Zweet het eens uit: Dag Boutsen bloot over stedenbouw

Jean-Marie Binst
© BRUZZ
23/05/2017

Vijf weken laat journalist Jean-Marie Binst zijn gasten aan het woord vanuit de sauna. Een ruimte waarin iedereen zich letterlijk bloot geeft aan de andere. Dag Boutsen, decaan Architectuur aan de KU Leuven, geeft zich in de sauna bloot voor een gesprek over stedenbouw.

In de sauna is zwijgen geen optie meer voor Dag Boutsen, decaan Architectuur aan de KU Leuven, en docent aan Sint-Lucas Brussel en Gent. Boutsen heeft als jongeling in Stokkel de taalgentrificatie meegemaakt. “Met de metroaanleg groeiden de Franstalige instroom, het FDF en de vlucht van Vlamingen naar waar ze zich wel goed voelden,” zegt hij. “Zich goed voelen, bleek belangrijker dan de taalbarrière in de stad. Ondertussen werd Brussel een stad die opgegeven is door de grote meerderheid van de Vlamingen. Dat heeft niets te maken met een Vlaanderen dat Brussel in de steek laat, eerder met een Brussel dat zichzelf heel slecht bestuurt. De aanleg van de Nieuwstraat is een sage. De centrale lanen een Grieks drama. De aanpak kwam twintig jaar te laat, de tijd om alles tussen Beurs en Zuid te laten verkommeren. Nooit kan een beetje voetgangerszone genoeg zijn om deze buurt weer te doen opfleuren. Zo werkt het niet.”

“Ook elders zie je dat. Het gevecht tegen een Cos-winkel in de Dansaertstraat is symptomatisch. In een normale stad laat je zo één winkel toe. Hier bots je op een groepje mensen dat denkt: ‘We houden aan ons kleine sfeertje.’ Alsof één winkel dat verschil maakt. De hele buurt tot het kanaal lukt niet eens. En ook verder in de Ransfortstraat, waar mijn broers dachten dat het leuk was om rond een oude fabriek de verandering in te zetten, gaat het zo. Een voor een trekken de ooit hoopvol gestemden uit Molenbeek weer weg. Met gated community bouw je geen stadsleven.”

Rond Sint-Lucas (Schaarbeek) zou het creatieve voorbeeld getoond mogen worden, blazen we de professor toe. “Ik wou dat de Schaarbeekse burgemeester Bernard Clerfayt (Défi) zich wat meer betrokken voelde met onze architectuuropleiding,” zegt Boutsen. “Maar neen, hij is een burgemeester die niet eens contact opneemt met een grote faculteit architectuur van de KU Leuven in zijn eigen gemeente. De burgemeester van Elsene is anders wel blij met Saint-Luc op zijn grondgebied. Brussel heeft sinds dertig jaar geen enkel publiek bouwwerk de naam architectuur waard. Kijk naar Gent. Zijn nieuwe bibliotheek De Krook. Zijn mobiliteitsplan. Een vooruitstrevende burgemeester. Politici die vooruitkijken voor hun stad. De dingen aanpakken. Noem mij in Brussel een paar politici van dat kaliber. Hebt u minister-president Rudi Vervoort (PS) gehoord over de haven van Kopenhagen: ‘Eigenlijk wisten we niet dat de noordelijke landen meer voorop zijn, omdat wij als Franstaligen meer naar het zuiden kijken.’ Pardon? Dan denk ik: welke aap weet niet dat Scandinavische landen voorop staan? En anderzijds: als je met een bril naar Lyon, Zürich, Bordeaux,… kijkt, val je toch door de mand zeker met je visie en beleid.”

Wat water op de hete stenen zet Boutsens poriën nog meer open. “Het is hemeltergend hoe het Liedtsplein, Collignonplein en Rigasquare overgelaten worden aan de betoningenieurs van Beliris, zonder enige vorm van goed beleid. Als je uit een metro boven komt – zoals de nieuwe Lijn 3 en het Liedtsplein – dan is de organisatie van de ingangen het allerbelangrijkste. In Aziatische steden wordt de grond rond metro-ingangen enorm duur, omdat het een facility is om u tegen te zeggen. Daar kunnen ontwikkelaars bij betrokken worden, zodat een deel van het geld van de realisatie geïnvesteerd kan worden in diezelfde metro. Maar neen, hier niet. Wist u dat betoningenieurs hun honoraria op kubieke meters beton verdienen? Daardoor draait de metroaanleg alleen rond betonbakken en niet rond wijkherwaardering.”

Moeten de architecten niet in eigen boezem kijken om een stad aantrekkelijk te maken, tergen we. “Met veel docenten-stedenbouwkundigen hebben we hard nagedacht en voorstellen gedaan over alle problemen van metrolijn 3. Conclusie: er is geen participatie, geen betrokkenheid met de Bouwmeester, geen architectuurwedstrijden,… dit lijkt wel de jaren 1980. Het stedenbouwkundig beleid is een zootje. Gelukkig is het nog niet te laat voor Lijn 3, minister Reynders (MR) kan nog bijsturen.”

Studenten- en hoerenbuurt
Hoe omarmt de stad de studentenpopulatie? “Brussel is met 80.000 studenten de grootste studentenstad van het land. Burgemeester Clerfayt vroeg een studiebureau om voor een intergemeentelijk wijkcontract tussen Schaarbeek en Sint-Joost-ten-Node in een paar weken een plannetje te bedenken. Het voorstel werd een ‘studentenas’ van de Sint-Mariakerk tot het Liedtsplein. Daar zouden activiteiten ontwikkeld kunnen worden voor jongeren. Sint-Lucas neemt het voortouw, met een studentencafé.”

“Maar als we de burgemeester vragen wat hij met de Aarschotstraat zal doen, waar de ouders van de nieuwe studenten die aan het station afstappen beschaamd over zijn, dan geeft hij mee dat hij die raamprostitutie niet kan wegtoveren, omdat het vennootschappen zijn. Die kanker van dertig jaar valt met geen paar onteigeningen te regelen. Met de Brabantstraat, waar de handel op zondag open mag, en elders in het land niet, is het net zo erg. Verplicht iedereen eenzelfde oranje zonnewering te gebruiken aan de winkels, en het wordt al een heel ander sfeertje. Zelfs een model waar men misschien naar komt kijken.”

“Ik blijf op de herbestemming van de Sint-Mariakerk hameren. Waarom daar geen films organiseren voor studenten of wat dan ook? Ach, er beweegt amper iets. Als alle academici, alle grote bedrijfsleiders, alle intellectuelen en alle belangrijke politici beweren dat de negentien gemeenten in Brussel contraproductief zijn, wie zijn die Franstaligen in die gemeenten dan, die deze baronieën in stand willen houden? Hetzelfde voor het vasthouden aan de auto. In Amsterdam heeft 75 procent van de stedelingen geen eigen auto.”

En transpireert hij nooit over het feit dat er geen studenten uit eigen buurt architectuur studeren? “Zij geraken niet in en door het hoger onderwijs. Als je in een stad leeft waar geen meerderheden zijn, zeker geen blanke autochtone, dan moet iedereen – ook wij – leren integreren, om opbouwend te denken. Met wie ik vandaag zie, ook al spreekt die Nederlands, zal het niet lukken. Hopelijk duurt het geen twee generaties meer. Bovendien zitten we met een grote Franstalige bevolking, van Elsene, Ukkel en de Woluwes, die met haar wereldbeeld nooit de toekomst zal bekijken. Franstaligen blijven traditioneel les demandeurs de rien. 22 maart was dé kans om een kantelmoment in te zetten voor een nieuwe structuur in Brussel. Geen enkele Franstalige heeft die gelegenheid gegrepen, niet in de politiediensten, het taxibeleid, de prostitutie, de tewerkstelling of het Franstalige onderwijs. Het blijven des pauvres demandeurs de rien. Zij zijn het failliet van onze toekomst. Niets, hoegenaamd niets willen ze veranderen aan Brussel.”

De 'hete' momentopnames vonden plaats in de saunatruck Firefit, een sociaal kunstwerk van Dida Zende, die speciaal voor honderd jaar onafhankelijkheid van Finland naar Brussel is overgebracht.

BRUZZ-'Zweet het eens uit' staat in het teken van 'Sweating for Europe', een sociaal project van het Fins Cultureel Instituut voor de Benelux, in samenwerking met het Goethe-Institut Brüssel, Alliance Française de Bruxelles-Europe met steun van EUNIC-Brussel, Bozar, e.a.

Zweet het eens uit

Vijf weken lang laat journalist Jean-Marie Binst zijn gasten op vrijdag aan het woord vanuit de sauna. Een ruimte waarin iedereen zich letterlijk bloot geeft aan de andere. Met de kleren aan de haak zijn taboes geen optie meer. De vrije debatcultuur bij uitstek, zoals de Finnen het ooit bedachten.  Zijn gasten? Kris Cuppens, Isabelle Maistriaux, Dag Boutsen, Jacques De Ridder (02/06) en Els Ampe (09/06). (foto: © Dida Zende)

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Samenleving, Zweet het eens uit

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni