Tien procent meer leefloners in Sint-Jans-Molenbeek

Het OCMW van Molenbeek trekt aan de alarmbel: het afgelopen jaar is het aantal leefloners met tien procent gestegen. Vooral het aantal jongeren met een leefloon is zorgwekkend groot.

De cijfers werden bekendgemaakt tijdens een bezoek van Marie Arena, federaal minister van Maatschappelijke Integratie (PS). In september 2007 ontvingen 3.100 mensen een leefloon van het OCMW van Sint-Jans-Molenbeek. In september 2008 was dat aantal al opgelopen tot 3.448, een toename met ongeveer tien procent. "We merken vooral dat alsmaar meer jongeren tussen 18 en 25 jaar bij ons aankloppen," vertelt Tina Martens van het OCMW. "Dat komt omdat in onze gemeente veel jongeren vroegtijdig afhaken op school, waardoor ze hun kansen op werk hypothekeren. Daar komt nog eens bij dat de prijzen voor energie en voeding fors zijn gestegen. Ook de huur- en koopprijzen swingen de pan uit. Daarom stellen we alles in het werk om werkloze jongeren zoveel mogelijk te activeren. We leren ze bijvoorbeeld hoe ze oude meubels restaureren. Die meubels worden dan doorverkocht aan leefloners tegen een zachte prijs. Ook in ons sociaal restaurant organiseren we opleidingen tot ober, keukenhulp of kok."

"In 2005 hadden we drie sociaal werkers in dienst om leefloners te begeleiden," vervolgt Martens. "Nu zitten we al aan twaalf. Maar we vragen nog meer inspanningen. We zijn de tweede armste gemeente van België, we kunnen vast en zeker extra middelen gebruiken."

Tijdens het bezoek van minister Arena werd verrast gereageerd op de cijfers. "Het is een zorgwekkende evolutie dat meer en meer leefloners jongeren zijn," zegt Johan Vandenbussche, directeur van de cel Maatschappelijke Integratie. "Daarom is het prioritair dat de OCMW's zoveel mogelijk inspanningen leveren om leefloners te activeren. En we hebben beslist dat OCMW's die extra inspanningen doen, die goed werk leveren, voortaan extra subsidies krijgen."