Transavia ambitieus bij start zomervluchten vanop Brussels Airport

De Nederlandse luchtvaartmaatschappij Transavia heeft donderdag haar eerste zomervlucht vanop Brussels Airport gelanceerd. Ze stationeert één vliegtuig in Zaventem voor vluchten naar vier vakantiebestemmingen in het zuiden van Europa. Het is de ambitie om de komende jaren verder uit te breiden, zo viel te horen.

Transavia, lagekostendochter van KLM, bood tijdens de winter al één bestemming aan vanop Brussels Airport, naar Innsbruck in Oostenrijk. Tijdens het zomerseizoen zijn er zestien vluchten per week, naar vier bestemmingen: Alicante en Ibiza in Spanje, Faro (Portugal) en Heraklion (Kreta, Griekenland). Ook komende winter zijn er vier bestemmingen gepland: opnieuw Innsbruck maar ook Salzburg in Oostenrijk, Alicante en het Spaanse eiland Tenerife.

"We zijn hier om te blijven", zei CEO Marcel De Nooijer donderdag. "De vooruitzichten zijn positief en we bekijken in welke mate we in de toekomst meer bestemmingen kunnen aanbieden." Daarbij zouden er ook extra vliegtuigen gebaseerd worden op Brussels Airport. Er zijn geruchten dat dat al in de zomer van 2023 het geval kan zijn. De werknemers zijn gebaseerd in Nederland en werken volgens de Nederlandse regels.

De Nooijer sprak van een bezettingsgraad van 90 procent voor de nieuwe vluchten. De meeste passagiers zijn Belgen, maar er zijn ook Nederlanders bij die dicht bij de grens wonen en voor wie het gemakkelijker is om vanuit Zaventem te reizen, aldus de CEO. "We versterken niet alleen ons netwerk op Brussels Airport, maar we bieden onze passagiers ook een grotere keuze aan vakantiebestemmingen", stelde van zijn kant Arnaud Feist, de CEO van Brussels Airport.

Transavia wilde oorspronkelijk eind maart 2020 de activiteiten opstarten op Brussels Airport met tien bestemmingen, maar de coronapandemie gooide roet in het eten.