© Saskia Vanderstichele

Foyer (4): ‘Zo’n houtatelier moet er in elke gemeente zijn!’

Jo Govaerts
© Brussel Deze Week
19/04/2012
Op woensdag, donderdag en zaterdag staat het houtatelier van de Foyer open voor iedereen. “Dat zijn de goede dagen van de week,” zegt Mohamed met een lach. Je voelt het zodra je binnenstapt in deze ruimte: hier, tussen de op volle toeren draaiende schaaf-, zaag- en freesmachines, ronkt het van de energie en inspiratie.

Z e komen uit heel Brussel en omstreken en brengen herinneringen mee uit Marokko, Tsjetsjenië, Georgië, Latijns-Amerika... Voornamelijk mannen, maar ook enkele vrouwen.

De plek is uniek: een volledig uitgerust houtatelier waar iedereen die meerderjarig is, zijn ding kan komen doen na betaling van de prijs van de verzekering.
Natuurlijk mag je er niets komen maken wat bestemd is voor de verkoop, maar je doet hier gouden zaken als je je huis in orde wilt krijgen en op je centen moet letten.

Chekhe schaaft de ene plank na de andere voor een houten vloer in zijn kamer. Rachid is een voordeur aan het maken voor zijn appartement. "Inbrekers hebben mijn deur kapot gemaakt. Als ik er een nieuwe moet kopen, kost me dat honderd euro. Als ik een plank ga kopen bij de Brico, kost me dat nog altijd zestig euro. Hier wordt het hout in groep aangekocht en heb ik een plank voor veertig euro. De afwerking doe ik zelf."

Dat Rachid op zijn appartement in Laken geen plaats heeft voor dergelijke klussen, spreekt voor zich. In een stad als Brussel hebben niet veel mensen de luxe van een klusatelier aan huis. Twee vrienden die ook al in Marokko schrijnwerker waren, maar nu sinds drie jaar in een klein appartement in Brussel wonen, zijn samen bezig aan een wandmeubel voor hun keuken. Fijne latjes, een elegante kromming in de voorkant, ze maken er werk van.

"Dat zien we hier geregeld," zegt Jules Vanhaverbeke, de verantwoordelijke van het houtatelier. "Regelmatig komen hier vrienden samen iets maken. De ene kan het vaak beter dan de andere en legt uit hoe het moet. Of de ene werkt en de andere kijkt gewoon, voor de gezelligheid. Als mensen hier voor de eerste keer komen, geef ik uitleg over de gang van zaken en de machines. Er is een soort inloopperiode. Maar ook daarna ben ik altijd beschikbaar voor hulp en uitleg."

Daarvan kan Mokhtar meespreken. Enkele jaren geleden zat hij met de handen in het haar. Hij had een huis in Schaarbeek gekocht met een houten balkonpartij over drie verdiepingen heen. Bij nader inzien bleek die helemaal rot, het huis was een vergiet, en de prijsoffertes die bedrijven voorlegden om de situatie te verhelpen, waren onbetaalbaar voor Mokhtar. Hij dacht er al aan om zijn huis te verkopen toen de oplossing kwam van het houtatelier van de Foyer: zelf doen. Het resultaat ziet er zo professioneel uit dat je haast niet gelooft dat hier een doe-het-zelver aan het werk is geweest. "Dat was alleen mogelijk met de steun en raad van Jules, hoor," benadrukt Mokhtar.

"Jules is een superkerel," wil iedereen gezegd hebben, "schrijf dat maar in de krant!" En iemand fluistert erachteraan dat ze zulke ateliers toch in elke gemeente zouden moeten organiseren, want dat dit zoveel beter is dan op straat of in de cafés rondhangen. Je voelt bij iedereen hoeveel het betekent om hier te komen: voor Mohamed uit Grozny, die om drie uur al weg moet om zijn vijf kinderen van school te halen, voor Rachid, die een kruidenrekje maakt en de mannen van het houtatelier als zijn broers beschouwt, en voor Elena uit Rusland, die kapotte meubels op straat vindt en ze dan hier komt opknappen.

Theepauze
Kristos en Tulat zijn schrijnwerkers die door invaliditeit niet meer professioneel kunnen werken. "Naar hier komen is mijn therapie," zegt Kristos met een lach. Hij komt hier al sinds hij houtbewerking studeerde in Molenbeek en Anderlecht. Vandaag heeft hij een stevige klomp hout mee. "Een cadeau van een vriend," legt hij uit. "Ik heb het goed laten drogen en nu wil ik er iets van maken." Hij weet nog niet goed wat, lijkt het, maar even later is het hout al langs de draaibank gepasseerd en is het een sierlijke poot voor een tafeltje geworden.

Tulat gaat intussen voor het fijne­re werk. Met beitels en messen maakt hij kalligrafische kunstwerkjes, Ara­bische letters in sierlijke lussen van hout.
Iedereen is druk aan het werk, maar klokslag vier uur worden alle machines uitgeschakeld en alle werktuigen neergelegd. Vier uur is het moment van de theepauze. Alles lijkt wel een vaste scenografie te volgen: iemand is de glazen gaan halen, iemand anders draagt de theepot met hete muntthee aan, en een doos met voor ieder een koekje gaat van hand tot hand. Nadien wordt alles weer even routineus opgeruimd.

"Je ziet dat het hier rustig verloopt. Er zijn bij ons een veertigtal mensen ingeschreven, maar die komen gelukkig nooit allemaal tegelijkertijd," vertelt Jules. "Vóór de theepauze komen vooral mensen die geen werk hebben, daarna komen stilaan degenen die na hun werkuren nog komen klussen. Je moest eens weten wat er al allemaal in dit atelier tot stand is gekomen aan hobbelpaarden, keukenrekken, zitbanken en computertafeltjes!"

Dit is een ongesubsidieerde activiteit van de Foyer. Tijdens de laatste Vrouwendag waren er verschillende oproepen van politici om ook mannen niet te vergeten in de sociale sector. Misschien kunnen ze eens in dit houtatelier komen kijken om een idee op te steken voor een activiteit die duidelijk aanslaat.

Volgende week: de interculturele bemiddelaars en de Roma-bemiddelaars van Foyer aan het werk.

Foyer in Molenbeek

Al meer dan veertig jaar is de Foyer een begrip in Brussel. Het begon met een jeugdhuis in een volkse, maar kansarme buurt. Intussen is het jeugdhuis uitgegroeid tot een flink uit de kluiten gewassen sociale organisatie die vier vzw’s groepeert. Een reeks over een organisatie met vele gezichten.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Sint-Jans-Molenbeek, Samenleving, Foyer in Molenbeek

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni