La photographie, n'est pas l'art in het Museum van Elsene
Wie een beetje van fotografie houdt, kent wellicht de klassiekers: Man Ray, Weegee, Robert Frank, Nan Goldin of Candida Höfer. Grote namen uit de geschiedenis van de fotografie die allemaal de adembenemende collectie van Sylvio Perlstein bevolken. Het is ronduit indrukwekkend wat de kunstverzamelaar doorheen de jaren bijeen heeft gesprokkeld. Hij laat zich daarbij niet leiden door trends, technieken of stromingen. Bij zijn aankopen staat wat hem intrigeert voorop.
De in Brazilië geboren Perlstein emigreert in 1930 met zijn familie naar België. Ze vestigen zich in Antwerpen, waar hij in de voetsporen van zijn vader en grootvader treedt. Op zijn beurt wordt hij een succesvol juwelier-diamantair. In ieder geval succesvol genoeg om vanaf 1950 een mooie kunstcollectie uit te bouwen. De duizend werken tellende verzameling bevat naast foto's ook tekeningen, schilderijen, installaties en video's.
Het museum van Elsene wil zijn licht laten schijnen op het fotoluik van de collectie en kiest voor de titel La photographie n'est pas l'art, een eerbetoon aan dadaïst en surrealist Man Ray, een goede vriend van Perlstein. De boutade van Man Ray is meer ironische knipoog dan waarheid. Nu is het maar normaal dat de fotografie haar weg vindt naar galerieën en musea, maar nog niet zo lang geleden was dat anders. De fotografie heeft moeten vechten voor haar plaatsje binnen de schone kunsten.
Venster op de wereld
Twee curatoren, Régis Durand en David Rosenberg, grasduinden in de intuïtieve aankopen van Perlstein en organiseerden de foto's tot een verteerbaar geheel. En dat is maar goed ook. De drijfveren van een verzamelaar doorgronden is niet altijd gemakkelijk. Een kunstaankoop is een persoonlijke keuze. Gemakshalve wordt de tentoonstelling opgedeeld in zes thema's: ruimtes, lichamen, scènes, brieven en woorden, objecten en, tot slot, maskers en gezichten. Perlstein is gefascineerd door de fotografie van het interbellum (de periode van het dadaïsme en surrealisme), de jaren 1960 en hedendaagse fotografie.
In elke categorie komen de drie periodes terug. In de afdeling 'ruimten' flaneer je langs foto's die een venster willen zijn op de wereld. Charles Marville gunt ons een blik op het Parijs van 1860, afgedrukt op albuminepapier in alle schakeringen van bruin. Naast hem hangt Paul Strand, die even trouw blijft aan de werkelijkheid. Andere fotografen buigen de werkelijkheid om en hanteren de camera om hun eigen ideeën te verbeelden: de watertorens van Bernd en Hilla Becher, de uitgepuurde compositie van Candida Höfers Biblioteca, de sequenties van conceptueel kunstenaar Jan Dibbets en de vier aan elkaar genaaide afdrukken van de Twin Towers, een werk van Andy Warhol.
Extatische nonnen
Het thema 'lichamen' toont het obligate naakt: een onscherp bedtafereeltje genaamd L'araignée d'amour van Henri Cartier-Bresson, het gesolariseerde lichaam van Raoul Ubac, het vervormde lichaam van André Kertész. Een reeksje foto's van schaamhaar, vrouwelijke torso's en etalagepoppen: lichamen in allerlei vormen en maten. Veel ervan zijn van Man Ray, met wie Perlstein in de jaren 1960 kennismaakte. Ze bleven vrienden tot aan Man Rays dood in 1976.
In de collectie zitten een vijftigtal werken van zijn hand. Beroemde foto's als Violon d'Ingres en La Marquise Casati zijn privébezit. Hedendaagse fotografie vind je in alle categorieën, in kleur en vele malen groter afgedrukt dan foto's uit het interbellum of de jaren 1960. Een naakt in de supermarkt van Delphine Kreuter hangt er langs Nan Goldins Misty at home.
Spencer Tunick, enkele jaren geleden nog te gast in Brugge, hangt hier met een foto van een naakthappening in New York. De Braziliaan Vik Muniz gebruikt eenvoudige huishoudproducten als suiker, siroop en chocolade om beelden te creëren gebaseerd op iconen uit de schilderkunst, die hij dan fotografeert.
Het Museum van Elsene toont zijn De oorsprong van de wereld naar Courbet. Als sluitstuk zie je een provocerende foto van Andres Serrano. Er is geen ontsnappen aan de extatische, masturberende non (zonder schaamhaar).
'Scènes' probeert herinneringen levend te houden, met taferelen van onder anderen Bill Brandt, Weegee en Nan Goldin. Haar foto's van aidspatiënten, transseksuelen en prostituees in New York hebben zeker bijgedragen tot de emancipatie van de fotografie. Robert Frank fotografeert dan weer de benen van een vrouw met die van een urinerend paard op de achtergrond.
Postkaarten
'Brieven en woorden' toont ons een glimp op de al even uitgebreide collectie hedendaagse kunst. On Kawara stuurde, van 1975 tot 1976, 53 postkaarten naar Perlsteins adres in de Pelikaanstraat in Antwerpen. Op elke kaart laat hij weten op welk moment van de dag hij is opgestaan. Een fijne reeks en een mooie illustratie van zijn oprechte vriendschap met kunstenaars wier werk hij aankoopt.
Fotogrammen en De mosselpot van Marcel Broodthaers zijn ondergebracht in het thema 'objecten'. Ook bij 'maskers en gezichten' vinden we werk terug van Man Ray (zelfportret) en Vik Muniz (Double Mona Lisa en Marilyn).
Sylvio Perlstein schuimt geen kunstbeurzen af op zoek naar topwerken die het goed doen als investering. Veel aankopen zijn ingegeven door persoonlijke vriendschappen. Met Man Ray of Marcel Broodthaers dronk hij wel eens een glas. Van de astronomische bedragen die er nu soms worden neergeteld voor een kunstwerk was er toen nog geen sprake. En dat is maar goed ook.
De collectie had er heel anders uitgezien. Van de 200 originele afdrukken waren er misschien nog maar twintig overgebleven. Denk vooral aan de vette knipoog van Man Ray wanneer u de titel La photographie n'est pas l'art leest. Deze indrukwekkende tentoonstelling is absoluut een ommetje naar Elsene waard.
:: La Photographie, n'est pas l'art
wanneer: > 10 januari 2010 - dinsdag > zondag van 11.30 > 17.00 uur
waar: Museum van Elsene, Jean Van Volsemstraat 71, Elsene - 02-515.64.21, museum@elsene.be
tickets: 5/7 euro
Lees meer over: Elsene , Cultuurnieuws
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.