John Ford, Amerika op zijn best

Niels Ruëll
© Agenda Magazine
01/10/2010
Wie is de grootste verteller van Amerika? Ernest Hemingway met zijn boeken? Bob Dylan met zijn songs? Of John Ford met zijn films? Cinematek biedt het hele seizoen de gelegenheid om het oeuvre van John Ford te ontginnen. In september en oktober gebeurt dat onder de noemer 'John Ford, Ier en humanist'. We zappen door zijn leven en werk met zijn naam als rode draad.

J van joad
John Ford is samen met Howard Hawks dé man die van de western een mythisch genre heeft gemaakt. Maar westerns vormen niet eens de meerderheid van zijn films. Een prachtig voorbeeld van een meesterwerk zonder indianen en revolverhelden is The grapes of wrath. Met hartstocht maar zonder sentimenteel en melodramatisch te worden, met gramschap maar zonder hysterie vertelt Ford over de familie Joad. De Joads worden tijdens de grote depressie door hardvochtige grootgrondbezitters van hun land in Oklahoma verdreven en trekken net als duizenden andere families naar Californië. Zowel onderweg als in het beloofde land krijgen de Joads de ene mokerslag na de andere. Hoe dieper hun ellende, hoe onmenselijker ze behandeld worden.

O van outsider
In een John Ford speelt de outsider de eerste viool. De outsider kan een denker zijn of een doener. Iemand die met woorden schiet of iemand die met zijn vuisten en revolvers praat. Het contrast tussen beiden is iets wat Ford bezighield. Het komt onder andere aan bod in The searchers, een donkerzwarte studie over geweld en racisme, het voortdurende verraad jegens de indianennaties en de weg die het individu te bewandelen heeft. De legendarische John Wayne speelt een wraakzuchtige, racistische, haatdragende revolverheld die zichzelf tegenkomt tijdens een jarenlange, obsessieve zoektocht naar twee nichten die vermoedelijk door de Comanche ontvoerd zijn. Ook The man who shot Liberty Valance toont dat het soort mannen dat nodig is om de wildernis te temmen ook het soort mannen is dat de beschaving (die ze helpen bouwen) als eerste moet verbannen.

H van humanist
"Fords humanisme is sentimenteel noch puriteins of demagogisch. Hij staat aan de kant van 'de kleine man', van minderheden en belaagden. Doordrongen van Lincolns idealen koos hij partij voor de Spaanse republikeinen, tegen nazisme en mccarthyisme en liet hij grote twijfels blijken over de gegrondheid van zowel de Koreaanse als de Vietnamese oorlog. Ford was ook de eerste grote regisseur die de indianenstammen op een waardige manier een plaats probeerde te geven (Cheyenne autumn). Die humanistische blik is overal aanwezig, maar soms heel expliciet: Young Mr. Lincoln, The prisoner of Shark Island, The grapes of wrath, The sun shines bright zijn stuk voor stuk films die de democratische waarden verdedigen en het opnemen voor gerechtigheid en vrijheid," weet Cinematek.

N van natuur
Fords silhouetten van ruiters die in het niets verzinken naast de monumentale rotsen van Monument Valley in Utah zeggen alles wat er gezegd kan worden over de relatie tussen mens en wildernis. Hij maakt de tegenstelling tussen de oprukkende beschaving en het wilde Westen zichtbaar. Zijn visie op Amerika werd Amerika's visie op Amerika én de visie van de wereld op Amerika. Hij is voor een verpletterend groot deel verantwoordelijk voor de iconografie van het wilde Westen. Film is de taal waarmee Ford vertelt. "Eigenlijk bestaat er niet zoiets als een goed script. Scripts zijn dialogen en al dat gepraat bevalt me niet. Ik heb altijd geprobeerd om de dingen visueel over te brengen," zei Ford. Hij leerde de filmtaal spreken toen er in films nog niet gesproken werd.

F van Fort Apache
Geleerd uit The man who shot Liberty Valance: "When the legend becomes fact, print the legend."
Ford draaide te veel klassiekers om op te sommen in de jaren 1920. En in de jaren 1930. En 1940. En 1950. En 1960. Waarom dan hier Fort Apache vermelden en geen andere film? Omdat we met Fort Apache drie vliegen in één klap slaan. De film is het eerste luik van een van de knapste trilogieën ooit. De cavalerietrilogie bestaat verder uit She wore a yellow ribbon en Rio Grande en tekent een steeds wranger beeld van de verovering van het Westen. De hardleerse, racistische, ijdele kolonel Thursday (Henry Fonda) weet zich geen raad met de ongehoorzaamheid van zijn dochter en kapitein York (John Wayne) en pakt de Apache gruwelijk slecht aan. Ford die in Stagecoach nog Indianen per dozijn liet afknallen omdat ze nu eenmaal de slechten waren, erkent hun recht om zich te verweren tegen de genocide.

O van oorlog
Ford bleef niet bij de pakken zitten tijdens de Tweede Wereldoorlog. Voor de Navy bestuurde hij de Field Photo Service. Hij voorzag de militaire tactici van visuele documentatie en superviseerde de propagandareleases. Hij is nog in dienst als hij aan de opnames begint van They were expendable, een uitvoerig maar meeslepend en visueel aantrekkelijk eerbetoon aan de Navy-soldaten die zich kort na Pearl Harbor in de Stille Oceaan weerden als een duivel in een wijwatervat tegen het oppermachtige Japanse leger. De oorlogsfilm ontstond in propagandistisch vaarwater maar Ford haalt met een gezond cynisme de heroïek wat onderuit. Hij vertelde Peter Bogdanovich: "Ik misprijs happy endings met een kus op het einde. Ik heb dat nooit gedaan. Uiteraard waren ze wel eervol in de nederlaag op de Filippijnen: ze bleven vechten."

R van rechts, racistisch, reactionair
Zijn critici verweten Ford rechts, racistisch en reactionair te zijn. Dit is wat biograaf Scott Eyman ervan maakt: Ford schepte er plezier in zich voor te doen als een roughneck, maar zijn films bewijzen dat hij zacht en gevoelig was. Hij was erg verlegen en was dus dol op het maken van een film, want dat was het enige wat hem toeliet om naar buiten te komen. Hij was bang ontmaskerd te worden als een gevoelige man en kunstenaar en trok daarom een harnas aan. Hij verschool zich achter een personage dat hij kon spelen: grof, oud nog voor zijn tijd, half een tegendraadse, eigengereide Ier, half een hardvochtige New Englander en voor het volle pond een anarchistische individualist. Niemand mocht weten wie de echte John Ford was. Niets mocht geweten zijn over zijn motieven, doelen en innerlijke beweegredenen. Dat masker viel slechts af als hij dronken werd en de Ierse melancholicus in hem vrij spel kreeg.

D van drinken als een Ier
Stevig drinken, desnoods in combinatie met een stevige knokpartij, het hoort volgens Ford bij het man-zijn. Het 'ritueel' duikt op in vele films. Ford beweerde al eens dat hij geboren was in een Ierse pub. Voor een straf caféverhaal was hij nooit te beroerd. Zo zei hij dat hij het fameuze vuurgevecht aan de O.K. Corral (te zien in het weergaloze My darling Clementine) exact gereconstrueerd had terwijl hij bijna alles verzonnen had. Ford dweepte met zijn Ierse origine. Ierland is een paar keer rechtstreeks het onderwerp. In The informer is het een verpauperd land van armoede in conflict met een Britse bezetter. Zijn sympathie voor de IRA steekt hij niet onder stoelen of banken. Zijn liefde voor Ierland wordt botgevierd in het nostalgische The quiet man met John Wayne als ex-bokser die Amerika inruilt voor zijn Ierse geboortedorp en er smoor wordt op de plaatselijke schone.

Deel 1: John Ford, Ier en humanist, tot 31 oktober 2010

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Film

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni