Christophe Degreef liep de 20 kilometer voor BDW

Christophe Degreef
© Brussel Deze Week
03/06/2009
À moral bas, il faut... Simba. Dat staat op een asbak die een van mijn vrienden ooit meebracht uit Congo. Vrij vertaald: je moet je verdriet doorspoelen. Simba is namelijk Congolees bier. Maar wat heeft dat te maken met de 20 km door Brussel?

Wel, eigenlijk alles: ik heb enkele redenen om een beetje verdrietig te zijn. Een tegenvallende tijd, demonen die me parten speelden tijdens de wedstrijd, da joenk van brusselnieuws.be dat me sneller af was... Maar, toch minder getreurd dan u dacht. Ik ben helemaal niet zo verdrietig.

Eerst eventjes de wedstrijd van zondag reconstrueren: het was redelijk warm, en ik heb gezondigd tegen een basisregel bij het lopen: start niet te snel. Je hebt zo die neiging, omdat je ingesloten wordt door 26.999 medelopers en je ofwel iemand voor je hebt die te traag loopt, ofwel iemands hete adem in je nek voelt. Dus: tot Ter Kamerenbos heb ik moeten lopen met steken ter hoogte van de lever. (Die lever, altijd weer die lever.) Na het bosrijke gedeelte van het parcours plooide ik even terug: ik ben trager gaan lopen en kon warempel na een eindje op de Vorstlaan opnieuw versnellen. Aan de Tervurenlaan aangekomen, dacht ik nog voor het anderhalf uur te gaan door een demarrage: ik spurtte die berg op, fris als een hoentje, heel wat lopers en zelfs collega Steven Van Garsse voorbijstekend. Maar... overdaad schaadt.

Halverwege de Tervurenlaan stond de duivel met de hamer (het was niet zomaar een man), die een paar demonen recht uit de onderwereld mijn lijf in joeg. Gedaan met de lol; ik heb me naar boven moeten slepen. Net op het moment dat de tranen (van pijn, welteverstaan) opwelden, gebruikte ik dat laatste beetje energie om me over de meet te storten. De fotograaf stond klaar, maar ik was niet erg fotogeniek... Na tien minuten op een grasperkje gelegen te hebben, was ik weer min of meer de oude. Het resultaat ziet u op de foto.

Wat hebben we nu geleerd uit deze editie? Dat ik ondanks mijn pijntjes nog een goede tijd heb neergezet: 1 uur en 37 minuten. Dat is slechter dan wat ik had vooropgesteld, maar er valt mee te leven. En dat ik anderhalf uur aangekund had, dat weet ik zeker. Wie zijn nek uitsteekt, moet tegen de guillotine kunnen. Van de honderd en tien 21-jarigen die meededen, ben ik toch maar negende geworden. Blijven sporten en blijven leven is de boodschap.

Overigens een dikke proficiat aan Bruno voor zijn schitterende tijd, een stevige schouderklop voor Bram, die tegenslag heeft gehad maar niet opgaf, en een dikke kus voor Yasmina, die voor een eerste deelname een mooie prestatie heeft neergezet. Puik werk. En denk eraan, jongens: à moral bas, il faut... Simba!

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Sport

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni