Gouden jaren van de Italiaanse cinema - de vergeten maestro's

Niels Ruëll
© Brussel Deze Week
12/08/2010
De Italiaanse film heeft een traditie om mee te pronken. Zelfs als je Antonioni, Fellini, Visconti, Rossellini, De Sica, Bertolucci én Pasolini buiten beschouwing laat. Cinematek, Flagey en Écran Total zijn gaan snuffelen in de schatkelders van de Italiaanse cinema. Agenda diept er zes vergeten meesters uit op.

DINO RISI (1916-2008) was samen met Pietro Germi dé maestro van de Italiaanse komedie. Hij draaide tientallen lichtvoetige én bijtende sociale satires. Zijn fetisjacteur Vittorio Gassman speelt in Profumo di donna (1974) een man die met zijn blindheid worstelt. De Amerikaanse remake leverde Al Pacino eindelijk een Oscar op. Risi hield aan de remake een Oscar-nominatie als scenarist over. Een van zijn beste films is Il sorpasso (1962) (Écran Total) met Gassman als luidruchtige, zelfzuchtige, maar onweerstaanbare levensgenieter die student Roberto (Jean- Louis Trintignant) meeneemt op een dolle
autorit door Toscane.

ELIO PETRI
(1929-1982) was een van de meest politiek geëngageerde Italiaanse cineasten. Een scherpe analyse maken van de pijnpunten van de samenleving vond hij belangrijker dan de esthetiek van een film. Met La classe operaia va in paradiso (Cinematek) won hij in 1972 de Gouden Palm. In deze cynische satire op de sociale strijd verliest werkpaard Lulù Massa tijdens een arbeidsongeval een vingerkoot. Met een staking willen de arbeiders de gebrekkige veiligheidsmaatregelen aanklagen. Massa werpt zich op als radicale vakbondsman en wordt ontslagen. Modern times?

ETTORE SCOLA
(1931) maakte als scenarist, regisseur en producent de hoogdagen mee van de Cinecittà, de befaamde filmstad in Rome. Een meesterwerk is Una giornata particolare (1997) met een onvergetelijke Sophia Loren als onderdrukte huisvrouw die even stopt met dromen van Mussolini wanneer het klikt met een verdrukte homo, gespeeld door Marcello Mastroianni. Maar ook zijn twee andere films in Cinematek zijn klassiekers. Het aan De Sica opgedragen C'eravamo tanto amati (1974) is een tragikomische maar scherpe schets van het moderne Italië van de jaren 1970. Drie bevriende verzetshelden blijken wel erg ver verwijderd te zijn van hun idealen van weleer. Brutti, sporchi e cattivi (1976) is een felle aanklacht tegen de ellendige levensomstandigheden in de achterbuurten van Rome.

GILLO PONTECORVO
(1919-2006) vertelde in Kapò (1959) over een joods meisje dat heel erg ver moet gaan om de concentratiekampen te overleven, en regisseerde Marlon Brando in het antikolonialistische Queimada (1971), maar hij zal toch vooral herinnerd worden om La battaglia di Algeri (1966). Dit verbijsterende docudrama plaatst de kijker midden in de eerste jaren (1956 en '57) van de bloederige, wanhopige strijd van de Algerijnen tegen de Franse kolonisator. Frankrijk verbood en negeerde de film jarenlang maar moet vaststellen dat hij nog niet aan relevantie heeft ingeboet.

De broers PAOLO (1931) en VITTORIO TAVIANI (1929) stonden al voor de camera voor er sprake was van de broers Coen, Wachowski of Dardenne. Ze zijn vooral geliefd voor hun fijnzinnige sprookjes en hun tableaus van de mooiste Italiaanse landschappen. Cinematek vertoont Allonsanfan (1974) met Mastroianni als laffe aristocraat die zich in het Italië van 1816 laat overtuigen om zijn revolutionaire engagement opnieuw op te nemen. Padre padrone (1977) is het verhaal van een jonge schaapherder die zich moet bevrijden van het juk van zijn vader. Beelden van een Sardinië dat nog niet door de moderniteit getroffen is, hielpen de film in 1977 aan de Gouden Palm.

:: ITALIA '58-'77, > 31/8 • cinematek Baron Hortastraat 9, Brussel 02-551.19.19, www.cinematek.be & Cyclus/Cycle Tonino Guerra: flagey Heilig Kruisplein, Elsene, www.flagey.be

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Cultuurnieuws

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni