De 2CV (in het Frans deux chevaux, wat slaat op 2 fiscale pk's) was de eerste populaire auto van Citroën na de oorlog. Het automerk had in 1936 het plan opgevat om een kleine auto te ontwikkelen die geschikt moest zijn voor het Franse platteland: de TPV, oftewel "Toute Petite Voiture". De auto moest in staat zijn twee boeren met een lading van 50 kg te vervoeren.
Een prototype zou worden voorgesteld op het Salon van Parijs van 1939, maar door de nakende oorlog werd dat salon afgelast. Pas begin 1948 werd de intussen grondig herwerkte auto voorgesteld. De 2PK werd geproduceerd tussen 1948 en 1990 en in die periode werden er zowat vijf miljoen van gebouwd. In de jaren zeventig groeide het "lelijke eendje" uit tot een cultvoertuig.
Gedurende de maand april organiseert Autoworld een tentoonstelling waarop enkele iconische modellen worden voorgesteld. Bovendien worden tijdens de paasvakantie, van 31 maart tot 15 april, de meest zeldzame modellen tentoongesteld op de "Blue Boulevard", de centrale gang van het museum.
Het gaat om bestelwagens, afgeleide modellen en speciale reeksen, maar ook enkele kit cars gebaseerd op deze eenvoudige mechaniek. Ook een TPV-prototype van voor de Tweede Wereldoorlog, afkomstig van het "Conservatoire" - de officiële Citroën-collectie - is te bezichtigen.
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.