Boete gevorderd voor werkgever die asielzoeker tewerkstelt maar niet aangeeft

Voor de correctionele rechtbank van Brussel heeft de procureur een boete van 60.000 euro met eventueel uitstel voor de helft gevorderd voor een man die een asielzoeker had tewerkgesteld maar die tewerkstelling niet had aangegeven. De werknemer had een zwaar arbeidsongeval in februari 2016 op een van de werven van het bedrijf waardoor de feiten aan het licht kwamen.

Het slachtoffer verklaarde aan de rechtbank dat hij voor het bedrijf was beginnen werken in oktober 2014. Het bedrijf, gevestigd in Sint-Jans-Molenbeek, was gespecialiseerd in het plaatsen van parketvloeren. De man was op dat moment in afwachting van een asielprocedure en geeft aan geen andere keuze te hebben gehad. Hij werkte in het bedrijf voor 30 euro per dag.

Op 16 februari 2016 verloor hij drie vingers toen hij planken aan het versnijden was op een van de werven van de onderneming. Hij werd naar het Erasmusziekenhuis overgebracht, waar hij in contact werd gebracht met de Organisatie voor Clandestiene Arbeidsmigranten (OR.C.A), sinds 2018 FAIRWORK Belgium, die hem aanspoorde om een klacht in te dienen.

De beklaagde ontkende dinsdag voor de rechtbank de feiten. Hij ontkent dat hij het slachtoffer in dienst had. "Hij gaf hem stukken hout waarmee de man in het zwart dingen kon knutselen", verklaarde zijn advocaat. Maar in opgenomen conversaties uit die periode gaf de beklaagde wel toe zich slecht te voelen over de situatie en ook verantwoordelijk voor wat was gebeurd.

Voor de procureur waren de gedetailleerde en realistische verklaringen van het slachtoffer voldoende om te bewijzen dat er wel degelijk een werkrelatie bestond tussen beklaagde en slachtoffer. Hij vorderde voor het niet aangeven van een werknemer, het niet betalen van een marktconform loon en het niet aangeven van een arbeidsongeval een boete van 60.000 euro, die mag eventueel voor de helft met uitstel.

Een vonnis is er op 29 november.