Rula Halawani: Beelden uit niemandsland

Tom Zonderman
© Agenda Magazine
04/09/2008
De Palestijnse fotografe Rula Halawani legt al twintig jaar de dagelijkse realiteit vast van haar ontwortelde volk. In het kader van het Masarat-festival, dat de komende weken Palestijnse artiesten een breed Brussels forum biedt, zet de Botanique haar eerste overzichtstentoonstelling in Europa op poten.

"Boosheid," antwoordt Rula Halawani (1964, Oost-Jeruzalem), een van de belangrijkste Palestijnse fotografen, wanneer ik haar vraag welke emotie de beelden oproepen die ze maakt. Haar uiterst persoonlijke fotoreeksen vermengen op een subtiele manier politiek en poëzie, en behandelen onverdroten de uitzichtloze situatie van de Israëlische bezetting, de onophoudelijke kolonisatiedrang van Israël en het dagelijks (over)leven van een volk op zoek naar een land en een identiteit. "Ik wil weergeven wat ik meemaak. Het gaat me daarbij om dat ene shot, dat ene moment waarmee ik een verhaal kan vertellen," zegt Halawni. "Ik plan mijn werk niet. Al mijn foto's komen haast toevallig tot stand, doordat ik in een situatie terechtkom die mij raakt en die ik wil afbeelden."

Jonge stenengooiers
Halawani rolde toevallig in de fotografie, midden jaren 1980. Halawani: "Ik studeerde wiskunde en fysica in Canada. Tijdens de zomervakantie had ik niets om handen. Mijn kamergenoot had zich ingeschreven voor een cursus fotografie. Toen zij er na een week de brui aan gaf, heb ik haar plaats ingenomen. Er ging een nieuwe wereld voor me open. Ik had nog nooit een fototoestel aangeraakt, laat staan in een donkere kamer gewerkt. Vanaf de eerste les wist ik dat ik niets anders meer zou doen. Alsof het mijn lotsbestemming was."

Na vijf jaar in het buitenland keert Rula Halawani terug naar haar geboortegrond. Vanaf 1989 begint ze als fotojournalist te werken in de Palestijnse bezette gebieden, maar na een decennium als fotoreporter voor onder meer Reuters besluit ze het over een andere boeg te gooien. De terreur, de aanhoudende ellende die door haar foto's waart, begint te wegen. Halawani wil nog steeds het verhaal van haar verweesde volk en verminkte land vertellen, maar dan op een andere, persoonlijke, meer artistieke manier.

Halawani: "Ik was emotioneel teveel betrokken bij het nemen van de foto's. Van één foto kon ik dagenlang van de kaart zijn. Ik wilde de wereld veranderen, verhinderen dat er mensen stierven. Nadat ik de beelden ontwikkeld had van een kind dat voor mijn ogen neergeschoten werd - een jonge stenengooier waar ik voordien een paar keer mee gepraat had, op de foto die ik afdrukte had hij de steen nog in zijn handen - wilde ik niet meer verder als fotojournalist. Ik wilde wel nog fotograferen, maar mijn verhaal moest ik op een andere, bredere manier kunnen vertellen. Daarna heb ik een masters in kunstfotografie gevolgd. Mijn werk is sindsdien veel veranderd, maar het gaat nog steeds over mezelf en mijn volk."

Herleid tot nummers
In de Botanique zijn afdrukken op groot formaat, foto-installaties en projecties te zien uit de verschillende reeksen die Halawani tot nog toe maakte. Die getuigen van een verwoest land en de dagelijkse bekommernissen van het Palestijnse volk. In Negative incursion geeft ze middels het afdrukken van negatieven haar persoonlijke visie op de destructieve gevolgen van de Israëlische invasie ('incursion') van Ramallah op 28 maart 2002. "Ik wilde het publiek tonen wat ik toen voelde. Alles rondom mij was donker en er was een grote leegte. Ik was heel eenzaam."

Mensen worden van hun land beroofd en er wordt een muur geplaatst om beide volkeren van elkaar te scheiden. In The wall verbeelden bijzonder sombere nachtopnamen de verscheurdheid die de betonnen buffer met zich meebrengt. Palestijnen zijn er niet te zien, ze zijn letterlijk 'buiten beeld'. "Er wordt een muur gebouwd als grens. Welke grens? De muur scheidt meer Palestijnen van andere Palestijnen, dan van Israëli's. Dit is geen vrede. Not even close," reageert Halawani terwijl ze met mij de foto's bekijkt.

