Laptopia: Bruparck, the village

Michaël Bellon
© Brussel Deze Week
06/01/2016

Elke week scant Michaël Bellon met zijn laptop een plek in Brussel die tot de verbeelding spreekt, en geeft hij aan wat er eventueel nog aan kan verbeteren. Deze week strijkt hij neer in Bruparck, the village.

Je moet er naartoe gaan op een grijze dag, wanneer er zo weinig mogelijk volk is, feeëriek bedoelde lichtjes niets kunnen verdoezelen, en de onpeilbare tristesse van het nepdorp gewoon keihard op de koude straatstenen valt. Dan is het medelijden met de vaste bewoners en gefopte bezoekers ook het grootst. Vluchtelingen uit The Village van Bruparck zouden zelfs van brute blondjes als Marine Le Pen, Donald Trump of Geert Wilders asiel krijgen.

The Village legt de verbinding tussen Kinepolis, Océade en Mini-Europa, maar wil zelf niets minder zijn dan de wereld in miniatuur. Het verwijst op een vage manier naar Expo 58, waarvan de achtergelaten nationale culinaire clichés bijeengeveegd werden achter tourist trap-geveltjes, versierd met namen van Belgische bieren als Loburg, Leffe, Lindemans of St.-Louis - allemaal met de L van lallen en van ladderzat. Uitstapjes naar Azië of Zuid-Amerika behoren tot de mogelijkheden, maar voordat een danstent met de naam Show Brazil u doet dromen: gevoelsmatig is Brazilië is hier nog verder weg dan uitgedrukt in lopende kilometers. Een beetje verderop staat trouwens een wegwijzer die suggereert dat The Village het middelpunt van de aarde, en vluchten een hachelijke onderneming is. Stockholm ligt volgens die wegwijzer op 1.281 kilometer, maar al na twee meter in die richting wordt u de weg versperd door een slagboom en verbodsbord. En de weg naar Rome leidt door Mini-Europa, waar u tijdens uw doortocht al meteen van eenzaamheid dreigt om te komen.

Eten vinden is dan weer geen probleem. Pasta, tajine of tex mex – in The Village maken ze er een potje van dat het treurige kader moet doen vergeten. Het uitzicht van Los Tacos wordt net boven de benedengrens getild door de huifkarren en de pick-uptruck die er tot het meubilair zijn gaan behoren, en de manshoge plastic cactussen die er voor de deur in het beton verankerd zitten.

Ook de naburige tent Toon’s Land is aan de Vlaamse neo-stijl kunnen ontsnappen. De cocktailbar heeft de vorm van een ontspoorde treinwagon en ademt de sfeer van een uitgemoord spaghettiwesterndorp in een in onbruik geraakte filmstudio. Op de kaart is het een onaangenaam weerzien met weeë namen als Pisang, Batida, Safari en Passoa. Misschien is het dat wat The Village zo zielig maakt: de menselijke hang naar een nabije en betaalbare reproductie van het paradijs wordt er op catastrofale wijze gefnuikt door slechte smaak. Kijk voor de ingang van Océade ook maar eens naar de nature morte in verschoten kunststof die een wuivende kokospalm, een omgeslagen sloep en een paar lege wijnvaten evoceert: Pirates of the Carribean in papier maché.

Verderop in burgerrestaurant Quick lijken zich een paar mensen verzameld te hebben rond de toog, zoals de stamgasten in een café dat nooit door buitenstaanders wordt bezocht. Dit moet het kalmste fastfoodrestaurant ter wereld zijn, wat op zich wel een verkoopsargument is. Het lege terras biedt ook een aardig uitzicht op een treurwilg en heel veel vuilbakken.

Als Brusselaars mogen we dan weer trots zijn dat brasserie Brussel’air, van alle etablissementen die de moed erin houden en open zijn, duidelijk het meest te doen heeft. De frieten met steak en Chimay vinden er gretig aftrek, en klanten die de Italo-Belgische beginselen zijn toegedaan kunnen ook een bord mosselen met spaghetti krijgen. Een soort Zeeuwse pasta alle vongole dus. Noedels met noordzeeschelpen. Op de uitvergrote foto’s gaan de vette maaltijden er overigens niet beter uitzien. Het is zelfs twijfelachtig of ze voor, of een tijdje na de consumptie werden gefotografeerd.

Omdat ik ook wat wil participeren, bestel ik in eethuis De Gouden Boom een Coca-Cola Zero – mijn vaste keuze als ik iets moet drinken op een plek waar ik eigenlijk liever zou doodvallen. Ik wist niet dat er variatie in bestond, maar het blijkt de slechtste Coca-Cola Zero die ik ooit heb gedronken. Ondertussen mag ik wel kijken naar twee in de toeristenval gelopen Spaanstalige gezinnen, die hun gebrek aan een goede reisvoorbereiding hier bekopen met een lange beraadslaging voor hun bestelling: bij welk gerecht is de kans op een zware teleurstelling het kleinst? Aan de muur foto’s van Amsterdam en New York, op de televisie herhalingen uit de Amerikaanse voetbalcompetitie. The Village is een metafoor voor globalisering op zijn ergst. Als het Atomium ooit deze kant op valt, mogen we hopen dat alle negen de sloopkogels een goed doel uitkiezen.

Kunnen we nog iets verbeteren aan deze global village? In een baan om de aarde zou het kunnen fungeren als afweerschild tegen invasieve aliens.

Laptopia

Elke week scant Michaël Bellon met zijn laptop een plek in Brussel die tot de verbeelding spreekt, en geeft hij aan wat er eventueel nog aan kan verbeteren. 

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Cultuurnieuws , Laptopia

Lees ook

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni