Van de bijna 104.000 werkzoekenden in het Brussels gewest is 3,7 procent Nederlandstalig, of zo’n 4.000 mensen. "Nederlandstaligen vinden makkelijker werk omdat ze vaak tweetalig zijn."

Dat schrijven Le Soir en La Capitale vandaag op basis van een parlementaire vraag van Serge De Patoul (FDF) aan minister van Werkgelegenheid Céline Fremault (CDH). De minister gaat voor haar gegevens uit van de taal waarin het dossier door de Brusselse arbeidsbemiddelingsdienst Actiris behandeld wordt.

Het aandeel Nederlandstalige werklozen is met 3,7 procent lager dan het aandeel Nederlandstaligen in de Brusselse bevolking. "Er is een grote turnover onder de Nederlandstalige werklozen", zo zegt Yves Bastaerts, adjunt directeur-generaal bij Actiris. "Ze vinden snel opnieuw werk. Als het gaat om langdurige werkloosheid, zijn daar vaak meerdere oorzaken voor. Er is ook een harde kern van langdurig werklozen, die ons voor sociale problemen stelt. Dezelfde fenomenen zien we bij Franstaligen."

Volgens Bastaerts vinden Nederlandstaligen makkelijker werk in Brussel, omdat ze vaker tweetalig zijn. "Voor eentalig Nederlandstaligen is het echter veel moeilijker", zegt Bastaerts. "Het gaat dan vaak om personen van vreemde origine die uit bijvoorbeeld Limburg naar Brussel trekken. Voor hen is er vaak wel een oplossing in de Rand."

Het aantal Nederlandstalige werklozen is ook relatief stabiel in vergelijking met de vorige jaren. Al sinds 2010 schommelt hun aantal rond de 4.000.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Economie

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni