Robert Heinecken: de valse verleiding van de sexy polaroids

Tom Peeters
© Agenda Magazine
14/05/2014

De Amerikaanse conceptuele kunstenaar Robert Heinecken werd eind de jaren 1970 uitgescholden voor seksist terwijl hij eigenlijk de hypocrisie achter de suggestieve pose van het fotomodel uit de postordercatalogus wilde doorprikken. Nu is zijn recyclagekunst aan een revival toe. Dat bewijst een retrospectieve in het MoMA en een expo met polaroids in Wiels.

Robert Heinecken (1931-2006) is bij het grote publiek onbekend, en dat merk je ook bij Wiels. Zijn polaroidkunst zit er op de eerste etage weggestopt achter de expo van Allen Ruppersberg, een gouwgenoot van Heinecken uit Los Angeles die al bij al slechts een dikke tien jaar jonger is, zo vertelt Devrim Bayar, de curator van beide tentoonstellingen.

“Maar ook hij had nog nooit van hem gehoord! Een van de belangrijkste redenen waarom hij zelfs het kunstenaarswereldje niet bereikte is dat hij zich als stichter en leraar van het departement fotografie van de UCLA-universiteit in Los Angeles vooral met fotografie bezig hield. Pas veel later is men verbanden gaan leggen tussen zijn werk en het bredere veld van de hedendaagse kunsten.”

Retrospective
De grote retrospectieve die momenteel loopt in het Museum of Modern Art (MoMA) in New York is een illustratie van die inhaalbeweging. “Met deze expo, zeer specifiek gericht op Heineckens werk met de Polaroid SX-70 leggen we de link met andere kunstenaars die behoren tot ‘The Pictures Generation’, zoals Richard Prince. De tijdsgeest was ernaar om beelden die al verspreid waren door de massamedia opnieuw te gebruiken.”

Heinecken beschouwde zich als een ‘parafotograaf’ omdat hij haast nooit zelf een fototoestel ter hand nam. Hij deed het eigenlijk alleen in het begin van zijn carrière, toen hij via zijn tweede vrouw, Joyce Neimanas, de Polaroid SX-70 leerde kennen. “Noem het gerust de voorloper van de iPhone,” zegt Bayar. “Het was de eerste camera waarmee je in alle intimiteit kon fotograferen wat je wou. Niet alleen het grote publiek was er wild van, maar ook veel kunstenaars, zoals Andy Warhol. In eerste instantie gebruikte hij het toestel ook om intieme zaken vast te leggen: hij maakte ongegeneerd foto’s van zijn vrouw, van haar voeten, maar ook van haar tepels en van zijn eigen geslachtsorgaan. De SX-70 werd niet voor niets ‘bedroom camera’ genoemd.”

Maar ook zijn vroegste polaroidfotografie, die de expo opent, is niet louter autobiografisch. Onder of naast de beelden staat telkens een stukje tekst, een populair format schatplichtig aan de toen opkomende Narrative Art-beweging. In dit geval betreft het een handgeschreven dialoog tussen man en vrouw, waarin de machtsverhoudingen tussen beide seksen vaak in schampere bewoordingen op scherp worden gesteld. “Later, in het fotoboek He/She (1980), zal hij die persoonlijke foto’s vervangen door beelden van stereotiepe koppels die hij in magazines vindt en opnieuw fotografeert met zijn SX-70, die er een realistisch cachet aan geeft, ook al is er niets instant of spontaan aan.”

Paradepaardje
Zo zijn we bij de Lessons in Posing Subjects beland, het paradepaardje van de expo. De reeks, waarvan er tien gemaakt zijn maar nog slechts twee volledig, is hier integraal te zien. “Door knipsels uit modemagazines opnieuw te fotograferen met een SX-70 worden de beelden afgevlakt, maar de aantrekkingskracht van de originele publiciteit blijft behouden. Het doel van die beelden was verleiden, en dat blijven ze doen. Ik merk het wanneer ik flyers van de expo verspreid. Men voelt zich direct aangesproken tot de esthetiek.” En dat terwijl alles aan de beelden artificieel is: de manier waarop de mannequins poseren, de decorstukken, de kadrage. Op die manier worden ze een bijtende kritiek op de leugenachtige massamedia. De fictieve tekst bij deze ‘valse lessen’ voegt extra satire toe. “Heinecken maakt er soms een spelletje van. Eén keer laat hij de kijker zelfs raden welke glimlach bij welk model hoort.”

Hoewel een duidelijke kritiek op de voorstelling van het vrouwelijke lichaam in de massamedia, wordt zijn werk ook zwaar bekritiseert. “Op het einde van de jaren 1970 beschuldigen een aantal vrouwelijke kunstenaars hem van misogynie,” zegt Bayar, die het een van de redenen noemt waarom men het toen niet heeft willen tentoonstellen. “Ik heb me laten vertellen dat Heinecken ook een echte womanizer was. Dat zal ook wel meegespeeld hebben.”

Nu tovert het guerillawerk waarmee de kunstenaar zich destijds bezighield veeleer een glimlach op het gezicht. “Af en toe kocht hij een pak magazines waarmee hij aan de slag ging. De naakte dames van Penthouse kwamen zo in Time en Life terecht, waarop hij de bladen ging terugleggen in de dagbladwinkel.” Het uitgeknipte naakte vrouwelijke geslacht kwam dan meestal terecht op het slipje dat de modellen op de reclamefoto nog wel aanhadden, maar waarvan ze door hun suggestieve pose insinueerden dat het er niet was. In dit decontextualiseren was Heinecken een meester. Hij wilde er de hypocrisie van de massamedia mee doorprikken. Door het zo ‘in your face’ te doen dwarsboomde hij misschien zijn eigen carrière, maar anderzijds houdt het hem vandaag relevant.

“Zelfs als zien onze kleren en mannequins er vandaag helemaal anders uit, de suggestieve poses die vrouwen aannemen in de reclame zijn uiteindelijk weinig veranderd,” besluit Bayar. “Vandaag zet iedereen zijn foto’s misschien meteen op Instagram of Facebook, maar het blijf gemedieerd, en dus blijft de vraag: wat is echt en wat vals? Dat is de centrale vraag in Heineckens oeuvre. Tijdens de eerste les van het academiejaar bracht hij altijd enkele plastieken voorwerpen mee. Op de vraag wat ze voorstelden antwoordden zijn studenten dan bv. ‘een ei op een schaal’, waarna hij zei: ‘Wat je ziet is niet wat je ziet.’”

data: 16/5 > 17/8, wo > zo: 11 > 18.00

tickets: €8

waar: Wiels, Vorst

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Expo

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni