Cannes 2011: vijfde bekroning voor broers Dardenne

Niels Ruëll
© Agenda Magazine
28/05/2011
De 64ste editie van het Festival van Cannes was hoogstaand en eindigde met de Gouden palm voor Terrence Malick en een vijfde (!) bekroning voor Jean-Pierre en Luc Dardenne. Het thema van het jaar was de confrontatie tussen het kind en de harde werkelijkheid. Een terugblik op een dolle elfdaagse.

Woensdag 11 mei
De 64ste editie opent met Midnight Paris van Woody Allen. Allen komt niet veel verder dan wat mooie plaatjes van Parijs, namedropping en de les dat het vroeger niet beter was. Het festival schiet pas echt uit de startblokken met de persvertoning van Sleeping beauty, een gestileerd erotisch sprookje over een extreem passief meisje dat zich uitleent aan ieder die er voor betaalt.

Donderdag 12 mei
De eerste dagen zetten vrouwelijke regisseurs de toon. We need to talk about Kevin van de Schotse Lynne Ramsay is een ijzingwekkende film over een moeder die maar niet doordringt tot haar zoon. De jongen doet me aan Kim De Gelder denken. Na amper twee dagen lijkt de beste actrice al gekend: Tilda Swinton. Polisse van de Franse actrice en regisseur Maïwenn schetst in een pseudo-documentaire stijl het wel en wee van de Brigade de protection des mineurs. Deze Parijse flikken jagen op pedofielen en betalen doorgaans privé een hoge prijs voor de dagelijkse confrontatie met gruwelverhalen.

Vrijdag 13 mei
Het parallelle festival La Quinzaine des Réalisateurs opent met een koppel clowns uit Anderlecht. Fiona Gordon en Dominique Abel hebben een grote stap vooruit gezet. La fée is narratief sterker dan L'Iceberg en Rumba; er zit ook meer vaart in. De mix van burleske achtervolgingen, fysieke humor, acrobatie en een vleug poëzie gaat er bij het publiek in als zoete koek. Het feestje achteraf doet me mijn mening over feesten in Cannes herzien. Het hoeft niet saai, patserig en puur tijdverlies te zijn. Belgisch bier, bergen aardbeien en een privé-concert van Julien Doré maken van de dertiende een geluksdag.

Zaterdag 14 mei
D-day voor de broers Dardenne. We konden u vorige week al melden hoe goed Le gamin au vélo wel is. Het humaan sprookje begint in totale duisternis. Een twaalfjarige jongen tracht verwoed uit een tehuis te ontsnappen, hij kan niet geloven dat zijn vader hem in de steek laat. Maar beetje bij beetje klaart de film op bij gratie van ene Samantha die het ongewenst, ongeleid projectiel overstelpt met liefde. De enige hindernis op weg naar het palmares is het feit dat de broers Dardenne al vijf bijzonder knappe films gemaakt hebben en al vier keer in de prijzen vielen. De reacties van de buitenlandse collega's stellen gerust: van gewenning is nog geen sprake.

Zondag 15 mei
Voor de derde dag op rij lopen we op wolkjes. The artist van Michel Hazanavicius is een onweerstaanbare pastiche van de stomme film uit Hollywood. Er wordt niet in gesproken, kleur is geweerd en zelfs het beeldformaat (1:33) is aangepast en toch is de film sprankelend entertainment. Jean Dujardin schittert als filmster George Valentin die van zijn voetstuk tuimelt wanneer de gesproken film zijn intrede maakt. In een stomme film wordt de muziek eens zo belangrijk. Nieuwsgierig zit ik de aftiteling uit om de uitvoerders te kennen. Het zijn zowaar Agenda's onderburen: het vanuit Flagey opererend Brussels Jazz Orchestra.

Maandag 16 mei
Gehuild tijdens The tree of life van Terrence Malick, een filmgedicht over het ontstaan van de wereld, de harde hand van de vader, de onvoorwaardelijke liefde van de moeder en de kleine broer die te vroeg sterven gaat. De schuwe regisseur laat zich tijdens persconferentie en plechtigheden niet zien. Niet dat hij met woorden nog iets zou kunnen toevoegen aan picturale hymne aan het leven. Tot mijn verbijstering zijn veel collega's licht of zwaar teleurgesteld. Ik laat het niet aan mijn hart komen.