Een van de fotoreeksen met de grootste poëtische zeggingskracht is Intimacy, over de checkpoints die de Palestijnen dagelijks moeten passeren om naar hun werk te gaan, landbouwgronden te bewerken, familie te bezoeken... Het is een ontmoetingsplaats tussen Palestijnen en Israëli's, tussen twee volkeren, maar ze 'zien' elkaar niet. "Je ziet geen gezichten, enkel de handen, want in de bewegingen van de handen zit de essentie van deze grensovergangen. Twee volkeren ontmoeten elkaar, maar er wordt niet veel naar elkaar gekeken, laat staan gecommuniceerd. De Palestijnen worden herleid tot nummers. De meeste checkpoints zijn nu veranderd, machinaal, met X-rays. De soldaten zitten achter glas. Er zijn tientallen checkpoints binnen de Westelijke Jordaanoever, niet alleen tussen Israël en Palestina. Wij leven in getto's."

Ontworteld
Een ander gevolg van de Israëlische bezetting is de verwoesting van het land. De ravage maakt Halawani onder meer duidelijk in de reeks Irrational. Halawani: "In mijn herinnering bewaar ik nog steeds een beeld van een traditioneel landschap, met kleine dorpjes en herders op de bergflanken. Nu wordt het land langzaamaan veranderd in een maanlandschap."

"Ik reed naar huis van de Birziet universiteit (waar Halawani fotografie doceert, tz) op de Westelijke Jordaanoever. Overal rondom mij zag ik de joodse nederzettingen die er onze gronden inpalmden." Door als door tranen beregende autoramen turen we naar een troosteloos landschap waaruit alle vreugde lijkt verdwenen.

Bij het bouwen van de nederzettingen en het aanleggen van de muur zijn er heel wat olijfbomen gerooid, die van grote symbolische waarde zijn voor de Palestijnen. "Voor ons zijn olijfbomen heilig. Er is een gezegde dat zegt dat we de olijfbomen niet planten voor onszelf, maar voor onze kleinkinderen. Ze zijn onze toekomst."

Op een van de foto's zijn restanten van kleren te zien nadat ze door bulldozers omgewoeld zijn in de modder. "Dit is een sleutelfoto uit mijn oeuvre. Hij staat symbool voor de verbondenheid tussen mensen en het land. En waarom ze er voor sterven. Dan worden ze één met de grond waar ze op leven. Ze kunnen nooit gescheiden worden. Ik ben weken ondersteboven geweest van deze ene foto."

"Toen ik terugkwam uit 1989 was alles veranderd. De tweede intifada was al een paar jaar bezig en had het landschap helemaal herschapen. Alles voelde anders aan. Ik kon niet begrijpen dat mensen wilden sterven voor dit land. Het leven is mooi, waarom kunnen wij er niet van genieten? Maar naarmate ik meer en meer door de gebieden trok werd het antwoord mij duidelijker. Wat moet een land zonder bevolking? En omgekeerd, wat moet een volk zonder land?"

Rubberen kogels
Het werken als fotograaf in woelige gebieden is niet zonder risico. Maar bij het wereldkundig maken van de wantoestanden cijferde Rula Halawani zich steevast weg. Halawani: "Vroeger, toen ik nog als fotoreporter werkte, liep ik veel meer gevaar dan nu - ik had ook veel meer problemen met het leger. Ik ben twee keer neergeschoten, een keer bewust. Met een rubberen kogel, dat wel. Eigenlijk ben ik die soldaat nog wel dankbaar: het was een waarschuwing. Hij had met een echte kogel kunnen schieten, en niet in mijn been maar in mijn hoofd. Sommige journalisten kunnen het niet navertellen."

Als de harde realiteit steeds het onderwerp is van haar foto's, heeft ze dan nooit zin om foto's te nemen louter als creatieve kunstvorm? "Natuurlijk. Ik hou ook van mooie scènes, ik hou van het leven. Kinderen die spelen, een trouwpartij, mensen die dansen en zingen - ons leven gaat verder. Dat zie je ook in de tentoonstelling. Ik hou ervan om mensen gelukkig te zien."

Voor het Palestijnse volk is er niet meteen een uitweg uit de penibele situatie waarin het zich bevindt, maar Rula Halawani hoopt nog steeds op een goede oplossing. "De problemen tussen Israëli's en Palestijnen gaan niet over problemen tussen joden, en moslims en christenen. Het gaat over identiteit. Onze eigen identiteit en ons eigen land. Zolang wij geen eigen land hebben kan er geen vrede komen."

"We kunnen onze hoop niet opgeven, maar een uitweg lijkt me nog heel veraf. Hopelijk is het voor de volgende generatie."

:: Rula Halawani
wanneer: 5.9 > 12.10.2008 - Woensdag > zondag van 12.00 > 20.00 uur
waar: Botanique, Koningsstraat 236, Sint-Joost-ten-Node, 02-218.37.32, info@botanique.be
tickets: 2/3/4 euro

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Sint-Joost-ten-Node , Cultuurnieuws

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni