Modo Bruxellae naar Londen, Milaan en Parijs

In drie weken tijd doet een bruidsjurksleep van Brusselse modeontwerpers de Fashion Week van Londen, Milaan en Parijs aan. Later dit jaar gaat het zelfs richting San Francisco, Jakarta en Singapore. Het label 'Dit is Brussels' krijgt eindelijk vleugels.

Brussels Export geeft de modesector een duwtje in de rug. Samen met het Flanders Fashion Institute (FFI) en de Belgische federatie Creamodo gaat vzw Modo Bruxellae dit najaar volop de Brusselse mode buiten de landsgrenzen promoten. "We nemen geen risico's in dit promotieproject: we pakken eerst en vooral met onze bekendste ontwerpers uit," zegt Linda Van Waesberge, communicatie- en projectverantwoordelijke van Modo Bruxellae. "Als met dit namenlijstje succes geboekt wordt in de grote Europese modesteden, dan worden bij volgende promotieacties ook de jongere beloftes meegenomen. Wat niet wil zeggen dat we mensen uitsluiten in heel de communicatie die we nu voeren. In de stroom wordt iedereen gepromoot, al wordt het eerste uithangbord, in overleg met Brussels Export (ministerie van het Brussels Gewest) een lijst van tien grote, professionele ontwerpers."

Businessverhaal
Het is het eerste jaar dat Modo Bruxellae in deze formule richting buitenland trekt, met een collectieve Showroom 101% Brussels Fashion. Parijs was in het voorjaar het proefexamen waaruit lessen werden gehaald. Dankzij de volledige financiering door Brussels Export werd een eerste 'présence' uitgeprobeerd. Van Waesberge: "In samenwerking met Brussels Export maakten we voor 2008 een selectie van modeontwerpers die we in Parijs, Londen en Milaan ondersteunen. Aansluitend houden we op 15 oktober een défilé in Berlijn. De selectie is niet louter gebeurd op basis van kwaliteit, maar ook op basis van kwantiteit. De ontwerper moet minstens één verkooppunt in het buitenland hebben. Hij of zij moet in de mogelijkheid verkeren om producten uit te voeren, dus de garantie bieden dat er voldoende stukken kunnen aangemaakt worden. Vandaar dat nieuwe jonge ontwerpers nog niet in aanmerking konden komen. Dit wordt een zuiver businessverhaal."

Een en ander binnen deze strategie moet voorkomen dat het buitenland ontwerpers opvist en ontdekt die onvoldoende capaciteit kunnen opbrengen om de buitenlandse klanten te bevoorraden. De verkoop van een nieuwe collectie gebeurt nu eenmaal op basis van bestelbons, die de productieomvang bepaalt. Wie nog over onvoldoende investeringskredieten en productiemogelijkheden beschikt, kan weinig garanties bieden, zo denken de promotievoerders.
Van Waesberge: "Om op een geloofwaardige manier alle aandacht te trekken, zijn we dus gestart met de 'grotere' modeontwerpers. Tijdens de Fashion Week in Parijs staan er honderden showrooms en installaties die allemaal zo veel mogelijk willen opvallen en verkopen. Het is dus zaak om tussen dit alles op te vallen met ronkende namen als je wil scoren. Met gevestigde professionele ontwerpers als Christophe Coppens, Annemie Verbeke, en Sofie D'Hoore tonen we dat we het ernstig menen. De rij wordt aangevuld met Les Précieuses en Girls from Omsk (opgestart door Valeria Siniouchkina, een Brusselse ontwerpster van Russische afkomst, red.). Het neemt niet weg dat we ook jong talent in het kielzog meenemen, zoals Jean-Paul Knott, Sandrina Fasoli en Cathy Pill, die al buitenlandse prijzen in de wacht sleepten. Isabelle Lenfant en Eric Beaudouin (die handtassen maakt op basis van recuperatieleder, red.) hebben we ook op het lijstje gezet. Al staan ze niet op het affichebeeld van de London Fashion Week."

De London Fashion Week zal een goede test zijn voor wat de Brusselse mode in het buitenland wil proberen. In de Londense boetieks wordt nog echt met gedurfde kledij uitgepakt, iets waar wij nog niet aan toe zijn. Van Waesberge: "Alle ontwerpers mogen echter verwachten dat we op een goede manier over hun collectie communiceren, en dat we zorgen voor aandacht en volk. We lieten leuke meubels ontwerpen die we enkele jaren kunnen meeslepen op dit soort beurzen, en waarmee we gegarandeerd zullen opvallen. Met dit aantrekkelijk materiaal, dat als Showroom 101% Brussels Fashion een imago van kwaliteit uitstraalt, kunnen we alle exposanten gelijkwaardig aan bod laten komen. Mensen zullen zeker aangetrokken worden door de sfeer die onze groepsstand zal uitstralen. In Parijs hebben we dat goed begrepen. De London Fashion Week zal nog een grotere uitdaging zijn, want Londen klinkt wel aantrekkelijk en hip maar is enorm klassiek, terwijl de Londense boetieks dan weer alles aandurven."

Foute keuzes
Dat een en ander gelinkt wordt aan Brussel als nieuwe modestad en stad voor design, begint ook op te vallen. Van Waesberge: "Dit jaar lopen we synchroon met Design September in Brussel. De grafische promotie rond dit evenement en ons gebeuren is nagenoeg identiek. Het is een eerste stap naar herkenbaarheid voor design, mode en Brussel. Continuïteit in de promotieaanpak buiten de landsgrenzen moet zeker een uitgangspunt zijn. We hebben uit foutieve keuzes in het verleden lessen geleerd. Het project Modoboetiek voor beurzen was een mobiele, kartonnen boetiek met referenties naar Brussel, waarin we, zoals in een museumshop, onze Brusselse ontwerpers voorstelden. Niet dat die commerciële actie niet geslaagd was, maar om promotie te maken bestaan er andere kanalen."

Van Waesberge kijkt ook verder, zonder te dromen. "Voor de promotie van 2009 gaan we zeker terug naar Parijs en Milaan. We selecteerden hiervoor meer commerciële namen zoals Le Fabuleux Marcel de Bruxelles, juweelontwerpster Krista Reniers en Dressing Right (dat dit jaar van start ging met basic kledij voor mannen en vrouwen op basis van fairtradestoffen, red.). Berlijn willen we in 2009 ook niet missen en verder is het naargelang het budget uitkijken naar de New York Fashion Week, al moeten we dit goed kunnen motiveren. We willen met beide voeten op de grond blijven staan. Met de zwakke dollar is het niet het moment om te hopen op een nieuw cliënteel in de States. Al gaan we dit najaar toch al eens kijken in San Francisco. Dezelfde voorzichtigheid geldt voor Japan (Modo Bruxellae was al een keer in Tokio, red.), met zijn economische problemen. Vandaar dat we elke optie voor het buitenland goed afmeten, want het kostenplaatje wordt op rekening genomen van het ministerie van het Brussels Gewest. Als collectief willen we het maximum halen uit het overheidsgeld waarvan we kunnen genieten, om de mode-industrie aan te zwengelen."

:: 'Showroom 101% Brussels Fashion', op de Fashion Week in Londen van 15 tot 18 september, in Milaan van 25 tot 28 september, in Parijs van 2 tot 5 oktober, in Berlijn op 15 oktober.