Dinsdag 17 mei
Een krat twintig jaar oude whisky? Een ontwenningskuur? Of gewoon het feit dat hij Finland verliet om in Frankrijk te filmen? Geen idee wat Aki Kaurismäki precies geïnspireerd heeft maar met Le Havre vindt de zuipschuit met het gouden hart en een goed oog de vorm van Drifting clouds en The man without a past weer. In een Le Havre dat helemaal niet op de havenstad lijkt maar op Kaurismäki-city spant een schoenpoetser zich in om een jonge verstekeling uit de handen van de flikken te houden. Niemand combineert humor, weemoed, pessimisme en onvervalst verzet zo goed als onze favoriete Fin.

Woensdag 18 mei
Voor het tweede jaar op rij presenteert de jonge Gust Van den Berghe uit Schaarbeek een film tijdens de Quinzaine. Inspiratie voor Blue bird haalt de cineast met ongewoon ongewone maar sterke ideeën bij L'oiseau blue (1908) van Maurice Maeterlinck, de enige Belgische Nobelprijswinnaar Literatuur. Hij filmde het verhaal van de existentiële zoektocht van twee kinderen naar de blauwe vogel bij de Batammariba in het Togolees dorp Koulangou. Met open mond staart de zaal naar de prachtige, monochroom blauwe tableaus van een symbolistische wereld. Het gespreksonderwerp van de dag zijn helaas de foute grappen van zelfverklaarde nazi en Hitler-sympathisant Lars von Trier.

Donderdag 19 mei
Vandaag wordt de these dat je in Cannes overal mee wegkomt, brutaal ontkracht. Halfnaakt over de Croisette lopen of stoefen met een exclusief ridicule zonnebril mag nog steeds. Maar mijn ongeopende chocoladereep wordt in beslag genomen aan een van de zeven controleposten op weg naar de filmzaal. En Lars von Trier wordt uit het festival gezet. Het nieuws overschaduwt de nieuwe film van Pedro Almodóvar. Er is nog een reden om medelijden te hebben met de Spanjaard. Niet de concurrentie staat in de weg van een eerste Gouden Palm maar zijn eigen films. De soms sensationele genre-variatie La piel que habito is goed maar niet zo subliem als Hable con ella en Todo sobre mi madre.

Vrijdag 20 mei
De Quinzaine was dit jaar niet veel soeps maar dat ligt niet aan de Belgen. Bouli Lanners mag afsluiten met zijn derde regie. Hij overtreft zichzelf met Les géants, een Huckleberry Finn in Wallonië. Dat hij weet waar hij de camera moet zetten was na Ultranova en Eldorado al duidelijk maar deze keer heeft hij ook een fantastisch verhaal. Drie jonge tieners worden tijdens een mooie zomervakantie aan hun lot overgelaten. Ze doen domme dingen maar nemen tegelijk hun leven heldhaftig in handen. Bouli Lanners blijkt jarig te zijn en wint twee prijzen. Zijn drie hoofdrolspelers zijn door het dolle heen: ze brullen zich het geluk uit het lijf en breken het kot af.

Zaterdag 21 mei
La source de femmes hoorde niet thuis in de competitie. Maar mij hoort u niet mopperen. Ik mag de hoofdrolspelers interviewen van de film over Noord-Afrikaanse vrouwen die een seksstaking beginnen om een oplossing af te dwingen voor het waterprobleem. Hafsia Herzi en Leila Bekhti zijn behalve getalenteerde actrices, adembenemend mooi en niet op hun mond gevallen. Ik haast me naar huis. Een mens is sneller persona non grata dan hij denkt.

Zondag 22 mei
De taxi driver van de 64ste editie is Robert De Niro. De voorzitter en zijn jury kiezen voor: The tree of life (Gouden Palm), Once upon a time in Anatolia en Le gamin au vélo (Grand Prix Ex-aequo), Drive (Prix de la mise en scène), Hearat Shulayim (Prix du scénario), Kirsten Dunst (beste actrice), Jean Dujardin (beste acteur), Polisse (Prix du Jury). Het zilver bij de kortfilms is voor de Vlaming Wannes Destoop met Badpakje. Kirsten Dunst speelt in het hoogromantische Melancholia van Lars von Trier een zwaar neerslachtige bruid die haar huwelijksfeest vergalt en in tegenstelling tot haar zus niet panikeert wanneer het einde van de wereld zich aankondigt. Onterechte verliezers zijn Kaurismäki en Tilda Swinton. De broers Dardenne vallen voor de vijfde keer op rij in de prijzen, niemand deed het hen voor.


Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Film

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni