Ondernemer Isa BRUZZ ACTUA 1624

| Voor Isa Tio staan de kartonnen dozen met textieloverschotjes niet in de weg. Ze maakt er een eigen modecollectie mee.

Brussels bedrijfje Isatio maakt mode van textielresten

Tom Van Bogaert
© BRUZZ
13/07/2018

De mode-industrie staat met haar snel voorbijwaaiende trends en haar productie in Aziatische sweatshops niet bekend als de duurzaamste leerling van de klas. Isatio legt het helemaal anders aan boord en recupereert textielafval om er elegante kleren en accessoires van te maken. Slow fashion made in Brussels met een Catalaans accent.

In een rustige wijk in Etterbeek vlak bij metrostation Pétillon woont en werkt Maria Isabel Nogueras Vila samen met haar man Jordi Tio Rotllan. Als je binnenkomt, valt de hartelijke gastvrijheid van het echtpaar op, maar ook de uitpuilende bananenkisten, opgestapeld in het trappenhuis en het atelier op de eerste verdieping. “Er staan nog dozen in de kelder,” lacht de zaakvoerster, die zich kortweg Isa Tio laat noemen.

Ze laat haar hand glijden over enkele kleine lappen stof. Omringd door een pasbuste, naaimachines, scharen en een strijkplank vertelt ze rustig en met zichtbaar plezier over de kronkelende weg die ze afgelegd heeft. De v die ze in het Frans als b uitspreekt, verraadt haar Spaanse afkomst.

1.600 kilo afval

De 61-jarige ontwerpster bestempelt zichzelf niet als fashionista. Haar eerste carrière in Barcelona speelde zich af in de toeristische sector. Ze naaide wel al haar eigen kleren. Toen haar man in 1992 kon beginnen in Brussel bij een agentschap voor ontwikkelingssamenwerking, volgde ze hem.

Ze studeerde voor modeontwerper en ging aan de slag in het atelier van Françoise Pendville, die vandaag een regenjassenlijn heeft onder de naam Cumulus. Isa ontpopte zich als manusje-van-alles: ze maakte patronen, organiseerde fotoshoots en hielp bij de creaties. Het faillissement van het toenmalige bedrijf van Pendville noopte haar tot een nieuwe carrièrewending.

Enter het bedrijfje Isatio, dat zich sinds 2013 inschrijft in de circulaire economie. “Ik kende de beurzen, waar ontwerpers de stoffen voor hun volgende collectie komen uitkiezen. De gepresenteerde textielstaaltjes of samples worden veelal weggegooid. Zonde van het magnifieke materiaal. Ik zocht een manier om aan upcycling te doen,” herinnert ze zich. Leveranciers bezorgden haar textielresten en ze maakte er sjaaltjes van. Toen dat aansloeg, ging ze verder met blouses, vesten, rokken, jurken en mantels. In 2017 wist ze maar liefst 1.600 kilo afval te recycleren. Voor grotere stukken gebruikt ze ook uiteinden van rollen stof die ze overkoopt van de textielindustrie.

Harmonie

Haar werkwijze: “Eerst moet ik de stoffen ordenen en sorteren op basis van materiaal, kleur en mogelijke toepassingen. Een hels karwei. Daarna vertrek ik van wat ik in huis heb. Het is jongleren met verschillende stukken om er één harmonieus geheel van te maken. Een rok kan uit acht bestanddelen bestaan. Elk kledingstuk is uniek. De assemblage vergt veel tijd en creativiteit.”

Haar vaak kleurrijke collectie is sober en tegelijk geraffineerd, eigentijds, maar ook tijdloos. Geen bricolage, zegt ze zelf, maar professioneel uitgevoerde mode. Ze werkt daarvoor samen met partners zoals het sociale naaiatelier De Welvaartkapoen in Molenbeek, de beschutte werkplaats L’Ouvroir in Brussel-Stad en de textielschool FAE in Elsene. De leveringen gebeuren via de fietskoeriers van Hush Rush.

Haar klanten beschrijft de onderneemster als actieve en nieuwsgierige vrouwen die op zoek zijn naar producten met een ziel en een alternatief voor het aanbod van de ketens. De leeftijd varieert van 30 tot 70. Ze houdt van het persoonlijke contact dat ze met hen heeft op atelierverkopen of op ontwerpersmarkten. “Onlangs had ik een vrouw die zwichtte voor een bloemetjesjurk, terwijl ze dat ervoor nooit droeg. Klanten brengen vaak hun vriendinnen mee.” Isa is blij dat haar collectie nu ook te zien is in Kanal Store, de winkel van het nieuwe museum voor moderne kunsten, temeer daar kunst haar zelf enorm inspireert. “Mijn kleren zijn ook kleine kunstwerkjes,” zegt ze. Ze wil ook gauw beginnen met de onlineverkoop van accessoires.

Een T-shirt voor 5 euro

Er schuilt duidelijk ook een bevlogen lerares in haar. Ze houdt regelmatig workshops en geeft les aan Saint-Luc, de avondschool die ze zelf bezocht. “Ik ben dol op de constante interactie. Ik geef mijn ervaringen door, maar mijn leerlingen verrassen me ook met hun inzichten en resultaten. Ik sensibiliseer ook graag over mode, zodat mensen beseffen dat een T-shirt van 5 euro geen goede zaak is voor het milieu en de maatschappij.”

Waar ze trots op is? De ontwerpster glundert: “We hebben vorig jaar een openbare aanbesteding binnengehaald. We mochten van hub.brussels, het Brussels Agentschap voor de Ondersteuning van het Bedrijfsleven, driehonderd circulaire jassen voor de medewerkers maken. De buitenkant is effen grijs, de binnenkant bevat meerdere kleuren. Het is ons gelukt.”

Ze hoopt dat ze met Isatio nog meer bekendheid verwerft en dat de zaak zachtjesaan groeit. Misschien kan ze met haar producten zelfs de oversteek maken naar Barcelona. En haar pensioen? Daar denkt ze nog lang niet aan.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Economie

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni