Expo: Van Gilgamesj tot Zenobia

Anne Brumagne
© Agenda Magazine
09/12/2007
Als opstapje naar een volledige vernieuwing van de collectie Oudheden, die tot vandaag nogal belabberd wordt gepresenteerd, toont het Jubelparkmuseum alvast zijn verzameling van het oude Nabije Oosten en Iran in een tijdelijke tentoonstelling, Van Gilgamesj tot Zenobia. "Weet u, we danken zo ontzettend veel aan het oude Nabije Oosten. Ik vind toch dat we daarop mogen hameren in deze voor de regio zo moeilijke tijden", bepleit conservator Eric Gubel.

Even het geheugen opfrissen: wie waren nu ook alweer Gilgamesj en Zenobia?
Eric Gubel: "Gilgamesj was een mythische figuur uit het verre verleden van het Tweestromenland, waar een van de oudste beschavingen van onze planeet gedurende duizenden jaren heeft gebloeid. Deze tentoonstelling gaat niet alleen over Mesopotamië maar ook over de andere beschavingen in het oude Nabije Oosten, tot Zuid-Arabië, Voor-Azië (in het huidige Turkije, ab) en Iran toe. We kwamen bij Gilgamesj uit, omdat deze figuur in zekere zin toch appelleert aan het collectieve onderbewuste. Gilgamesj staat eigenlijk symbool voor de oertijden, toen er nog geen schrift was. En tegelijkertijd is het Gilgamesj-epos het oudste literaire werk uit de wereldgeschiedenis. We gaan door tot deze beschavingen aan hun eind komen in de Romeinse periode. In Palmyra gebeurde dat op een nogal spectaculaire manier. Koningin Zenobia, de laatste autonome heerser, werd er door de Romeinen gevangen genomen. Een helemaal netjes afgebakende periode schetsen we met deze twee namen uiteraard niet, al was het maar omdat Gilgamesj een mythologische figuur was. We tonen zowel voorwerpen uit het achtste millennium voor Christus, tot zelfs kunstvoorwerpen uit Iran uit de zevende eeuw. Zenobia heeft trouwens een belangrijke rol gespeeld in de wereldliteratuur, er zijn heel wat romans over haar verschenen. Ze werd een beetje beschouwd als een Amazone."

Waarom nemen jullie zo'n lange periode onder de loep?
Gubel: "Om juist duidelijk te maken dat deze beschaving zo lang heeft bestaan, en zo lang is blijven nazinderen. Mensen zijn meer vertrouwd met Egypte, maar eigenlijk gaat het daar om een kortere periode. We willen het publiek op het belang wijzen van dit oude Nabije Oosten."

En ligt dat 'belang' vooral in het ontstaan en het verspreiden van het schrift?
Gubel (lachend): "Oei, de vraag naar het belang van het Nabije Oosten is er zo een die je als professor op een examen aan een student stelt als je zin hebt om een tijdlang weg te dommelen! Allereerst heeft men in deze regio landbouwtechnieken op punt gesteld, zodat er een overgang kon plaatsvinden van de nomadische levenswijze van vruchtenplukkers naar de sedentaire van landbouwers. In die georganiseerde landbouwgemeenschappen ontstonden overschotten waar iets mee moest worden aangevangen. Men moest een boekhouding beginnen voeren, en dat heeft geleid tot het ontstaan van een schrift. Er ontstond handel op lange afstand, onder meer met Egypte. Je krijgt ook de doorbraak van de stedelijke cultuur. Geleidelijk aan werden ook juridische handelingen vastgelegd die de rechten en plichten van burgers vastlegden.
Ook de eerste literaire teksten ontstonden. De Feniciërs zorgden er dan weer voor dat het schrift en daardoor ook de beschaving in het Westen terechtkwam, waar men op dat ogenblik nog zo ongeveer als de Flintstones rondliep! Ex oriente lux, uit het oosten komen het licht en de wijsheid, zei men. Weet u, we danken zo ontzettend veel aan het oude Nabije Oosten, ook op het vlak van geneeskunde bijvoorbeeld. Ik vind toch dat we daarop mogen hameren, zeker op een ogenblik dat de situatie in die regio, die we nu het Midden-Oosten noemen, zo verschrikkelijk slecht is. We mogen niet vergeten hoe schatplichtig we zijn, en moeten er uit culturele hoek op wijzen dat we de situatie daar niet verder mogen laten verzieken."

De situatie voor de musea in Irak is in ieder geval erg slecht.
Gubel: "In Irak zeker, daar kan op dit ogenblik eigenlijk ook geen archeologisch onderzoek worden verricht. In de Arabische landen daarentegen wordt er veel geïnvesteerd in de musea, omdat daar het besef is gegroeid dat cultuur een neutraal iets is, dat belangrijk is voor iedereen, los van filosofische overtuigingen. In de golfstaten, waar men weet dat over x-aantal jaren de olie op zal zijn, begint men nu ook zijn eigen Louvres te bouwen. Maar dat is natuurlijk een ander verhaal."

Ongetwijfeld zijn er nog heel wat elementen uit de beschavingen van het oude Nabije Oosten waar we nog geen zicht op hebben.
Gubel: "Tuurlijk. Over sommige periodes hebben we heel nauwkeurige informatie. We weten over sommige families die drieduizend jaar geleden hebben geleefd, bijna alles. Maar over andere periodes weten we bitter weinig. De hoofdstad van de Kassieten (die in het huidige Iran leefden, ab) hebben we bijvoorbeeld nooit teruggevonden. Dat is maar één voorbeeldje. Er zit nog heel wat verscholen onder het zand, en veel tabletten zijn nog niet ontcijferd."

Mag ik Van Gilgamesj tot Zenobia een tijdelijke tentoonstelling noemen?
Gubel: "U weet dat de zalen van het oude Nabije Oosten in het Jubelparkmuseum er tot voor kort bij gebrek aan subsidies heel belabberd bij lagen. De situatie was er zelfs onveilig. Dankzij de tentoonstelling over Pompeji hebben we de zaal enigszins kunnen opknappen. Nu kunnen we die gebruiken voor deze expo: ze is tijdelijk van aard, maar is wel een vingeroefening voor de opstelling in de hopelijk over zoveel jaren volledig gerenoveerde zalen in dit deel van het Jubelparkmuseum. We willen uittesten of we ons verhaal in de toekomst op deze manier kunnen brengen, ook in de afdelingen Egypte en klassieke oudheid."

En hoe pakken jullie het dan precies aan?
Gubel: "Eerst willen we uitleggen wat het oude Nabije Oosten betekent. Met landschappen bijvoorbeeld, die de bezoekers zullen leren dat er in die regio niet alleen woestijn is, maar dat er ook heel vruchtbare gebieden zijn. We beginnen de expo met de herontdekking van het oude Nabije Oosten, in eerste instantie door de Fransen, later ook door de Britten. Wij kunnen dit illustreren met enkele topstukken die door het Louvre worden uitgeleend. Daarmee willen we ook de vriendschapsbanden die er altijd zijn geweest tussen het Louvre en ons museum, benadrukken. Ook in het verleden hebben zij en de mensen van het British Museum ons stukken geschonken opdat ook het Belgische publiek met deze oudheden kon kennismaken. Zij zwommen bij wijze van spreken in het materiaal; ze kregen het gewoon niet verwerkt!"

En vormen deze Franse en Britse stukken de basis van de Jubelparkcollectie?
Gubel: "Gedeeltelijk. Maar daarnaast zijn er natuurlijk ook de schenkingen geweest van verzamelaars, waaronder de Belgische koningin Elisabeth. Zij had niet alleen belangstelling voor Einstein en Egypte, maar reisde ook door het Midden-Oosten! Aan die pioniers onder de verzamelaars willen we de bezoekers dus ook herinneren. Vervolgens willen we de zeven grote beschavingen voorstellen, met daarbij eventueel de ontdekkingen die er zijn gedaan door Belgen. Weet u, onze collectie is misschien kleinschalig, maar is altijd wel beschouwd als een zeer representatieve, zelfs wereldwijd. We hebben een fantastische verzameling van rolzegels bijvoorbeeld. We zullen in de expo ook zaken tonen die we nooit eerder konden laten zien, zoals stukken uit Zuid-Arabië. Ook willen we filmpjes tonen die de voorwerpen in een context plaatsen. Bezoekers zullen ook hun naam in spijkerschrift kunnen schrijven!"

:: > 27.4.2008, KMKG, Jubelpark 10, Brussel, 02-741.72.11, rondleidingen: 02-741.72.14, ecd@kmkg.be

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Cultuurnieuws, Expo

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni