Vice-directeur Finance&Invest gaat Agent Orange bestrijden in Vietnam

Franc Bogovic is zopas gestopt als vice-directeur van Finance&Invest Brussels. Hij trekt richting Verre Oosten met zijn nieuwe impactfonds Aquitara, dat de sanering van de met Agent Orange vervuilde bodem in Vietnam mogelijk moet maken.

Bogovic (38) was ruim vijf jaar vice-directeur van Finance&Invest Brussels, de vroegere Gewestelijke Investeringsmaatschappij voor Brussel. Samen met directeur Pierre Hermant loodste hij het investeringsvehikel door een stevig, maar noodzakelijk veranderingsproces. Nu hij vertrekt, moet de organisatie op zoek naar een Nederlandstalige vervanger.

Bogovic wordt opnieuw ondernemer. De handelsingenieur, die eerder een autobedrijf had in Vietnam, is al jaren begaan met de verwoestende gevolgen van de besproeiingen met Agent Orange door het Amerikaanse leger tijdens de Vietnamoorlog. De Amerikanen loosden het giftige ontbladeringsmiddel zodat de tegenstanders zich niet langer konden verschuilen in de bossen en struiken.

Maar het gif drong diep in de bodem en het water, en zit er op heel wat plekken nog altijd. “Er is nog minstens honderdduizend hectare grond verontreinigd,” zegt Bogovic. “Sommigen spreken zelfs van een miljoen hectare.” Het leidde in de loop der jaren tot miljoenen slachtoffers. Ook vandaag zijn er nog zo'n 800.000 Vietnamezen met misvormingen of kanker ten gevolge van de dioxines.

Eigen technologie

Bogovic kwam in contact met Jan Haemers, die met zijn in Heembeek gevestigde kmo Haemers Technologies overal ter wereld vervuilde gronden saneerde en daarvoor een eigen technologie had ontwikkeld. In plaats van de vervuilde grond af te graven, warmt hij de grond op tot de verontreiniging verdampt, waarna het giftige gas weggezogen en verbrand wordt.

Haemers had interesse om mee te helpen aan de opruiming van Agent Orange in de Vietnamese bodem. “Met de steun van Finance&Invest kon hij zijn technologie op punt stellen,” zegt Bogovic. Het bedrijf mocht van de Vietnamese overheid een test doen bij een vervuilde luchtbasis. Dat was een succes.

Alleen bleek de verdere financiering geen evidentie. Zelf wil Vietnam uit principe niet betalen voor de sanering omdat het slachtoffer is. De afgelopen decennia verliep de financiering dan ook meestal via het Amerikaanse USAID, maar dat agentschap werkt bij voorkeur samen met Amerikaanse bedrijven. Bovendien werden alle USAID-projecten op last van president Trump onlangs bevroren.

Daarom besloot Bogovic om het impactfonds Aquitara op te richten. Hij deed dat samen met Elisabeth Leysen, een jonge Brusselse met Vietnamese roots, en met een Vietnamese partner. De fundraising startte begin dit jaar. Enkele internationale financiële instellingen en Belgische families bleken bereid om te investeren. “We hebben al zestig van de beoogde honderd miljoen euro aan kapitaal gevonden.”

Het is nu volgens Bogovic alleen wachten op het finale akkoord van de Vietnamese overheid, die moet instemmen met het voorgestelde financiële model. “In ruil voor de sanering zouden we grondrechten krijgen, niet op de plaats waar gesaneerd wordt, maar in een economisch interessante zone. Die grond willen we ontwikkelen tot eco-industrieparken. De opbrengst hiervan is de return voor de investeerders.”

Buurtwinkeltjes

Omdat Aquitara ook iets wil doen voor de slachtoffers zelf besloot het fonds om buurtwinkeltjes in te richten die geschonken worden aan families met slachtoffers. “We hebben er zes weken geleden drie geopend. De bedoeling is om 130 tot 150 winkeltjes te openen, verspreid over het land.”

Bogovic werkt momenteel nog aan het Aquitaraproject vanuit Brussel. Hij zal over enkele maanden naar Singapore verhuizen met zijn gezin om het fonds van daaruit te beheren.

Hij was in Brussel lang actief voor Open VLD en zat vanaf 2018 ook enkele maanden in het Vlaams Parlement. Bij de verkiezingen van vorig jaar was hij nog lijstduwer voor het Vlaamse Parlement. “Het politieke hoofdstuk is voorlopig afgesloten”, zegt hij. “Aquitara is een niet-politiek fonds.”