Jan Delvaux en Bobby Ewing graaien in de Belgische popgeschiedenis

Journalist Jan Delvaux en dj Bobby Ewing vertellen in 'Belpop Bonanza' over de merkwaardigste momenten uit de vaderlandse popgeschiedenis. Volgens hen is België net als Bobbejaanland een plek met veel attracties – T.C. Matic, Triggerfinger, Technotronic –, maar zelden zo blijvend lucratief als Buitenland, zeg maar Disneyland.

Jan Delvaux is auteur van Big in Belgium en Belpop. Die term werd begin jaren 1980 bedacht door radioman Gust De Coster en geleend door Canvas voor de reeks over nationale muziekhelden.

Jimmy Dewit alias Bobby Ewing is als dj en producer een derde van Discobar Galaxie. Geen wonder dat beide heren weten dat er een link is tussen Will Tura en Daft Punk, dat 'Daydream' van Wallace Collection in Engeland aansloeg omdat de outro klonk als die van 'Hey Jude' of dat 'Come home' van Amatorski een deel was van Inne Eysermans' eindwerk.

Hoe vat je een halve eeuw weet-jes samen in 90 minuten?
Jimmy Dewit: We plukken kriskras uit de anekdotiek van de Belpop en stofferen die met klank en beeld. Wat klinkt als een saaie diashow van mijn vakantie. Dat is het dus niet.
Jan Delvaux: We hadden vrij snel een tiental nog niet uitgemolken verhalen waarvan de grote lijnen misschien gekend zijn, maar de details niet. Nu, het is geen show voor nerds. Onze regisseur Ludo Hoogmartens was de eerste maatstaf, een geïnteresseerde leek die gefascineerd bleef luisteren naar links waarvan wij dachten dat ze te ver voerden. Ludo is trouwens 'Dikke Lu' uit diesong van Clement Peerens.
Als je een gebeurtenis op een bepaalde manier in zijn tijdskader zet, krijg je iets moois. In 1963 trekt platenfirma Philips met 'Dominique' van Soeur Sourire, een Frans liedje van een slotzuster uit Waterloo die geen promo mag doen, naar Amerika. Het nummer slaat aan en raakt op 9 in de hitparade op het moment dat Kennedy wordt vermoord. De radio's passen hun muziekkeuze aan en bannen Presley's 'Bossa nova baby'. 'Dominique' wordt wel nog veel gedraaid en pats! Een week later staat het liedje op 1. Enfin, twee weken later. (Lacht) Je gaat de geschiedenis niet vervalsen maar romantiseren. We beginnen met haar en stoppen eind jaren 1990. Dan ebt de magie wat weg. dEUS is nog een spannend verhaal omdat die wel wat meegemaakt hebben.
Dewit: Jan noemt dat de wonderjaren, de knulligheid van de Belpop. Succes is toeval en blijft zelden duren. Nu heb je professionele wereldacts als Soulwax, Netsky of Selah Sue.
Delvaux: Dat is een andere dimensie. Het is nog te dichtbij, en alles staat op YouTube.

Wat was jullie eerste Belpop-plaat?
Dewit: Op mijn veertiende heb ik The Neon Judgement gekocht. Dat was een bom! En nu ben ik wild van de laatste van Goose en dat bloedmooie, simpele 'The bird watcher' van Imaginary Family. Soms heb je niks nodig: een gitaar en een cassetterecordertje zijn genoeg.
Delvaux: Ik kreeg Kris De Bruynes lp Ook voor jou... met 'Amsterdam' voor mijn elfde verjaardag. Daarna kwamen The Kids en Red Zebra. Nu is het ook weer spannend, ik voel opnieuw veel avontuur. 'Gold' van SX is een prachtsingle. Er zit van alles in, maar het klinkt tegelijkertijd heel leeg.

Jij bent 50, Jimmy is 41. Jullie leggen andere accenten voor zo'n voorstelling?
Dewit: We hebben altijd ruzie over new beat, de soundtrack van mijn jeugd. Jan noemt dat new wavers die hun ziel verkochten aan de duivel voor commercie. Zo heeft hij goeie dancetracks gemist. We hebben de sound van T.C. Matic uitgespit. Dan beland je bij Gang of Four, Can en XTC. Hij kent ál die platen en begrijpt niet dat ik megafan van LCD Soundsystem ben maar niet alles heb van Gang of Four. We hebben een ander referentiekader. Er ging een hele bibliotheek van nieuwe oude muziek open voor mij.
Delvaux: 'Laat me nu toch niet alleen' van Verminnen kent hij dan weer wel. Maar dat is vooral omdat Dan Lacksman daar synthesizer op speelt. Dat is zijn held want die zat bij Telex, de meest Belgische groep ooit. Die combinatie van talent, humor en je-m'en-foutisme is uniek.Dewit: Iedereen in de dance kent 'Moskow diskow'. Telex is het Kraftwerk van Brussel, drie geniale gasten die oprecht teleurgesteld zijn als ze met 'Eurovision' op het Songfestival in 1980 10 punten van Portugal krijgen en niet laatste eindigen.

Dat is typisch Belpop?
Delvaux: We proberen van alles en als het mislukt doen we wel iets anders. Dat toeval, dat gemors is schoon. Lou Deprijck werkt bij de RTT en maakt en passant 'Ça plane pour moi', de best verkochte punkplaat ooit! Jo Bogaert strandt met Technotronic op 2 in Duitsland na Werner Wichtigs carnavalcover 'Pump ab das Bier'. Leg dat uit aan uw vrienden! De Kluger-broers bedenken hopen scheve latindisco en verdelen tegelijkertijd ABBA's label Polar. Peter Luts bricoleert wat in zijn studio in Beringen en scoort wereldwijd met Lasgo en Ian Van Dahl. We gaan onbevangen met muziek om en hebben een grote dossierkennis.
Dewit: Er is ook het buurjongensverhaal. In dit kleine landje heeft iedereen en alles met elkaar maken. Jean-Marie Aerts en Arno ontmoeten elkaar tijdens een persvoorstelling van een single van De Kreuners. Zo ontstaat T.C. Matic.

Wat vinden jullie het pakkendste moment in de show?
Dewit: We proberen aan te tonen dat we beter allemaal in het Nederlands zouden zingen. Je legt toch altijd net iets meer in je eigen taal dan in je wat gebrekkigere Engels. De liedjes uit je jeugd die je echt raken zijn in het Nederlands. Toch?
Delvaux: Ruben Block doet schitterend 'I follow rivers' maar als je 20 seconden van zijn 'Ik mis je zo' van Tura hoort, dan smelt je. Iedereen kent 'Tim' van Wim De Craene. Maar zing eens drie lijnen van 'Suds & Soda'? Guy Garvey van Elbow is fan van dEUS en vroeg Tom Barman: "Je teksten zijn al straf in het Engels en vaak veel beter dan wat hier verschijnt, hoe goed zouden ze dan niet zijn in je moedertaal?"

Belpop Bonanza
wanneer: 19 januari 2013 om 20.00 uur
tickets: €20/22
waar: GC De Muze van Meise, Brusselsesteenweg 69, Meise, 02-268.61.74, www.demuzevanmeise.be