
Van Ryckeghem: "Dat moet vanuit het Gewest gebeuren, aangestuurd door bijvoorbeeld de minister-president Rudi Vervoort (PS). Die is belast met studentenzaken. Of door de minister van Huisvesting Céline Frémault (CDH).
Stel, alle studentenkoten zijn in kaart gebracht en we kennen de pijnpunten. Wat is dan de volgende stap?
Van Ryckeghem: "Ik ben een grote voorstander van een sterk gestuurd woningbeleid. Dat betekent dat in sommige delen van Brussel de bouw van een bepaalde type studentenhuizen wordt afgeremd, en in andere delen net wordt gestimuleerd. Een instrument daarvoor zijn de bouwvergunningen. Die moeten gemeenten toekennen. Bij sommige gemeenten lukt dat vlotter dan bij anderen."
Over welke gemeenten hebben we het dan precies?
Van Ryckeghem: "Ik ga ze niet bij naam noemen, maar er zijn gemeenten waar een bouwvergunning krijgen voor studentenkoten niet zo makkelijk gaat. Het motief daarachter is voor mij een raadsel. Zij hebben op dat vlak een stevige vinger in de pap te brokken."
Ik zie daar een klassiek Brussels verhaal, de spanning tussen gewest en gemeente.
Van Ryckeghem: "Inderdaad. Het Gewest moet meer grip krijgen. Ik roep hen op om een masterplan te maken en de kotenmarkt aan te sturen. Maar dan moeten we de specifieke pijnpunten wel kennen natuurlijk. Nu laat men het veel te vaak van onderuit komen. Vastgoedontwikkelaars bouwen enkel op die plaatsen waar de rendabiliteit groot is. Maar dat wil niet zeggen dat de vraag naar koten even groot is."
Lees meer over: Samenleving , Opinie
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.