Kommil Foo met tango-orkest drie keer in AB

Tom Peeters
© Agenda Magazine
20/01/2011
Begeleid door het Orquesta Tanguedia bereiken Raf en Mich Walschaerts alias Kommil Foo een nieuw hoogtepunt in hun carrière. “We hebben nu pas het gevoel dat wat we doen echt begint samen te vallen met wie we zijn, en dat is een bijzonder fijne vaststelling.”

"Je hebt twee soorten duo's," zegt Raf Walschaerts, de oudste van het broederpaar dat al ruim twintig jaar het Vlaamse en het Nederlandse publiek entertaint en ontroert met theatershows en liedjesprogramma's. "Duo's die werken vanuit het conflict, zoals Freek (de Jonge) en Bram (Vermeulen) destijds, en duo's die vertrekken vanuit harmonie, zoals wij."

Het straalt ook af van het podium, dat ondertussen hun tweede thuis is geworden en waarop de twee karakterkoppen elkaar naadloos aanvullen. Ook naast de scène staat Kommil Foo dezer dagen volop in de belangstelling. Zo is er een fraai vormgegeven Songbook uit bij uitgeverij Lannoo. Liedjesteksten worden er aangevuld met mooie, sobere tekeningen van Bart Silon en een live-cd waarop ze begeleid worden door het Orquesta Tanguedia. Het tango-orkest is ook op de afspraak tijdens de Kommil Foo de Luxe-tournee, waarin de broers terugblikken op die uitgebreide songcatalogus. De arrangementen van Gwen Cresens geven de sowieso al erg emotionele nummers extra spankracht. "Ze gaan nog dieper," zegt Mich, "waardoor sommige passages hilarischer worden, en andere nog meer gaan ontroeren. Ze drijven ook niet op hypes, wat de muziek een tijdloos cachet geeft."

Onze eigen ogen en oren kunnen het alleen maar beamen tijdens het concert in de schouwburg van Roosendaal, vlak over de grens in Nederland, maar ook vlak bij Essen, het dorp in de Noorderkempen waar de broers opgroeiden. Hier zagen ze in hun tienerjaren Herman van Veen, Freek de Jonge en andere grote namen uit het cabaret. Hier raakten ze geïnspireerd.

Maakt het uit of jullie in jullie achtertuin spelen?
Mich Walschaerts:
Geen enkele schouwburg ligt inderdaad dichter bij Essen dan die van Roosendaal. Maar de Essenaren, inclusief al onze vrienden, rijden liever dertig kilometer om naar Antwerpen dan de grens over te steken naar Roosendaal.
Raf Walschaerts: Dat is het gekke. We groeiden op op amper vier kilometer van de grens, maar het is altijd een echte grens geweest. Spelen in de Arenbergschouwburg, het NTG of zelfs de AB voelt daarom meer aan als een thuismatch. Het is er vertrouwder.
Mich: Anderzijds maakt het voor ons niet zoveel uit waar we spelen. We hebben na al die jaren immers een publiek bereikt dat ons overal weet te vinden. Het zijn de juiste mensen die in de zaal zitten.


Al jullie optredens zijn lang op voorhand uitverkocht. Hebben jullie die kleine Nederlandstalige markt nooit als een beperking ervaren?
Mich:
Het feit dat wij in het Nederlands kunnen schrijven, is net de reden waarom onze teksten zo goed zijn. Dat zouden we in het Engels of het Frans nooit kunnen.
Raf: We hebben er al aan gedacht om onze shows ook in het Frans op te voeren. Maar we spelen nu al zo'n 300 voorstellingen per show. Dat is genoeg. Ik denk dat popmuzikanten veel meer last hebben van zo'n taalgrens. Ons bereik is veel groter. Meestal spelen we voor 500 à 800 mensen. Dat kan oplopen tot 1.500 in pakweg de Capitole in Gent. Mondiaal gezien zijn er bovendien nergens zoveel fantastische podia en theaters als in het Nederlandse taalgebied. Zeker hier in Nederland.


Voelen jullie ook aan den lijve dat de rechtse gedoogregering hier begint te beknibbelen op cultuur?
Raf:
Wij niet meteen, maar we zien wel de paniek. Een kaartje voor de schouwburg wordt ineens 13 procent duurder. Ons publiek gaat er niet om malen om 2 of 3 euro meer te betalen, maar voor een beginnend toneelgezelschap kan dat de doodsteek zijn. Er is hier een soort minachting, ja zelfs haat ontstaan voor bepaalde artistieke uitingen en zeker voor gesubsidieerde kunst. Zo'n Wilders komt niet uit de lucht vallen.
Mich: Er is veel verzet vanuit de artistieke wereld, maar het verandert niets. Wij verkeren in de ongelooflijke luxe dat we niet afhankelijk zijn van hoeveel keer we op tv komen of in de boekskes staan. We moeten er alleen voor zorgen dat we een goeie show maken. Dat is onze enige stress.


De sterkte van die theatershows schuilt vooral in het feit dat jullie kleinmenselijke tragiek op een onnavolgbare manier draagbaar maken. Is dat vooral vakkennis, of toch mededogen, of een combinatie van beide?
Mich:
Beide, denk ik. Het is een bewuste keuze om altijd in twee lagen te werken. De onderliggende laag is emotioneel. Maar daarbovenop leggen we een laag humor. Zo'n spanningsveld werkt voor ons het beste.
Raf: Dat mededogen is ingebakken. Er zijn genoeg cabaretiers die op de kap van anderen scoren, die keihard en cynisch zijn. Niets mis mee, maar wij vertrekken altijd van het gevoel van allemaal kleine lullen onder elkaar. Losers en marginalen krijgen bij ons een gezicht. Het is ook vakkennis en metier omdat je er eerst voor moet zorgen dat het publiek sympathiseert met je personages. Pas daarna kan er iets grappigs of ontroerends gebeuren. Die opbouw hebben we met de jaren beter onder de knie gekregen. Een jaar of vijf geleden zag ik Tom Waits in Parijs. Ik ben een enorme fan, maar dat optreden viel me tegen. Hij ontroerde me niet. Ik zag een acteur op het podium staan. Dat is een wijze les geweest.

Op Wikipedia staat dat jullie de zonen zijn van een dancinguitbater en een dichteres.
Mich:
Onze vader is altijd leraar geweest en heeft vijf jaar een discotheek in Essen uitgebaat. Onze moeder is een huisvrouw die...
Raf: ... op haar zestigste haar eerste gedicht geschreven heeft. Ondertussen zit ze aan vier bundels.
Mich: Een moeder die schoon kan schrijven en een muzikale vader die graag onder de mensen komt: die combinatie zal er wel mee voor gezorgd hebben dat we dit doen.
Raf: Ouder worden heeft ons beter doen inzien waar we vandaan komen. Je gaat beseffen dat je sommige dingen, die je er niet eens zelf hebt ingestopt, nooit meer kwijtraakt. Neem nu een Johnny Rotten. Als kind moet dat toch ook al een Johnny Rotten geweest zijn. Zoiets kun je niet spelen. Tom Waits daarentegen... Ik heb nu pas het gevoel dat wat wij doen echt begint samen te vallen met wie we zijn, en dat is een bijzonder fijne vaststelling. Toen ik Freek de Jonge vroeger zag spelen, dacht ik weleens: 'Dat wil ik ook.' Maar ondertussen ben ik daar helemaal vanaf. Hoe dichter je bij jezelf kunt blijven, hoe interessanter het wordt.

wanneer: 22>24/01/2011 om 20.00
tickets: sold out!

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Brussel-Stad, Podium, Muziek

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni