Nederlandstalige brandweerlui benadeeld

Twintig Nederlandstalige brandweerlui zien een loonsverhoging en promotie aan hun neus voorbij gaan door een beslissing van de Raad van State. Op die manier steken hun Franstalige collega's hen voor op de carrièreladder. Volgens de brandweerlui wil de bevoegde minister Cerexhe (CDH) die ongelijkheid niet aanpakken. De christelijke vakbond ACV vraagt een dringende oplossing.

De twintig Nederlandstalige onderofficieren van de Brusselse brandweer zijn al sinds 2001 gepromoveerd tot sergeant, maar door een klacht bij de Raad van State van een brandweerman die de promotie misliep, is die benoeming pas officieel sinds 2005.

De brandweermannen liepen daardoor al die tijd heel wat euro's mis. Sergeant Bert Van den Eynde:"Ik verlies drie jaar en elf maanden anciënniteit. Ik heb dus een inkomenverlies voor de rest van carrière."

Ook tegen hun Franstalige collega's die in 2001 sergeant werden, is diezelfde klacht ingediend. Maar de Franstalige Kamer bij de Raad van State heeft nog geen uitspraak gedaan in de zaak. Ondertussen konden de Franstalige collega's wel van betere loopbaanmogelijkheden en een hoger loon genieten. Ook konden zij verder promoveren. Zo zijn de Franstalige sergeanten in maart van dit jaar tot sergeant-majoor kunnen opklimmen. De Nederlandstalige brandweerlui moeten nog bijna vier jaar wachten op die promotie. Die omstandigheden leiden tot wrevel tussen de collega's. Sergeant Erik Thys: "De situatie is enorm verzuurd, vooral tussen de Nederlandstaligen en de Franstaligen."

Volgens de vakbonden zou de bevoegde minister Benoît Cerexhe (CDH) de oneerlijkheid kunnen wegwerken, door de benoemingsdatum van de Nederlandstaligen aan te passen. Minister Cerexhe zou de zaak echter laten aanslepen, zegt Dirk Van der Ougstraete van de christelijke vakbond ACV: "De benoemingen kunnen makkelijk geregulariseerd worden. Maar we denken dat de gedupeerden als pasmunt gebruikt worden tot er een uitspraak is bij de Franstalige Raad van State. Ondertussen blijven zij wel met de problemen zitten."

Volgens het ACV hebben de Nederlandstalige onderofficieren via stille diplomatie geprobeerd om tot een aanvaardbare oplossing te komen, maar is er nog altijd geen concreet resultaat. Als die oplossing er niet snel komt, vrezen de brandweerlui voor de toekomst van de Nederlandstalige brandweeroplossing in Brussel.

Op het kabinet Cerexhe zegt men een oplossing te zoeken, juridisch zou dat echter niet eenvoudig zijn.