© Jonathan Morgante
Review

Témé Tan: een grootstedelijke mozaïek van goede vibes

Tom Peeters
30/11/2017

Je zou de mensen die Brussel alleen kennen van de relschoppers op hun tv-scherm allemaal moeten uitnodigen op een concert van Témé Tan. De veelkleurige muzikale mozaïek van de jonge dertiger klonk ook gisteren zo aanstekelijk dat we ons geen beter uithangbord kunnen indenken van een gastvrije hoofdstad in beweging.

De Botanique was al een tijdje uitverkocht voor het eerste Brusselse zaalconcert na de release van zijn titelloze langspeeldebuut in het begin van de herfst. Nu het buiten nog kouder wordt voelt de muziek van het in Congo geboren, maar op zijn zesde naar België verhuisde talent nog gloedvoller aan. Een concert van Témé Tan — geboortenaam: Tanguy Haesevoets — is als een warme maaltijd met ingrediënten uit de hele wereld.

De mix van soul, elektropop, afrohouse en funk, waarmee hij op het podium zijn veelkleurige boodschap kruidde, deed ook nergens geforceerd aan. Precies omdat ze trouw blijft aan het verhaal dat deze meertalige Brusselaar als een hedendaags Kuifje van Kinshasa over Vlaanderen naar Sint-Gillis voerde, met tussenstops in Andalusië, waar hij tijdens zijn Erasmus-jaar muziek begon op te nemen, Zuid-Amerika, Japan en Guinée.

Voor hij het met besmettelijke afropop en congotronics opgedirkte ‘Tatou Kité’ aanvatte vroeg hij of er mensen in de zaal waren die alles zouden willen achterlaten om de wijde wereld in te trekken. Die zorgeloze ‘we kunnen de wereld aan’-attitude zit ook in zijn zacht wiegende liedjes vol goede vibes en klinkt stimulerend voor een generatie die zich niet laat tegenhouden door grenzen.

Discotheek
De souplesse, zowel vocaal als muzikaal, en de vitaliteit konden niet helemaal verhullen dat sommige tracks net iets te eenvormig zijn. De mindere nummers van zijn debuut zaten gelukkig (en slim) vooraan in de set. Als het wat begon te kabbelen, drukte de zanger-entertainer op de knop van de zwaardere beats, zodat de volle Rotonde omgetoverd werd tot een discotheek inclusief lichtshow, zoals tijdens ‘Le Ciel’ en, veel later, ‘Champion’.

Maar vooral tijdens een uitgesponnen ‘Ouvrir La Cage’ leidde het opvoeren van het volume tot een prettige chaos van beats en stemmetjes en een aanslag op je heupspieren. Het lustig meegezongen hitje ‘Améthys’ sloot naadloos aan.

Warm
Tijdens de bisnummers was de eenmansband plots uitgegroeid tot een kwartet, met voorprogramma Youri op gitaar, de Brussels-Ghanese Esinam Dogbatse op percussie en dwarsfluit, en Mag Agawa, Témé Tan’s Japanse zanglerares, op backing vocals. Ze brachten een heerlijk ‘Matiti’, de even vertederende als catchy ode aan de overleden moeder van de zanger die dit keer opgedragen werd aan zijn neven en nichten in Congo, met een dosis extra energie. Maar ze lieten vooral een toekomstvisioen zien.

Je kan immer niet eeuwig blijven teren op alleen drumpads en vooraf of ter plekke opgenomen geluidjes en loops, ook al worden ze met veel schwung gebracht. Misschien klinken we ouderwets, maar we vinden het jammer om iemand op het podium te horen verklaren dat muzikanten zich in het publiek bevinden, terwijl je ze even later op tape te horen krijgt.

Na het op een zalige rumbagroove leunende ‘Ça Va Pas La Tête?’ en de komende single ‘Menteur’ stuurde Témé Tan de fans de kille nacht in met de retorische vraag ‘Botanique, hebben jullie het warm gekregen?’.

Témé Tan, gezien in de Botanique op woensdag 29 november

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: culture, Muziek

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni