Ken Lambeets
Column

Estafette: roeien tussen Namen en Brussel

Ken Lambeets
© BRUZZ
28/09/2016

Iemand al gehoord van de zeven wonderen van België? Geen zorgen, ik kende ze tot voor kort ook niet, tot een vriend ze plots allemaal wou bezoeken, gespreid over een periode van twee jaar.

De zeven wonderen van België zijn een product van de jaren 1970 met als voornaamste doel een deel van het Belgische kunstpatrimonium voor het voetlicht te brengen.

De communautaire evenwichten werden daarbij niet uit het oog verloren. Drie schatten bevinden zich in Vlaanderen, drie in Wallonië en eentje - De val van Icarus - in het Brusselse Koninklijk Museum voor Schone Kunsten.

Onze queeste begon met een bezoek aan een twaalfde-eeuwse kuipvormige doopvont in de Luikse Sint-Bartholomeuskerk. Enkele weken terug, op de Waalse Open Monumentendag, was het de beurt aan de kerkschat van Oignies in Namen. In een donkere ruimte in het Musée Provincial des Arts Anciens bevinden zich enkele rijk gedecoreerde reliekhouders uit de dertiende eeuw in verlichte glazen kasten. Ze werden vervaardigd door een zekere broeder-edelsmid Hugo d’Oignies en dienen om botjes of andere lichaamsdelen van heiligen in te bewaren. Ça vaut le détour.

De wondere uitstapjes lenen zich tot een bezoek aan de steden waarin ze zich bevinden - wellicht hadden ze dat in de jaren 1970 ook al bedacht. Na een wandeling door de gezellige, autovrije binnenstad van Namen klimmen we naar de Citadel voor een mooi zicht op de stad. Om van de klim te bekomen doet de Blanche de Namur wonderen.

Het hoogtepunt van de dag is zonder twijfel het museum van Félicien Rops. Rops is erg vaardig in het maken van satirische spotprenten en ook zijn pornografische tekeningen en schilderijen spreken tot de verbeelding.

Op achttienjarige leeftijd verkast Rops naar Brussel, waar hij aan de ULB studeert. Hij maakt er kennis met Charles De Coster, de latere auteur van De legende van Uilenspiegel, waarvoor Rops illustraties zal maken.

Rops zal later ook deel uitmaken van de Brusselse kunstenaarsgroeperingen Société Libre des Beaux-Arts en Les XX. Wie daarover meer wil weten, verwijs ik graag door naar het Brusselse fin-de-sièclemuseum, waar ook enkele werken van Rops zelf hangen.
Tijdens zijn Parijse periode is Rops een van de best betaalde kunstenaars ter wereld. Dat komt goed uit, want de man heeft een gat in zijn hand. Dat is nodig om al zijn vrouwen te onderhouden en zijn reizen naar Hongarije, Scandinavië, Monaco en andere plekken te financieren. Daaruit spruiten gelukkig weer nieuwe schilderijen voort: prachtige landschappen, want weinig kunstenaars zijn zo veelzijdig als Rops.

Maar trek vooral zelf eens naar Namen en naar het museum: ik moet het in deze kolommen over sport hebben.

Als liefhebber van de watersport is Rops in 1862 betrokken bij de stichting van de Cercle Nautique de Sambre et Meuse, de twee stromen die Namen al eeuwen van voorspoed voorzien. Onder aanvoering van Rops, de eerste voorzitter, mag de club zich vanaf 1865 ‘société royale’ noemen.

Rops zit niet enkel in de bestuurskamer. Hij begeeft zich ook graag op het water, getuigen enkele foto’s met zijn roeimakkers in het museum. Te oordelen aan de mannen met hun mooie kostuums en hoge hoeden en de vrouwen in lange jurken, betreft het een eerder aristocratisch gezelschap.

Het oprichten van roeiclubs heeft Rops in de vingers. In Brussel is hij in 1865 betrokken bij de stichting van Sport Nautique de Bruxelles. En ook daar gaat het er koninklijk aan toe, want het duurt niet lang of de Brusselse club krijgt de vraag om regatta’s te organiseren op de vijvers van het Paleis van Laken. De wedstrijden staan enkel open voor leden van koninklijke families, maar als dank voor bewezen diensten krijgen de Brusselaars het epitheton ‘Royal’. Daarbij verbleekt de rest van de naam blijkbaar in het niets, want 151 jaar later spreekt iedereen over ‘le Royal’.

Wanneer ik langs de Vilvoordsesteenweg richting Mechelen koers en ik rechts van mij roeiers ontwaar, moet ik voortaan altijd aan Félicien Rops en zijn schilderijen denken. En dat allemaal dankzij de zeven wonderen van België.

Estafette

In Estafette schrijven BRUZZ-journalisten Filip Van Der Elst, Bram Van de Velde en Ken Lambeets om beurten over sporten in Brussel.    

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Column, Estafette

Lees ook

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni